De bestreden uiting

Het betreft een spaarkaart waarmee bij enkele Albert Heijnwinkels kan worden gespaard voor een gratis midweek bij Center Parcs. Bij elke € 15 aan boodschap­pen wordt een gratis spaarpunt verstrekt die op de spaarkaart kan worden geplakt. Met 50 punten is de spaarkaart vol.

De klacht

Op de spaarkaart staat op de voorzijde “Spaar voor een gratis midweek bij Center Parcs”. In de beschrijving van de actie op de volgende pagina wordt nog drie maal   vermeld dat het om een gratis midweek gaat. In de kleine lettertjes staat echter dat € 29,50 aan reserveringskosten moet worden betaald en € 1,- p.p.p.n. aan overige heffingen, zodat de aangeboden midweek niet gratis is. Klager acht de uiting misleidend.

Het verweer

In de aanbieding “gratis midweek bij Center Parcs”  ziet het woord “gratis” op de prijs van de huur van de cottage. In de spaaractie wordt duidelijk vermeld dat te­vens aanvullende toeristenbelasting, overige heffingen à1 euro p.p.p.n. en reser­veringskosten à 29,50 euro per boeking voldaan moeten worden. In de actievoor­waarden wordt nogmaals vermeld dat reserveringskosten en heffingen niet zijn inbegrepen. Ten slotte wordt verwezen naar de algemene voorwaarden van Center Parcs waar deze aanvullende kosten staan vermeld als niet inbegrepen in de prijs voor de huur van de cottage. 

Het oordeel van de Commissie

1)  De bestreden uiting maakt diverse malen melding van de mogelijkheid om te sparen voor een “gratis” midweek. Voorwaarde voor het boeken van de gratis accommodatie is echter dat men reser­veringskos­ten (€ 29,50) en toeristen­be­lasting en overige heffingen (€ 1,– p.p.p.n.) betaalt. Naar het oordeel van de Commissie is onder deze omstandig­he­den geen sprake van accommodatie die werkelijk gratis is. Men kan immers feitelijk slechts tegen betaling van genoemde bedragen van het “gra­tis” aanbod gebruik maken. De verschul­digde reserveringskosten en heffingen kunnen niet als onvermijdelijke kosten wor­den aangemerkt in de zin van artikel 8.5 Nederlandse Reclame Code (NRC) in ver­binding met punt 19 van de bij dat artikel behorende bijlage 1 NRC.

2)  De Commissie is naar aanleiding van het voorgaande van oordeel dat de ge­wraakte mede­de­lingen misleidend zijn als bedoeld in artikel 8.5 NRC in verbinding met punt 19 van de bij artikel 8.5 behorende bijlage 1 NRC. Om die reden zijn de mededelingen oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC. Het feit dat de ver­schul­digde bedragen wel in de recla­me-uiting worden genoemd, doet aan dit oordeel niet af.

De beslissing

Op grond van het voorgaande acht de Commissie de gewraakte reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. De Commissie beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.