De bestreden reclame-uitingen
Het betreft een Instagramadvertentie en de website shop.mycophilia.nl telkens voor zover in deze uitingen wordt gezegd:
“Op dit moment is het belangrijk om aandacht te besteden aan uitgebalanceerde gezonde voeding met veel vitale stoffen. Onze paddenstoelen zijn niet alleen heel lekker maar ook heel gezond, ze zijn hoog in vezel, laag in vet, rijk in belangrijke vitamines, enzymen, mineralen en sporenelementen. Ook bevatten ze stoffen die het immuunsysteem kunnen versterken en antiviraal kunnen werken. Wij hebben een heerlijke paddenstoelen melange samengesteld die niet alleen goed is voor de weerstand maar ook fantastisch is om mee te koken.”
Samenvatting van de klacht
In de uitingen staan ongefundeerde gezondheidsclaims. In de context van COVID-19 wordt gesuggereerd dat de verkochte paddenstoelen het immuunsysteem versterken en zelfs antiviraal kunnen werken. Dit is nooit wetenschappelijk aangetoond. Adverteerder verwijst naar een publicatie over immuun cellen die is gesponsord door de paddenstoelenindustrie. Over antivirale activiteit is überhaupt niets aangetoond. De claims zijn derhalve ongefundeerd en zeer schadelijk, omdat de suggestie wordt gewekt dat men zich tegen COVID-19 kan beschermen met deze paddenstoelen.
Samenvatting van het verweer
Adverteerder beweert niet dat haar paddenstoelen tegen COVID-19 werken. Zij heeft enkel een oproep geplaatst om haar paddenstoelen te redden van de afvalbak. Wat betreft de gezondheidsclaims verwijst adverteerder naar onderzoeken waarnaar ook andere paddenstoelenkwekers verwijzen. Adverteerder heeft naar aanleiding van de klacht de tekst dat shiitake het immuunsysteem mogelijk kan versterken verwijderd en zij hoopt dat hiermee de klacht is afgehandeld.
Het oordeel van de voorzitter
1) De klacht is gericht tegen de mededeling in de uitingen dat de door adverteerder aangeboden paddenstoelen, die moeten worden aangemerkt als een levensmiddel in de zin van artikel 2 van Verordening (EG) nr. 178/2002, stoffen bevatten die “het immuunsysteem kunnen versterken en antiviraal kunnen werken”. Voor wat betreft de beweerdelijke antivirale werking geldt dat het op grond van artikel 7 lid 4 in verbinding met artikel 7 lid 3 van Verordening (EU) 1169/2011 niet is toegestaan aan levensmiddelen bepaalde eigenschappen toe te schrijven inzake het voorkomen, behandelen of genezen van een menselijke ziekte, noch toespelingen te maken op dergelijke eigenschappen. De uiting is hiermee in strijd De beweerdelijke antivirale werking betreft immers het voorkomen van een ziekte, waarbij in het midden kan blijven of hier Corona (COVID-19) of een andere virale ziekte is bedoeld. Ingevolge artikel 2 lid 6 van het Warenwetbesluit informatie levensmiddelen is het verboden in strijd met genoemde artikelen van Verordening (EU) 1169/2011 te handelen en zijn de uitingen om die reden niet in overeenstemming met de wet als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Daarnaast geldt dat de claim dat de paddenstoelen het immuunsysteem kunnen versterken in strijd is met Verordening (EG) nr. 1924/2006. Dit betreft geen goedgekeurde gezondheidsclaim. Het gebruik van een niet-goedgekeurde gezondheidsclaim is op grond van artikel 10 lid 1 van Verordening (EG) nr. 1924/2006 niet toegestaan. Ingevolge artikel 2 lid 4 van het Warenwetbesluit informatie levensmiddelen is het verboden in strijd met artikel 10 lid 1 van Verordening (EG) nr. 1924/2006 te handelen en is de uiting ook in zoverre niet in overeenstemming met de wet als bedoeld in artikel 2 NRC.
2) De voorzitter neemt nota van de mededeling van adverteerder dat zij de tekst dat haar paddenstoelen het immuunsysteem mogelijk versterken, inmiddels heeft verwijderd. Op andere wijze verwijst zij echter, naar de voorzitter ambtshalve heeft geconstateerd, nog steeds naar het immuunsysteem, te weten door de woorden “goed is voor de weerstand”. Daarnaast is niet duidelijk of adverteerder de antivirale claim nog zal gebruiken. De voorzitter beslist om die reden als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het voorgaande zijn de bestreden reclame-uitingen in strijd met artikel 2 NRC. De voorzitter beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.