a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Voeding en drank

Dossiernr:

2021/00188

Datum:

16-06-2021

Uitspraak:

Afwijzing

Product/dienst:

Voeding en drank

Motivatie:

Claims

Medium:

Audiovisuele Mediadiensten

De bestreden reclame-uitingen

 

Het betreft:

de televisiecommercial van Arla, waarin onder meer wordt gezegd: “Bij Arla is onze biologische zuivel vanaf nu klimaatneutraal door al onze uitstoot te compenseren en steeds verder te verminderen.” Onder het beeld van groeiende stekjes staat de tekst: “compensatie door aanplant van bomen en behoud van regenwoud.” Aan het einde van de commercial verschijnt in beeld: “Meer weten? Arla.nl/klimaatneutraal.”
een uiting van Arla op Facebook, waarin onder meer staat:

“Al onze biologische zuivel is nu klimaatneutraal. Dat doen we door te compenseren en te reduceren” en “Arla biologisch is nu klimaatneutraal”. In de uiting is naast de tekst “Weten hoe?” een link opgenomen (“Klik hier”).

 

De klacht

 

Klager voert aan, verkort en zakelijk weergegeven, dat de classificatie ‘klimaatneutraal’ van Arla biologische zuivel onjuist en misleidend is. Op de website Arla.nl/klimaatneutraal, waarnaar in de commercial wordt verwezen, staat dat Arla alle broeikasgassen die vrijkomen ‘van koe tot koelkast’

– in 2021 naar verwachting ongeveer 52.000 ton CO2-equivalenten – compenseert door te investeren in projecten die zijn gericht op het aanplanten van nieuwe bomen en het behoud van regenwoud. Uit het op de website gepubliceerde ‘certificate of purchase’ blijkt dat van de drie projecten waarin Arla investeert twee projecten zien op bosbehoud. In de eerste plaats bestrijdt klager dat het behoud van bestaande bomen, die al CO2 hebben opgenomen, kan zorgen voor compensatie van de extra uitstoot van broeikasgassen die het gevolg is van de productie van Arla biologisch zuivel. Volgens hem kan nieuwe, extra uitstoot alleen worden gecompenseerd door extra aanplant van nieuwe bomen. Bovendien blijkt nergens uit dat de behouden bomen anders gekapt zouden worden. In de tweede plaats voert klager aan dat de daadwerkelijk nieuw aan te planten bomen slechts een fractie van de door Arla op haar website genoemde uitstoot van broeikasgassen door de productie van Arla biologisch zuivel compenseren. Blijkens de website van het (enige) project waarbij bomen worden aangeplant kunnen door het totale project, waarvan Arla waarschijnlijk slechts één van de deelnemers is, jaarlijks 42.000 ton CO2-equivalenten worden gecompenseerd, wat minder is dan de voor 2021 verwachte uitstoot van 52.000 ton CO2-eq. Het voorgaande betekent dat Arla niet mag beweren dat de volledige productieketen van haar biologische zuivel klimaatneutraal is, aldus klager.

 

Het verweer

 

Het standpunt van Arla, zoals weergegeven in het schriftelijke verweer en nader toegelicht ter zitting, wordt als volgt samengevat.

Alle producten ‘Arla biologisch zuivel’ dragen het Klimaatneutraal Product Keurmerk van de onafhankelijke organisatie Climate Neutral Group (CNG). Om te voldoen aan deze certificering voor een ‘klimaatneutraal’ product is getoetst of alle uitgestoten broeikasgassen in de gehele keten goed in kaart zijn gebracht, de uitstoot continu wordt verminderd en de voortgang wordt gemonitord, de overgebleven broeikasgassen die nog vrijkomen volledig worden gecompenseerd volgens erkende standaarden en er transparant wordt gecommuniceerd, waarbij de claim in overeenstemming is met wat conform de certificering is geverifieerd.

De stelling van klager dat Arla haar uitstoot van broeikasgassen niet kan compenseren door middel van projecten voor bosbehoud, maar alleen door aanplant van nieuwe bomen, is onjuist. Bosbehoud is noodzakelijk om klimaatverandering tegen te gaan. Door bescherming van het regenwoud tegen illegale ontbossing (brand en houtkap) wordt voorkomen dat de enorme hoeveelheid koolstof die in de bomen en de bodem is opgeslagen, vrijkomt. Dit is erkend door het United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC) en het Klimaatakkoord van Parijs. UNFCCC heeft om die reden REDD+ (Reducing Emissions from Deforestation and forest Degradation) opgezet, dat verder gaat dan het voorkomen van ontbossing en ook duurzaam beheer van bossen en verhoging van de hoeveelheid opgeslagen koolstof in het bos vereist. De door Arla gefinancierde projecten voor bosbehoud voldoen aan de REDD+ standaard. Gecertificeerde projecten voor bosbehoud worden gewaardeerd in ‘carbon credits’ en mogen formeel worden gebruikt voor klimaatcompensatie. De drie compensatieprojecten waarin Arla biologisch investeert (in Indonesië, Brazilië en Oost-Afrika) zijn geselecteerd door Natural Capital Partners en zijn gecertificeerd met de Verified Carbon Standard (VCS), wereldwijd een van de beste normen voor klimaatcompensatie. VCS monitort dat de klimaatcompensatie daadwerkelijk plaatsvindt.

