Het College van Beroep [8 mei 2024]
1. De procedure
(…)
2. De bestreden reclame-uiting
Het betreft de verpakking van magere yoghurt met dop van het Albert Heijn merk.
3. Het geschil in eerste aanleg (voor zover in beroep relevant)
3.1. De inleidende klacht luidt dat de verpakking van het yoghurt product misleidend is. In beroep gaat het specifiek om het ontbreken van een instructie op de verpakking over het zo optimaal legen daarvan via een specifieke opvouwmethode. Door het ontbreken van die instructie zou er forse verspilling en onnodig vrijkomen van CO2 en ammoniak ontstaan.
3.2. De Commissie heeft het hiervoor omschreven klachtonderdeel afgewezen. Volgens de Commissie is informatie over het volledig legen van de verpakking geen essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen. Het ontbreken van deze informatie kan daarom niet tot het oordeel leiden dat sprake is van misleiding. Dat consumenten in de praktijk de verpakking niet of onjuist opvouwen en er hierdoor een substantiële hoeveelheid yoghurt in het pak achterblijft, leidt volgens de Commissie niet tot een ander oordeel.
4. De grieven
Ten onrechte heeft de Commissie geoordeeld dat het ‘dikvloeibare’ yoghurt product niet om meer informatie vraagt. Zonder die informatie weet de consument niet hoe de verpakking optimaal kan worden geleegd en hoe groot anders het restant is (gemiddeld 10%). Het ontbreken van een duidelijke opvouwinstructie leidt tot misleiding van de gemiddelde consument. Bij meer informatie zal de consument zijn/haar gedrag wijzigen met betrekking tot het legen van de verpakking. Albert Heijn heeft als grote keten op dit punt een informatieplicht.
5. Het antwoord in appel
De grieven zijn gemotiveerd weersproken. Het verweer strekt tot bevestiging van de beslissing van de Commissie. Hierna zal, voor zoveel nodig, op het verweer worden ingegaan.
6. Het oordeel van het College
6.1. Appellant heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om te worden gehoord. Het College gaat om die reden voorbij aan de pleitnota die appellant voorafgaand aan de zitting heeft toegezonden. Een pleitnota is de weergave van hetgeen men tijdens de mondelinge behandeling naar voren wenst te brengen. Indien wordt afgezien van de mondelinge behandeling, wordt tevens afgezien van de pleitnota.
6.2. Het beroep is gericht tegen de afwijzing van het klachtonderdeel dat ziet op het ontbreken van een instructie op de verpakking over de wijze waarop men deze dient op te vouwen teneinde de verpakking zo optimaal mogelijk te legen. Het ontbreken van een dergelijke instructie kan niet tot het oordeel leiden dat de uiting in strijd met de Nederlandse Reclame Code is. Er is geen bepaling die voorschrijft dat een dergelijke instructie op verpakkingen moet worden vermeld, terwijl het enkele ontbreken daarvan niet tot het oordeel kan leiden dat sprake is van misleidende voedselinformatie, overeenkomstig hetgeen de Commissie heeft geoordeeld. Een opvouwinstructie is wellicht nuttig, maar geen informatie die in het kader van reclame moet worden vermeld. Het College beslist daarom als volgt.
7. De beslissing van het College van Beroep
Het College bevestigt de beslissing van de Commissie waarbij de klacht is afgewezen.
[Hieronder volgt de beslissing waartegen deels beroep is ingesteld]
De Reclame Code Commissie [5 maart 2024]
De bestreden reclame-uiting
Het betreft de verpakking van het product magere yoghurt van Albert Heijn.
Samenvatting van de klacht
Klager acht de verpakking met dop van Albert Heijn magere yoghurt op de volgende gronden misleidend:
a) De verpakking bevat geen visuele aanwijzingen of adviezen om het legen van de 1 literverpakking te bevorderen, ondanks de adviezen van de Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO) hierover. Ook staat er niks over “het toevoegen van wat water, schudden en vervolgens laten uitdruppen”. Een verpakking met dop is niet volledig te legen. Bij een gemiddeld restant van 10% betaalt de koper voor 1 liter yoghurt, maar krijgt hij of zij maar 0,9 liter. Doordat er te weinig informatie wordt verstrekt over hoe de verpakking volledig geleegd kan worden ontstaat er forse verspilling, met als gevolg veel onnodige waterverspilling (100 liter water bij 10% yoghurtrestant) en onnodig vrijkomen van CO2 (0,35 kg CO2/liter bij 10% yoghurtrestant) en voor de natuur schadelijke ammoniak.
b) De verpakking bevat geen mededeling dat het product in de koelkast langer houdbaar is dan de aangegeven houdbaarheidsdatum, hetgeen leidt tot verspilling.
c) De woorden “duurzaamheid”, “natuur” en “natuurlijker” op de verpakking zijn cosmetisch van aard en snijden weinig of geen hout. Dit geldt ook voor de groene kleur van de verpakking en de groene klaverblaadjes en grassprietjes.
d) Op de verpakking wordt een misleidend logo afgebeeld met in het zwart een blaadje met witte V en het woord Vega. Het logo van het echte keurmerk is anders en heeft een groene kleur. Dit leidt tot greenwashing.
Samenvatting van het verweer
Ad a) Albert Heijn betwist dat informatie over de manier van legen van de verpakking essentiële informatie is die een consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit te nemen over een transactie. Hiervoor mist een wettelijke grondslag. Ook is het niet gebruikelijk om de consument dergelijke instructies op verpakkingen mee te geven. De gemiddelde consument zal bovendien verwachten dat bij bepaalde verpakkingen, zoals yoghurtpakken, er in bepaalde mate restant van het product achter kan blijven afhankelijk van de manier waarop de consument de verpakking leegt. Het door klager genoemde percentage van 10% is echter op geen enkele wijze onderbouwd. Anders dan klager beweert, kan ook de yoghurtverpakking met een plastic dop op dezelfde wijze worden opengevouwen als de varianten zonder dop, waarna deze door de consument (volledig) kan worden leeg geschraapt.
Ad b) Ten aanzien van de houdbaarheid van het product staat op de verpakking een ‘ten minste houdbaar tot en met’ (THT) vermelding, mits gekoeld bewaard (max. 7° C). Dit betekent dat het product na deze datum nog veilig gegeten kan worden, maar dat de kwaliteit achteruit kan gaan. Daarom wordt, mede met het oog op tegengaan van verspilling, hierbij tevens vermeld “Kijk, ruik en proef na deze datum”. In tegenstelling tot hetgeen klager beweert, wordt op de verpakking dus wel degelijk duidelijk gemaakt dat het product (mits gekoeld bewaard) langer houdbaar is dan de THT datum.
Ad c) Van greenwashing is geen sprake. Op de verpakking wordt op geen enkele wijze geclaimd dat zuivel geen impact zou hebben op het milieu. Wel wordt op de verpakking verwezen naar het Beter voor Koe, Natuur & Boer programma, waarbij wordt vermeld dat het doel van dit programma is om Nederlandse zuivel duurzamer te maken. Onderdeel hiervan is meer ruimte voor de koe, een gevarieerd kruidengrasland voor meer biodiversiteit en een extra vergoeding voor de boer. Meer informatie over het programma is te vinden op ah.nl/betereten.
Ad d) Klager verwijst kennelijk naar het V-label certificeringsmerk. Dit merk staat er echter niet aan in de weg dat producten op andere manieren, en door middel van andere logo’s, als vegetarisch kunnen worden aangeduid. Het logo dat door Albert Heijn wordt gebruikt is bovendien een door haar geregistreerd EU merk. Albert Heijn verwijst naar de registratie hiervan.
Samenvatting van de repliek
Klager handhaaft zijn standpunt dat de verpakking misleidend is. De NZO heeft al jaren geleden de producenten/distributeurs opgeroepen ‘visuele lediginginstructies’ op de verpakking te plaatsen. Klager is wel blij dat de ‘kijk-ruik-proefmethode’ toch op de verpakking blijkt te staan.
Het gepatenteerde ‘zwarte V-logo Vega’ van AH is volgens klager zeer verwarrend in vergelijking met het groene V-label certificeringsmerk. Als het product vegetarisch is, bevat het geen producten van gedode dieren, zoals dierlijke ‘gelatine’. Informatie hierover ontbreekt op de verpakking.
Samenvatting van de dupliek
Adverteerder handhaaft het verweer.
De mondelinge behandeling
Klager heeft zijn standpunt nader toegelicht en hierbij een pleitnota overgelegd.
Op hetgeen ter zitting aan de orde is gekomen zal hierna, voor zoveel nodig, worden ingegaan.
Het oordeel van de Commissie
1. Het eerste bezwaar van klager tegen de verpakking van magere yoghurt van Albert Heijn is dat deze misleidend is, omdat hierop informatie ontbreekt met adviezen om het (volledige) legen van de verpakking te bevorderen (klachtonderdeel a) en over de langere houdbaarheid van de yoghurt dan de op het pak aangegeven datum (klachtonderdeel b). Door deze misleiding ontstaat volgens de klacht verspilling van yoghurt, met als gevolg schade voor de consument (die voor meer betaalt dan kan worden geconsumeerd) en voor het milieu.
2. Deze klachtonderdelen treffen geen doel. Anders dan klager lijkt te veronderstellen, betreft informatie over het (juist en volledig) legen van de verpakking geen essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen. Het ontbreken van deze informatie kan derhalve niet tot het oordeel leiden dat sprake is van misleiding. Op de verpakking wordt verder niet gesuggereerd dat er nooit enige yoghurt achter zal kunnen blijven in het pak. Dat consumenten in de praktijk de verpakking niet of onjuist opvouwen, zoals klager ter zitting heeft betoogd, en er hierdoor een substantiële hoeveelheid yoghurt in het pak achterblijft, betekent niet dat het ontbreken van een vouwinstructie de verpakking om die reden onjuist en/of misleidend maakt.
3. Over het ontbreken van de informatie dat het product langer houdbaar is in de koelkast dan de aangegeven houdbaarheidsdatum op de verpakking aangeeft, overweegt de Commissie als volgt. Albert Heijn heeft in verweer aangevoerd dat op de betreffende verpakking na “Ten minste houdbaar tot en met”, staat: “Kijk, ruik en proef na deze datum”, hetgeen klager vervolgens heeft erkend. Van het ontbreken van de zogeheten ‘kijk-ruik-proef’-tekst is dan ook geen sprake nog daargelaten de vraag of de uiting anders in strijd met de Nederlandse Reclame Code zou zijn.
4. Voorts maakt klager bezwaar tegen de verpakking omdat er volgens hem sprake is van greenwashing door de groene kleur van de verpakking, de daarop afgebeelde klaverblaadjes en grassprietjes en het gebruik van woorden als ‘duurzaam’ en ‘natuur’. Ook dit klachtonderdeel (c) slaagt niet. De bestreden plaatjes en tekst staan op de verpakking rondom de vermelding van het “programma koe, natuur en boer” en de daarbij staande toelichting: “Samen met meer dan 450 vaste melkveehouders maken wij onze Nederlandse zuivel steeds duurzamer. Dat is niet alleen lekker, maar ook beter voor koe, natuur en boer. Zo krijgt de koe meer ruimte, zorgt een gevarieerd kruidengrasland voor meer biodiversiteit en betalen wij onze boeren een extra vergoeding. Ga voor meer informatie naar ah.nl/betereten.”
De aanduiding en de invulling van het begrip “duurzamer” is duidelijk gekoppeld aan dit programma. Uit de toelichting op dit programma blijkt dat Albert Heijn hiermee extra stappen neemt voor de koe (“meer ruimte”), natuur (“een gevarieerd kruidengrasland”) en boer (“extra vergoeding”). Op de verpakking wordt derhalve voldoende duidelijk gemaakt welke concrete stappen Albert Heijn neemt om haar yoghurt “steeds duurzamer” te maken. De groene kleur en getekende klaverblaadjes en grassprietjes passen binnen deze uitleg. Het voorgaande leidt niet tot het oordeel dat de consument misleid kan worden over duurzaamheidsaspecten van het betreffende product (“greenwashing”).
5. Het bezwaar dat door de kleur (zwart) van het op de verpakking afgebeelde “Vega” logo, sprake is van misleiding en greenwashing (klachtonderdeel d) slaagt niet. Niet is gesteld of gebleken dat dit logo niet gevoerd zou mogen worden voor het betreffende product. Verder heeft klager niet, althans onvoldoende gemotiveerd, gesteld dat het betreffende product niet vegetarisch is. De vermelding van het Vega-logo van de Albert Heijn kan om die reden niet onjuist of misleidend worden geacht. Daaraan doet niet af dat door andere partijen in een andere kleur (groen) ook gebruik wordt gemaakt van een vergelijkbaar “vinkje” met een V in het logo.
6. Op grond van het voorgaande wordt als volgt beslist.
De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.