De bestreden reclame-uiting
Het betreft een advertentie op Facebook waarin een op een pamflet lijkende uiting van Forum voor Democratie is te zien met de tekst: “Op 5 mei herdenken we 75 jaar vrijheid”. In deze tekst is integraal het logo van het Nationaal Comité 4 en 5 mei verwerkt. Hieronder staat “1945 – †2020”.
Samenvatting van de klacht
Klaagster maakt bezwaar tegen het gebruik van het logo van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Zij stelt dat hierdoor de huidige coronamaatregelen worden vergeleken met de Tweede Wereldoorlog.
Het oordeel van de voorzitter
De voorzitter stelt voorop dat het is toegestaan een politiek denkbeeld te uiten, ook als dat denkbeeld door velen verwerpelijk wordt bevonden. De voorzitter verwijst naar de ruime vrijheid van meningsuiting die een politieke partij heeft op grond van artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het enkele feit dat adverteerder in de uiting aanleiding ziet een verband te leggen tussen de ‘vrijheid’ tijdens de coronamaatregelen en de ‘vrijheid’ tijdens of na de Tweede Wereldoorlog, geeft daarom geen aanleiding om te oordelen dat de grens van het toelaatbare is overschreden. Dat neemt niet weg dat een politieke partij niet de indruk moet wekken dat de uiting door derden wordt ondersteund als dat in werkelijkheid niet het geval is. Adverteerder gebruikt in de uiting het bekende logo van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Dit Comité heeft als taak richting, inhoud en vorm te geven aan het herdenken, vieren en het levend houden van de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog. Door het logo van het Nationaal Comité 4 en 5 mei te gebruiken, zal het publiek zeer wel kunnen menen dat deze instantie instemt met de uiting en om die reden toestemming heeft gegeven voor het gebruik van haar logo. Van een dergelijke toestemming is echter geen sprake. Door desondanks in de uiting via het logo en de context waarin dat gebeurt een duidelijk verband te leggen tussen de doelen waarvoor deze instantie zich inzet en het politieke standpunt van adverteerder over de coronamaatregelen, heeft adverteerder gehandeld in strijd met de normen van de goede smaak en het fatsoen als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). De uiting is derhalve in strijd met dit artikel.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het voorgaande heeft adverteerder gehandeld in strijd met artikel 2 NRC. De voorzitter adviseert adverteerder om niet meer op een dergelijke wijze reclame te malen.