De bestreden reclame-uiting
Het betreft de televisiecommercial van Bestair, waarin door de voice-over het volgende wordt gezegd: “Oké, je wilt je huis nog deze zomer verduurzamen, maar waar begin je? Met Bestair. Airconditioning en warmtepompen op klimaatneutrale wijze. Gun jezelf een aangenaam klimaat in huis waarbij je ook nog eens bespaart op je energienota.” De gesproken tekst wordt onder andere begeleid door beelden van een woning met daarnaast de achtereenvolgens verschijnende energielabels oplopend van G naar A, van het plaatsen van een airco en een warmtepomp door een installateur van Bestair, van het gebruik van de airco “dual inverter” in een huiskamer en van een telefoonscherm waarop in een app onder “Mijn verbruik” een sterk dalend maandelijks verbruik is te zien.
De klacht
In de commercial wordt gesuggereerd dat met een airconditioner van Bestair wordt bijgedragen aan het klimaat en het energielabel van een woning daardoor verbetert. Het gaat echter om een ‘stroomvretende’ airconditioner, die helemaal niet bijdraagt aan het klimaat, aldus klager.
Het verweer
Het gaat in de commercial niet alleen om airconditioning, maar ook om warmtepompen. Zowel de airconditioning als de warmtepompen die Bestair levert zijn inverters, wat betekent dat het omkeerbare systemen zijn met een laag stroomverbruik. Deze apparaten zijn milieuvriendelijker dan gasketels, omdat er geen sprake is van CO2-verspreiding, en het stroomverbruik is minimaal ten opzichte van gas, aangezien er tot 85% aan energie wordt bespaard. In de commercial wordt aangegeven dat sprake is van airconditioning én warmtepompen op klimaatneutrale wijze en het besparen op de energienota. Hiermee wordt de woning verduurzaamd. De commercial is niet in strijd met de Nederlandse Reclame Code, aldus Bestair.
Het oordeel van de Commissie
1) In de televisiecommercial maakt Bestair in tekst en beeld reclame voor het verduurzamen van woningen en het verbeteren van het energielabel van woningen met “airconditioning en warmtepompen op klimaatneutrale wijze”. Nu aldus wordt gerefereerd aan milieuaspecten die zijn verbonden aan de airconditioners en warmtepompen van Bestair, is sprake van een milieuclaim in de zin van de Milieu Reclame Code (MRC). Om te voorkomen dat de consument in verwarring wordt gebracht over de milieuvoordelen van de aangeprezen producten, moet daarover in de uiting juiste en duidelijke informatie worden verstrekt. Klager bestrijdt dat dit het geval is voor zover de commercial betrekking heeft op de geclaimde bijdrage van de airconditioning aan het klimaat.
2) Deze klacht slaagt. Niet alleen voor de warmtepompen, maar uitdrukkelijk ook voor de airconditioning wordt geclaimd dat een woning hiermee op klimaatneutrale wijze kan worden verduurzaamd. Met ‘klimaatneutraal’ wordt in feite gesteld dat de airco geen enkel negatief effect op het klimaat heeft. Gelet op artikel 3 MRC had het op de weg van adverteerder gelegen om de juistheid van deze claim aan te tonen. Daarin is Bestair niet geslaagd. Dat de airconditioning van Bestair wellicht minder schadelijk is voor het milieu dan andere apparatuur, zoals bij verweer is gesteld, rechtvaardigt nog niet de absolute claim dat de airconditioning klimaatneutraal is. Verder wordt naar het oordeel van de Commissie in de commercial de indruk gewekt dat het verbeteren van het energielabel van een woning van label G (slechtste) naar label A (beste) mede te bereiken valt door de aanschaf van airconditioning van Bestair. Hiermee wordt gesuggereerd dat het met het oog op een ‘goed’ energielabel beter is om een airco te hebben dan geen airco. Dat dit daadwerke-lijk het geval is, acht de Commissie niet aannemelijk gemaakt. Niet is komen vast te staan dat de aanschaf van een airco op zich, ook als deze wellicht milieuvriendelijker is dan andere airco’s, een gunstig effect heeft op het energielabel van een woning.
3) Het voorgaande leidt tot het oordeel dat in de commercial misleidende informatie wordt verstrekt ten aanzien van de milieuvoordelen van de airconditioning van Bestair. Op grond daarvan acht de Commissie de commercial in strijd met het bepaalde in artikel 2 MRC in combinatie met artikel 8.2 onder b van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Nu de gemiddelde consument hierdoor ertoe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor tevens oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
4) Op grond van het vorenstaande wordt als volgt beslist.
De beslissing
De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met de artikelen 2 MRC en 7 NRC.
Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.