De verwachte uitstoot van Arla biologisch in 2021 (gebaseerd op de carbon footprint per product maal het verwachte aantal verkochte producten) bedraagt 52.000 ton CO2-eq. Met de drie bovengenoemde projecten wordt deze totale uitstoot gecompenseerd. Op de website staat het bewijs van aankoop door Arla Foods (hoofdkantoor) van in totaal 320.000 ton CO2-eq credits. Hiervan wordt 123.128 ton CO2-eq gebruikt voor compensatie van de uitstoot in Denemarken en 52.000 ton CO2-eq voor de uitstoot in Nederland. Met de aankoop van 320.000 ton CO2-eq credits wordt dus ruimschoots voldaan aan de totaal benodigde carbon credits voor compensatie door Arla in 2021. VCS, waarmee de compensatieprojecten van Arla zijn gecertificeerd, garandeert onder meer dat de klimaatcompensatie daadwerkelijk plaatsvindt en slechts één maal wordt geclaimd.

 

Het oordeel van de Commissie

 

1.

In de bestreden uitingen deelt Arla mee dat haar biologische zuivel (vanaf) nu “klimaatneutraal” is doordat zij haar totale uitstoot compenseert en steeds verder reduceert. Niet is in geschil dat Arla voor de compensatie van de uitstoot van broeikasgassen investeert in een project voor de aanplant van nieuwe bomen (Oost-Afrika) en in twee projecten voor de bescherming van regenwoud (Brazilië en Indonesië). Kern van de klacht is dat de claim “klimaatneutraal” in de bestreden uitingen misleidend is, omdat volgens klager projecten voor bosbehoud niet bijdragen aan compensatie van de uitstoot van broeikasgassen en het project voor de aanplant van nieuwe bomen waarin Arla investeert daaraan weliswaar wel kan bijdragen, maar onvoldoende oplevert om de voor 2021 door Arla verwachte uitstoot geheel te kunnen compenseren.

 

2.

De Commissie acht voldoende aannemelijk geworden dat internationaal is erkend dat compensatie van de uitstoot van broeikasgassen niet alleen kan bestaan uit verwijdering van CO2 uit de atmosfeer door het aanplanten van nieuw bos, maar ook uit behoud van bestaand bos, waardoor wordt voorkomen dat CO2 in de atmosfeer terecht komt die bij behoud van het bos in de bomen en de bodem opgeslagen blijft. Arla heeft onweersproken gesteld dat de projecten voor bosbehoud waarin zij investeert, voldoen aan de standaard REDD+ en dat haar klimaatcompensatieprojecten zijn gecertificeerd met de Verified Carbon Standard. Nu door VCS wordt gemonitord of klimaat-compensatie daadwerkelijk plaatsvindt, moet uit de certificering worden afgeleid dat Arla compensatie van haar uitstoot (mede) kan realiseren door het financieren van de projecten voor bosbehoud.

 

3.

Vervolgens dient te worden beoordeeld of de compensatie via de door Arla bedoelde projecten ertoe leidt dat de uitstoot van de productie van haar biologische zuivel daadwerkelijk volledig wordt geneutraliseerd, zoals in feite de strekking van de uitingen is. Arla heeft in dit kader voldoende aannemelijk gemaakt dat sprake is van gecertificeerde klimaatcompensatieprojecten die worden gewaardeerd op basis van carbon credits. Het gebruik van CO2-credits om CO2-neutraliteit te bereiken, dient toelaatbaar te worden geacht (vgl. dossier 2021/00002). De Commissie acht op basis van hetgeen Arla stelt en op grond van het op de website van Arla gepubliceerde ‘Certificate of Purchase’ voldoende onderbouwd dat door Arla in totaal (voor de markten in Denemarken en Nederland gezamenlijk) 320.000 ton CO2-eq credits zijn ingekocht, te weten 78.000 ton CO2-eq in het aanplantproject in Oost-Afrika en 242.000 ton CO2-eq in de bosbehoudprojecten in Brazilië en Indonesië. Hierdoor wordt theoretisch voldaan aan de totaal benodigde hoeveelheid carbon credits voor compensatie van de door Arla (Nederland) in 2021 verwachte uitstoot van 52.000 ton CO2-eq. De Commissie ziet in hetgeen klager stelt verder geen aanleiding om te oordelen dat in de praktijk de projecten waarop Arla haar claim via de aankoop van CO2-eq credits baseert onvoldoende zouden garanderen dat de uitstoot van broeikasgassen daadwerkelijk volledig wordt gecompenseerd. Op basis van de beschikbare gegevens kan de claim “klimaatneutraal” in de bestreden uitingen daarom niet misleidend worden geacht.

 

4.

Op grond van het voorgaande wordt als volgt beslist.

 

De beslissing

 

De Commissie wijst de klacht af.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken