a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Reizen en toerisme

Status:

Dossiernr:

2023/00640 - CVB

Datum:

08-05-2024

Uitspraak:

CVB Afwijzing Vernietigd (gedeeltelijk) (=Aanbeveling (gedeeltelijk))

Product/dienst:

Reizen en toerisme

Motivatie:

Bijzondere Reclamecode

Medium:

Digitale Marketing Communicatie

Het College van Beroep {8 mei 2024]

1.  De procedure

(…)

2.  De bestreden reclame-uitingen

Het betreft de volgende uitingen op de website https://www.tui.nl/fairfriday.
1) De banner met het logo van TUI en een wereldbol, alles in groene kleuren, en de tekst:
“Fair Friday
Voor de generatie van morgenEen duurzamere reis voor een normale prijs. Denk aan een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel of treinreis Tot 100,- voordeel p.p.”
2) De op genoemde website staande tekst:
“Al voor de derde keer op rij doen wij ook dit jaar niet mee aan Black Friday en dopen we deze om tot Fair Friday. En op Fair Friday staan we even stil bij de toekomst. De toekomst van vakantie. Zodat ook de generatie van morgen kan blijven genieten van deze mooie wereld. Het zit vaak al in kleine dingen. Vakanties waarbij rekening wordt gehouden met de omgeving, vervoer, de lokale economie en inwoners, duurzamere energie-oplossingen en verblijf in een hotel met erkend duurzaamheidslabel. Een duurzamere reis voor een normale prijs. (…)”.
3) De aanbieding van “Fair travel zonvakanties” naar de Canarische Eilanden, Kaapverdië, Portugal, Aruba, Curaçao en de Dominicaanse Republiek.
4) De volgende tekst:
Krijg je soms het idee dat duurzamere vakanties ook duurdere vakanties zijn? Dat klopt niet helemaal. De vakantie zelf is niet duurder, maar onze fair travel accommodaties zijn daadwerkelijk luxer. (…) en er zijn zeer bewuste keuzes gemaakt.”
5) Een op YouTube geplaatste video van TUI met de titel “Fair Friday”.

Het beroep betreft het oordeel van de Commissie over de uitingen 2 en 3.

 

3.   Het geschil in eerste aanleg (voor zover in beroep relevant)

3.1. De inleidende klacht luidt dat de uitingen over de Fair Friday website van TUI misleidende duurzaamheidsclaims bevatten, waarbij het voor het beroep relevante gedeelte van de klacht in het bijzonder ziet op de in uiting 3 aangeboden vliegvakanties in combinatie met de mededelingen over duurzamere keuzes in uiting 2. Het is volgens appellant misleidend om de nadruk te leggen op de boodschap dat bij (verre) vliegreizen duurzamere vakanties tegen normale prijzen mogelijk zijn. Duurzamere vakanties vragen niet alleen om investeringen in kleine dingen, maar ook om grote investeringen, zoals zuinigere vliegtuigen, fabrieken en brandstoffen. TUI verzwijgt – nota bene op Fair Friday – dat het betalen van een extra prijs door consumenten nodig is om dit deel van de reizen op een betekenisvolle manier te verduurzamen. Daarbij kiest TUI ervoor om binnen de context van Fair Friday zes verre vliegbestemmingen het meest prominent in de etalage te zetten en deze vakanties aan te bieden als een duurzamere optie.

3.2. De Commissie is ervan uitgegaan dat de klacht is gebaseerd op artikel 3.1 van de Code voor Duurzaamheidsreclame (CDR). Vervolgens heeft de Commissie, kort samengevat, geoordeeld dat voor de gemiddelde consument voldoende duidelijk is dat TUI de in het kader van Fair Friday aangeboden vakanties in een hotel met duurzaamheidslabel of met treinreis “duurzamer” noemt ter onderscheiding van haar aanbod van vakanties waarbij deze elementen ontbreken. De Commissie acht deze aanduiding niet onjuist. In de uitingen wordt niet gesteld of gesuggereerd dat met een “duurzamere reis” wordt gedoeld op reizen waarbij gebruik wordt gemaakt van duurzame(re) vliegtuigbrandstoffen. In zoverre verschillen de onderhavige uitingen van de in dossier 2023/00159 beoordeelde uitingen over het Fair Travel concept van TUI, waarin wel de verduurzaming van vliegtuigbrandstoffen dankzij dit concept werd genoemd of gesuggereerd. Door de context waarin de Fair Friday zonvakanties worden aangeboden, is voldoende duidelijk dat deze vakanties duurzamer zijn door het verblijf in een accommodatie met duurzaamheidslabel of door de trein als vervoermiddel. Voor de gemiddelde consument is voldoende duidelijk dat “duurzamer” geen betrekking heeft op vliegreizen waarbij gebruik wordt gemaakt van duurzame(re) vliegtuigbrandstoffen. Niet kan worden gezegd, zoals de klacht luidt, dat in de uitingen de indruk wordt gewekt dat vliegreizen met gebruik van duurzame(re) brandstof mogelijk zijn voor een normale prijs. Op grond van het voorgaande heeft de Commissie de klacht afgewezen.

 

4.  De grieven

4.1. Appellant stelt dat de Commissie ten onrechte de uitingen 2 en 3 niet in strijd heeft geacht met artikel 3.1 CDR. Appellant onderbouwt dit als volgt.

4.2. Het feit dat, zoals de Commissie heeft geoordeeld, er geen specifieke claims over duurzamere vliegtuigbrandstoffen worden gemaakt, neemt niet weg dat consumenten met interesse in duurzame(re) vakanties door uitingen 2 en 3 op het verkeerde been worden gezet. De kernboodschap van de Fair Friday campagne luidt “Een duurzamere reis voor een normale prijs”. Hierbij gaat het volgens uiting 2 om accommodaties met een erkend duurzaamheidslabel. Daarna wordt de keuze voor de consument die op zoek is naar een duurzamere vakantie ‘troebel’, want de duurzamere vakantie kan zomaar een verre vliegvakantie zijn met op de plaats van bestemming een hotel met erkend duurzaamheidslabel. Zonder concrete, feitelijke, aanvullende informatie zijn consumenten niet goed in staat om de geclaimde duurzaamheidsvoordelen in te schatten, waardoor een forse onderschatting van de klimaatimpact van de vliegvakantie kan ontstaan. De consument moet hier een realistische inschatting van het totaalpakket kunnen maken. Zonder relevante kennis is dit niet mogelijk. TUI geeft de noodzakelijke informatie niet. De consument zal zich daardoor niet in alle gevallen bewust zijn van factoren als de

reisafstand, de totale klimaateffecten van de reis en de mate waarin klimaateffecten wel, of juist niet, zijn ‘ingeprijsd’. Nu TUI in uiting 3 vliegvakanties verkoopt waarbij voor de consument onvoldoende feitelijk en concreet duidelijk wordt gemaakt wat het voordeel is van een hotel met erkend duurzaamheidslabel ten opzichte van het totale product, kan dit consumenten ertoe brengen (verre) vliegvakanties te beschouwen als een relatief duurzame(re) optie. Deze indruk wordt versterkt door de prominente plek die TUI aan de verre vliegvakanties geeft op de website waarop de klacht betrekking heeft.

4.3. Appellant verwijst daarnaast naar de beslissing in dossier 2023/00159 waarin is geoordeeld dat TUI mag wijzen op haar bijdrage aan lokale projecten, maar dat dan wel voldoende duidelijk moet zijn dat deze projecten los staan van de schadelijke gevolgen van de te boeken vliegreis. Omdat niet aan die eis was voldaan, heeft de Commissie destijds geoordeeld dat de toenmalige uitingen in strijd waren met artikel 3.1 CDR. Daarbij heeft de Commissie overwogen dat vliegreizen onvermijdelijk een negatieve impact op het klimaat hebben die niet kan worden tenietgedaan door een (geringe) financiële bijdrage per passagier, laat staan dat dit kan leiden tot ‘’een duurzame toekomst”. Ook nu worden de duurzaamheidsclaims met betrekking tot hotels met erkend duurzaamheidslabel gekoppeld aan reclame voor vliegvakanties. Het aanbod van TUI zal de komende jaren niet drastisch verschuiven. Vliegvakanties zullen een belangrijk onderdeel van het aanbod blijven. 80 procent van de totale CO2-impact van de Nederlandse luchtvaart wordt veroorzaakt door zo’n 20 procent van de vluchten: de langeafstandsvluchten. Bij verre vakanties is de vliegreis dus zeer bepalend voor de klimaatimpact van het totale product. 82 procent van de aangeboden Fair Travel reizen betreft vliegvakanties. Door accommodaties op verre vliegbestemmingen te voorzien van een erkend duurzaamheidslabel meent TUI relatief gemakkelijk te mogen claimen dat zulke vakanties toch duurzamer zijn. TUI heeft de tekortkomingen in de eerdere Fair Travel campagne aangepast door iedere concrete verwijzing naar alternatieve vliegtuigbrandstoffen te vermijden, maar zij blijft de indruk wekken dat duurzamere verre vliegvakanties mogelijk zijn voor een normale prijs.

 

5.  Het antwoord in appel

De grieven zijn gemotiveerd weersproken. Het verweer strekt tot bevestiging van de beslissing van de Commissie voor zover in beroep aan de orde.
Hierna zal, voor zoveel nodig, op het verweer worden ingegaan.

 

6.  De mondelinge behandeling

De standpunten van partijen zijn toegelicht mede aan de hand van pleitnota’s die als hier ingelast worden beschouwd. Op hetgeen ter zitting is verklaard zal hierna, voor zoveel nodig, worden ingegaan.

 

7.  Het oordeel van het College

7.1. Ten aanzien van de webpagina heeft appellant in beroep zijn grieven toegespitst op de uitingen 2 en 3. Deze uitingen zullen worden beoordeeld in de context van de gehele webpagina waarvan zij, evenals de uitingen 1 en 4, deel uitmaken. Deze webpagina is gewijd aan ‘fair travel vakanties’ in het kader van ‘Fair Friday’. De vakanties worden gepresenteerd als “een duurzamere reis voor een normale prijs” met als toevoeging “Denk aan een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel of treinreis” (uiting 1). Vervolgens wordt gezegd dat bij deze vakanties “rekening is gehouden met de omgeving, het vervoer, de lokale economie en met inwoners, alsmede dat is gekozen voor duurzamere energie-oplossingen en verblijf in een hotel met erkend duurzaamheidslabel” (uiting 2), gevolgd door aanbiedingen voor als “fair travel zonvakanties” aangeduide vliegvakanties naar de Canarische Eilanden, Kaapverdië, Portugal, Aruba, Curaçao en de Dominicaanse Republiek (uiting 3) en de mededeling dat bij duurzamere vakanties de ‘fair travel accommodaties’ luxer zijn (uiting 4). Wegens de inhoud en strekking van de uitingen, zullen deze worden getoetst aan artikel 3.1 CDR nu er wordt gerefereerd aan duurzaamheidsaspecten.

7.2. Het College begrijpt het (in beroep enigszins gewijzigde) standpunt van appellant aldus dat de uitingen 2 en 3 in onderling verband bij de gemiddelde consument verwarring wekken over de mate waarin de ‘fair travel zonvakanties’ als een duurzamere keuze kunnen worden beschouwd. Hierbij wijst appellant erop dat in uiting 2 wordt gezegd dat bij de duurzamere keuzes rekening is gehouden met het vervoer en met duurzamere energie-oplossingen, en dat uiting 3 direct daarna vliegvakanties noemt zonder duidelijk te maken dat de duurzamere keuzes los staan van de (schadelijke gevolgen van de) vliegreis. Het standpunt van TUI komt erop neer dat ook de zonvakanties een duurzamere keuze zijn wegens de keuzes die bij die reizen zijn gemaakt op het gebied van duurzaamheid. Deze keuzes zien op hotels met erkend duurzaamheidslabel en lokale projecten op het gebied van duurzaamheid. Op zichzelf genomen staat overigens niet ter discussie dat de door TUI als ‘fair travel zonvakanties’ aangeduide vakanties zich in dat opzicht onderscheiden van andere vliegvakanties waarbij geen duurzamere keuzes zijn gemaakt. Het is evenwel de vraag of de gemiddelde consument op basis van de gegeven informatie in staat is deze keuzes bij de zonvakanties in de juiste context te plaatsen. Hierover oordeelt het College als volgt.

7.3. Bij de in uiting 3 genoemde ‘fair travel zonvakanties’ gaat het steeds om vliegvakanties. De duurzaamheidsclaim betreft niet de vliegreis als zodanig. Dit aspect moet daarom van de duurzaamheidsclaim worden uitgezonderd. Dit dient uitdrukkelijk te gebeuren. Aangenomen moet immers worden dat de duurzamere keuzes die worden gemaakt in de vorm van hotels met erkend duurzaamheidslabel en lokale projecten op het gebied van duurzaamheid niet opwegen tegen de schadelijke effecten van het vliegen. Zoals is gebleken in dossier 2023/00159 hebben de keuzes waarop de duurzaamheidsclaim van TUI bij zonvakanties berust, immers alleen een tijdelijk en lokaal effect, en beperken deze keuzes de negatieve impact van het vliegen niet of slechts in zeer beperkte mate. Door bij de andere onderdelen van de bedoelde zonvakanties duurzamere keuzes te maken met betrekking tot de accommodatie of in de vorm van lokale projecten, en dat op deze wijze te presenteren, ‘vergroent’ TUI als het ware vliegreizen.

7.4. Door te spreken over ‘fair travel zonvakanties’ in een uiting die geheel is gewijd aan duurzamere keuzes, suggereert TUI ten aanzien van deze vakanties meer dan zij waarmaakt en gebruikt zij een vergelijkende term zonder duidelijk te maken met welke andere reizen precies vergeleken wordt om het predicaat ‘duurzamer’ te verdienen. De gemiddelde consument zal de uitingen zeer wel zo kunnen opvatten dat de gehele zonvakantie (inclusief de vlucht) een duurzamere keuze is, terwijl TUI dit niet aannemelijk heeft gemaakt. Aan die onjuiste suggestie draagt verder bij dat in uiting 2 wordt gesproken over “De toekomst van vakantie” en “Zodat ook de generatie van morgen kan blijven genieten van deze mooie wereld”. Ook deze mededelingen wekken bij de gemiddelde consument de indruk dat een keuze voor een ‘fair travel zonvakantie’ uit het oogpunt van duurzaamheid belangrijke voordelen biedt boven andere, niet als een duurzamere keuze gepresenteerde vliegvakanties.
In werkelijkheid is dat verschil niet aanwezig of zeer marginaal (zo heeft appellant aannemelijk gemaakt en heeft TUI niet voldoende weersproken). Een marginaal verschil rechtvaardigt niet de aanduiding ‘fair travel zonvakanties’ voor vliegvakanties, nog los van het feit dat het volgens appellant in verreweg de meeste gevallen om verre vliegvakanties gaat die extra belastend zijn voor het klimaat en het milieu.

7.5. Nu de wijze waarop TUI de zonvakanties als een duurzamere keuze presenteert bij de gemiddelde consument onjuiste verwachtingen kan wekken over de klimaat- en milieubelasting van deze vakanties, acht het College de uitingen 2 en 3 in strijd met artikel 3.1 CDR. Het College wijkt daarmee af van het oordeel van de Commissie. Hieraan doet niet af dat in uiting 1 wordt gezegd dat bij de duurzamere keuzes moet worden gedacht aan een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel of een treinreis. Dit maakt in de context van de gehele uiting nog onvoldoende duidelijk of bij pakketreizen met vliegvakanties de reis als zodanig is uitgezonderd van de duurzaamheidsclaim. In uiting 2 wordt bovendien gesproken over vervoer, hetgeen zo kan worden begrepen dat dit ook ziet op de direct daarna aangeboden zonvakanties. Dit alles kan de gemiddelde consument ertoe brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Om die reden beslist het College als volgt.

 

8.   De beslissing van het College van Beroep

Het College vernietigt de beslissing van de Commissie voor zover het betreft het oordeel over de uitingen 2 en 3. Het College acht deze uitingen in strijd met artikel 3.1 CDR en beveelt TUI in zoverre aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Het College handhaaft de bestreden beslissing voor het overige.

 

[Hieronder volgt de beslissing waartegen beroep is ingesteld]

De Reclame Code Commissie [20 februari 2024]

De bestreden reclame-uitingen

Het betreft de volgende uitingen in het kader van de Fair Friday campagne van TUI op de webpagina https://www.tui.nl/fairfriday/ (uitingen i t/m iv) en een video op YouTube (uiting v):

i)

De banner met het logo van TUI en een wereldbol, alles in groene kleuren, met in de banner de tekst:

“Fair Friday

Voor de generatie van morgen

Een duurzamere reis voor een normale prijs. Denk aan een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel of treinreis.

Tot 100,- voordeel p.p.”

ii)

De onder bovengenoemde banner staande tekst:

“Al voor de derde keer op rij doen wij ook dit jaar niet mee aan Black Friday en dopen we deze om tot Fair Friday. En op Fair Friday staan we even stil bij de toekomst. De toekomst van vakantie. Zodat ook de generatie van morgen kan blijven genieten van deze mooie wereld. Het zit vaak al in kleine dingen. Vakanties waarbij rekening wordt gehouden met de omgeving, vervoer, de lokale economie en inwoners, duurzamere energie-oplossingen en verblijf in een hotel met erkend duurzaamheidslabel. Een duurzamere reis voor een normale prijs. (…)”

iii)

De aanbieding van “Fair travel zonvakanties: tot 100,- voordeel p.p.” naar de Canarische Eilanden, Kaapverdië, Portugal, Aruba, Curaçao en de Dominicaanse Republiek, die onder de bij ii) aangehaalde tekst staat.

iv)

De tekst:

“(Duur)zamer…

Krijg je soms het idee dat duurzamere vakanties ook duurdere vakanties zijn? Dat klopt niet helemaal. De vakantie zelf is niet duurder, maar onze fair travel accommodaties zijn daadwerkelijk luxer. Zo heeft 60% van de fair travel accommodaties 4 sterren en 25% zelfs 5 sterren. Zo ontbreekt het je op geen enkel vlak aan luxe, comfort, klasse en stijl maar is hier nagedacht over bepaalde dingen en er zijn zeer bewuste keuzes gemaakt.”

v)

De op YouTube geplaatste video van TUI met de titel “Fair Friday: Het reisbureau voor de toekomst”, waarin onder meer wordt gezegd: “Het kost evenveel geld als een normale vakantie.”

 

Samenvatting van de klacht

De Commissie heeft TUI naar aanleiding van een eerdere klacht, over het fair travel concept, een aanbeveling gedaan (dossier 2023/00159). Volgens klager hebben de nu bestreden uitingen in het kader van de Fair Friday campagne op verschillende onderdelen dezelfde tekortkomingen als de eerder beoordeelde uitingen. Klager licht dit per uiting als volgt toe.

Ad i)

De groene banner wordt (weer) ingezet voor de boodschap: ‘een duurzamere vakantie voor een normale prijs’. Kijkend naar de totale milieu-impact van een groot deel van de aangeboden reizen kan niet worden gezegd dat deze significant duurzamer zijn. TUI doet in het kader van de Fair Friday campagne niets extra’s om vakanties op het punt van de CO2-impact van mobiliteit (de vlucht naar en van de bestemming) duurzamer te maken. Dat kan ook niet voor een normale prijs. Het gebruik van een groene banner is in dit verband discutabel.

Ad ii)

Het benadrukken van de boodschap dat een duurzamere vakantie mogelijk is tegen een normale prijs, is binnen de context van het aanbod van vele (verre) vliegreizen misleidend. Duurzamere vakanties vragen niet alleen om investeringen in kleine dingen, maar om ontzettend grote investeringen (zuiniger vliegtuigen, fabrieken, brandstoffen). TUI verzwijgt – nota bene op Fair Friday – dat het betalen van een extra prijs door consumenten nodig is om dit deel van de reizen op een betekenisvolle manier te verduurzamen.

Ad iii)

TUI kiest ervoor om binnen de context van Fair Friday zes verre vliegbestemmingen het meest prominent in de etalage te zetten en deze vakanties aan te bieden als een relatief normale en zelfs duurzamere optie.

Ad iv)

In de uitspraak in dossier 2023/00159 is dezelfde tekst al voorzien van een aanbeveling, aldus klager. Voor de motivering waarom deze formulering misleidend is, verwijst klager naar de toelichting ad ii).

Ad v)

Uit het filmpje op YouTube blijkt dat de kern van de Fair Friday campagne is: ‘een duurzamere reis voor een normale prijs’. Deze boodschap is misleidend en onjuist. Voor het verduurzamen van mobiliteit zou de prijs van een vakantie flink moeten stijgen. Klager vindt het kwalijk dat TUI, juist in het kader van Fair Friday, die boodschap niet uitdraagt. Een duurzaamheidslabel voor een accommodatie of hergebruik van handdoeken zet weinig zoden aan de dijk om de milieu-impact van verre (vlieg)vakanties echt drastisch te doen dalen.

 

Samenvatting van het verweer

Consumenten zullen willen blijven reizen. De Fair Friday campagne is door TUI opgezet om consumenten te wijzen op de mogelijkheid om reizen en vakanties te kiezen waarbij meer oog is voor duurzamere en bewustere keuzes, bijvoorbeeld voor reizen naar een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel of een reis met een vervoermiddel zoals de trein. De uitingen in deze campagne zijn niet misleidend in de zin van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en de Code voor Duurzaamheidsreclame (CDR). TUI licht haar standpunt als volgt puntsgewijs toe.

Ad i) en ii)

In de banner wordt direct de kern van de Fair Friday campagne nader geduid en wordt concreet vermeld dat reizen die binnen deze campagne worden aangeboden reizen zijn naar een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel en treinreizen. Op de betreffende Fair Friday website, en in de gehele campagne, zijn dan ook alleen deze reizen te vinden bij het zoekresultaat. TUI mag wijzen op haar “duurzamere” reizen, er is geen sprake van misleiding. TUI is voldoende transparant over het feit dat het gaat om reizen die duurzamer zijn dan andere reizen binnen het TUI aanbod en dat er dus reizen zijn die minder duurzaam zijn. Het boeken van een reis naar een hotel met erkend duurzaamheidslabel zorgt wel degelijk voor een duurzamere reis, ook indien dit in combinatie met een vliegreis is. Deze vliegreis is in combinatie met het hotel met erkend duurzaamheidslabel immers op een belangrijk onderdeel van het geheel een duurzamer alternatief, zodat de reis in zijn geheel duurzamer wordt.

Wanneer de redenering van klager wordt gevolgd, zou elke kleine(re) bijdrage vanuit duurzaamheidsperspectief altijd als misleiding moeten worden gezien.

Ad iii)

Bij de klacht dat in het kader van Fair Friday alleen zes verre vliegvakanties prominent in de etalage worden gezet, verwijst klager slechts naar een deel van het getoonde aanbod. Daarmee wordt geen volledig en juist beeld geschetst van de campagne. Als eerste worden zes (vlieg)reizen getoond waarbij de focus ligt op de fair travel hotels met erkend duurzaamheidslabel. Direct daaronder echter wijst TUI op de TUI Ski Express treinreizen, vier citytrips per trein en drie bestemmingen voor vakanties dicht bij huis. Verschillende onderdelen van deze specifieke reizen zijn duurzamer te noemen, zodat uiteindelijk de reis in het geheel duurzamer is dan een reis zonder deze onderdelen. Dat betekent dat consumenten bewustere keuzes kunnen maken om de impact op het milieu en de lokale gemeenschappen te verminderen in vergelijking met minder duurzame alternatieven.

Ad iv)

Met de hier bestreden tekst, die gelezen dient te worden binnen de gehele context van de Fair Friday campagne, beoogt TUI slechts nadere duiding te geven aan de bijdrage van deze campagne. Consumenten worden nader geïnformeerd over het feit dat met de keuze voor het boeken van een reis naar een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel wordt gekozen voor een accommodatie waar duurzame initiatieven een grote rol spelen en een stap in de goede richting wordt gezet.

Ad v)

TUI betwist dat het misleidend is om een duurzamere vakantie voor een normale prijs aan te bieden. Klager gaat ten onrechte slechts in op het verduurzamen van mobiliteit, waarbij hij de nadruk legt op het gebruik van brandstoffen bij luchtvaartmaatschappijen. Anders dan in de eerder door de Commissie beoordeelde uitingen wordt in de onderhavige uitingen niet naar verduurzaming van mobiliteit verwezen; dit is geen onderdeel van de Fair Friday campagne. In deze campagne gaat het juist om overige belangrijke bijdragen, zoals steun aan lokale bevolking en economie en accommodaties met een erkend duurzaamheidslabel. TUI heeft binnen de Fair Friday campagne de focus gelegd op het feit dat ook relatief kleinere stappen richting duurzaamheid uiteindelijk impact kunnen hebben, zeker als deze op grote schaal worden toegepast.

 

De mondelinge behandeling

Partijen hebben, mede aan de hand van overgelegde pleitaantekeningen, hun standpunten nader toegelicht, en hebben vragen van de Commissie beantwoord.

Op hetgeen ter zitting aan de orde is gekomen zal in het hiernavolgende voor zover nodig worden ingegaan.

 

Het oordeel van de Commissie

1. Samengevat komt de klacht tegen de verschillende uitingen in het kader van Fair Friday erop neer dat de uitingen misleidend zijn, omdat daarin volgens klager wordt gesuggereerd dat een duurzamere vliegreis voor een normale prijs mogelijk is, zonder dat de milieu-impact van vliegreizen duidelijk wordt gemaakt en wordt gewezen op de investeringen en de prijsverhogingen die nodig zijn om vliegreizen daadwerkelijk te verduurzamen. Aangenomen wordt dat met deze klacht een beroep wordt gedaan op artikel 3.1 CDR. Hierin is bepaald, voor zover hier van belang, dat duurzaamheidsreclame, gelet op de totale indruk die de reclame geeft, de gemiddelde consument niet mag misleiden over duurzaamheidsaspecten van de aangeprezen producten of over de bijdrage van de adverteerder aan het handhaven en bevorderen van duurzaamheid in het algemeen, en zo de consument ertoe brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen.

2. Bij de beoordeling of sprake is van misleidende (duurzaamheids)reclame dient te worden uitgegaan van de volledige uiting en de context waarin de bestreden mededelingen worden gedaan, en de vermoedelijke verwachting van de gemiddelde consument. De in de klacht apart bestreden uitingen i t/m iv staan onder elkaar op één webpagina en zullen door de gemiddelde consument in onderlinge samenhang worden bezien. De uitingen i t/m iv zullen in deze context worden beoordeeld.

