De bestreden reclame-uiting
Het betreft de uiting in een folder van Kruidvat, waarin bij een kortingsactie van 2,49 euro voor 1,99 euro boven de afbeelding van verpakkingen van geurtheelichten onder meer staat:
“Bolsius Geurtheelichten
18 stuks”.
De klacht
Klager heeft geconstateerd dat adverteerder reclame maakt voor Bolsius Geurtheelichten maar dat deze niet van Bolsius (uit Schijndel) zijn maar van Evora (uit Renswoude). Bolsius is volgens klager de “Rolls Royce” in de kaarsen industrie en dus relatief duur. Kruidvat stunt met Bolsius kaarsen terwijl het in werkelijkheid “nep Bolsius kaarsen” zijn. Klager acht de uiting dan ook misleidend.
Het verweer
Adverteerder heeft verweer gevoerd. Op het verweer zal hierna, voor zoveel nodig, worden ingegaan.
Het oordeel van de voorzitter
1) Niet is in geschil dat in de bestreden uiting een fout is gemaakt. In de uiting worden Bolsius geurtheelichten aangeboden terwijl de aanbieding ziet op theelichten van een andere fabrikant dan Bolsius. Adverteerder stelt zich op het standpunt dat, kort samengevat, ondanks de fout geen sprake is van misleiding, omdat het een drukfout betreft en adverteerder bij de constatering ervan direct actie heeft ondernomen om de fout te herstellen.
2) In de uiting is een onjuiste merknaam bij de aanbieding gebruikt. De reclame bevat aldus onjuiste informatie ten aanzien van de commerciele oorsprong van het product, zoals bedoeld onder b van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat hierdoor de gemiddelde consument ertoe gebracht kan worden een besluit te nemen over een transactie, dat hij anders niet had genomen. Op grond van het voorgaande is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
4) Dat volgens adverteerder sprake is van een drukfout en zij direct maatregelen heeft getroffen, leidt niet tot een ander oordeel. Bij de beoordeling van het al dan niet misleidende karakter van een reclame-uiting gaat het om de interpretatie die de gemiddelde consument vermoedelijk aan de reclame zal geven. Uitsluitend indien voor deze consument concrete aanwijzingen bestaan dat de uiting bepaalde onjuistheden bevat, kan de adverteerder zich tegenover de consument erop beroepen dat sprake is van een drukfout. Van een dergelijke, evidente onjuistheid is in dit geval echter geen sprake. De gemiddelde consument kan derhalve niet op de hoogte worden geacht van het feit dat sprake is van een drukfout.
In de mededeling van adverteerder dat zij direct maatregelen heeft genomen om de fout te herstellen ziet de voorzitter aanleiding om de aanbeveling te doen voor zover nodig.
De beslissing van de voorzitter
De voorzitter acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Hij beveelt adverteerder voor zover nodig aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.