3. In de banner (uiting i) wordt onder de aanhef “Fair Friday” met voordeel een “duurzamere reis voor een normale prijs” aangeboden, gevolgd door de mededeling “Denk aan een fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel of treinreis.” Direct onder de banner staat (uiting ii): “(…) Het zit vaak al in kleine dingen. Vakanties waarbij rekening wordt gehouden met de omgeving, vervoer, de lokale economie en inwoners, duurzamere energie-oplossingen en verblijf in een hotel met erkend duurzaamheidslabel. Een duurzamere reis voor een normale prijs.” Bovendien blijkt uit de overgelegde uitingen dat de in de klacht als uiting ii aangehaalde tekst wordt gevolgd door: “Daarom zetten we op Fair Friday onze duurzamere vakanties weer vol in het zonnetje. Zoals onze fair travel accommodaties met erkend duurzaamheidslabel, maar ook de stedentrips met de trein of wintersport met de TUI Ski Express bespaar je tot wel 100,- Fair Friday voordeel per persoon. Bekijk actievoorwaarden.” Aldus wordt in de banner bovenaan de webpagina direct duidelijk gemaakt wat adverteerder in dit verband onder een “duurzamere reis” verstaat, te weten een vakantie in een “fair travel hotel met erkend duurzaamheidslabel of treinreis”, en wordt deze invulling van het begrip “duurzamer” in de onder de banner staande tekstgedeelten herhaald en verder toegelicht.

Voor de gemiddelde consument is voldoende duidelijk dat TUI de in het kader van Fair Friday aangeboden vakanties in een hotel met duurzaamheidslabel of met treinreis “duurzamer” noemt ter onderscheiding van haar aanbod van vakanties waarbij deze elementen ontbreken. De Commissie acht deze aanduiding niet onjuist.

4. Dat in het kader van Fair Friday zes vliegreizen worden aangeboden (uiting iii), maakt het voorgaande niet anders. In de uitingen wordt niet gesteld of gesuggereerd dat met een “duurzamere reis” wordt gedoeld op reizen waarbij gebruik wordt gemaakt van duurzame(re) vliegtuigbrandstoffen. In zoverre verschillen de onderhavige uitingen van de in dossier 2023/00159 beoordeelde uitingen over het fair travel concept, waarin wel de verduurzaming van vliegtuigbrandstoffen dankzij dit concept werd genoemd of gesuggereerd. Door de context waarin de Fair Friday zonvakanties worden aangeboden, is voldoende duidelijk dat deze vakanties duurzamer zijn door het verblijf in een accommodatie met duurzaamheidslabel.

5. Op grond van het voorgaande treft de klacht tegen uiting iv (“Krijg je soms het idee dat duurzamere vakanties ook duurdere vakanties zijn? Dat klopt niet helemaal.(…)” ook geen doel. Voor de gemiddelde consument is voldoende duidelijk dat “duurzamer” geen betrekking heeft op vliegreizen waarbij gebruik wordt gemaakt van duurzame(re) vliegtuigbrandstoffen. Niet kan worden gezegd, zoals de klacht luidt, dat door de uiting(en) de indruk wordt gewekt dat vliegreizen met gebruik van duurzame(re) brandstof mogelijk zijn voor een ‘normale’ prijs.

6. Ditzelfde oordeel geldt voor de video op YouTube (uiting v). In deze video houden kinderen als ‘reisagenten’ aan volwassenen voor dat op vakantie gaan “duurzamer” kan. Zij noemen daarbij als voorbeelden een hotel met een duurzaamheidslabel, met de trein reizen, lekker lang op vakantie (“één jaar, twee jaar”) en waterbesparing door niet steeds om een schone handdoek te vragen. Ook wordt gezegd: “Het kost evenveel geld als een normale vakantie.” De video sluit af met de mededeling “Boek een duurzamere reis voor een normale prijs op tui.nl/fairfriday.” Evenals in de hiervoor besproken uitingen i t/m iv wordt in de video niet gezegd of gesuggereerd dat met de in het kader van Fair Friday aangeboden “duurzamere” vakanties wordt gedoeld op vliegreizen waarbij gebruik wordt gemaakt van duurzame(re) vliegtuigbrandstoffen of dat dergelijke vliegreizen mogelijk zijn voor een normale prijs.

7. Op grond van het vorenstaande wordt als volgt beslist.

 

De beslissing van de Reclame Code Commissie

De Commissie wijst de klacht af.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken