De bestreden reclame-uiting
Het betreft de informatie over de laagste prijsgarantie op www.energiedirect.nl. Met betrekking tot deze garantie staat op de website onder meer:
“Indien u Prijszeker Garantie wil vergelijken met een vast prijscontract bij een andere energieleverancier dan is het van belang dat de voorwaarden gelijk zijn. De duur van het contract moet vergelijkbaar zijn evenals de periode waarover de aanbieding geldt. (…)”
De klacht
Om voor de laagste prijsgarantie in aanmerking te komen, dient de concurrerende offerte vergelijkbaar te zijn met het bij adverteerder afgesloten contract. Dat betekent onder meer dat de offerte en het contract betrekking dienen te hebben op hetzelfde tijdvak. Deze voorwaarde maakt de effectuering van de laagste prijsgarantie echter onmogelijk voor contracten met een bepaalde tijdsduur. Adverteerder maakt daarom misleidende reclame door voor deze contracten een laagste prijsgarantie aan te bieden.
Het verweer
De Commissie vat het verweer als volgt samen.
Klager, die jegens adverteerder een beroep heeft gedaan op de laagste prijsgarantie, was voor deze garantie in aanmerking gekomen indien hij een offerte had overgelegd die een aanbieding betrof voor het vast zetten van de energieprijs gedurende de perio-de van 1 februari 2009 tot en met december 2011. De door klager overgelegde offerte had betrekking op een andere periode en kon daarom niet worden gehonoreerd.
Anders dan klager stelt is de voorwaarde met betrekking tot de contractsperiode effectueerbaar. Hetzelfde geldt voor de overige voorwaarden. Andere bedrijven hanteren vergelijkbare voorwaarden. De door adverteerder gehanteerde voorwaarden zijn redelijk, omdat in de energiebranche de inkoopprijzen voortdurend veranderen.
De repliek
De Commissie vat de repliek als volgt samen.
De regeling met betrekking tot de laagste prijsgarantie zoals adverteerder die in zijn verweer schetst lijkt logisch, maar nu adverteerder niet voordelig is, is de laagste prijsgarantie in dit geval potsierlijk en overbodig. Door de laagste prijsgarantie wekt adverteerder ten onrechte het vertrouwen dat hij voordelig is.
De dupliek
Hetgeen bij repliek wordt gesteld, gaat voorbij aan de oorspronkelijke klacht. Adverteerder handhaaft met betrekking tot de oorspronkelijke klacht zijn standpunt.
De mondelinge behandeling
Adverteerder licht toe dat klager, die half december 2008 een contract heeft gesloten met adverteerder, tot 1 februari 2009 de tijd had om een concurrerende offerte op te vragen teneinde een beroep te kunnen doen op de laagste prijsgarantie.
Het oordeel van de Commissie
1) Naar het oordeel van de Commissie staan de voorwaarden die gelden voor het inroepen van de laagste prijsgarantie niet eraan in de weg dat de consument daadwerkelijk een beroep op die garantie kan doen. Dit is ook het geval bij contracten met een bepaalde tijdsduur. Klager heeft bij repliek de stellingen van adverteerder op dit punt niet betwist en juist verklaard dat de door adverteerder geschetste regeling logisch lijkt.Adverteerder heeft deze regeling ter vergadering nader toegelicht. Daarbij is gebleken dat klager, die half december 2008 een contract met adverteerder heeft gesloten dat is ingegaan op 1 januari 2009, tot 1 februari 2009 de kans had om een offerte van een andere aanbieder aan te vragen teneinde een beroep op de laagste prijsgarantie te doen. De Commissie acht bij een energiecontract een dergelijke termijn voldoende lang voor het opvragen van een concurrerende offerte. Derhalve is sprake van een reële prijsgarantie waarbij de consument ook voldoende in staat is om deze in te roepen. Voorts acht de Commissie de door adverteerder gehanteerde voorwaarden voldoende duidelijk.
2) De Commissie constateert dat klager bij repliek zijn klacht in deze zin heeft gewijzigd,
dat volgens hem uitsluitend voordelige aanbieders gebruik mogen maken van een laagste prijsgarantie. Adverteerder stelt terecht dat klager met deze stelling het kader van de oorspronkelijke klacht te buiten gaat, zodat daarop niet behoeft te worden beslist. Ten overvloede merkt de Commissie nog op dat het betoog van klager geen doel treft, nu het een adverteerder in beginsel vrijstaat zijn producten of diensten aan te prijzen door middel van een laagste prijsgarantie, ongeacht of hij relatief voordelig is. Van de gemiddelde consument mag worden verwacht dat hij bij het sluiten van een contract niet uitsluitend op de laagste prijsgarantie vertrouwt, maar zich ook informeert over de prijzen die gangbaar zijn voor het product of de dienst. De klacht kan derhalve niet slagen.
De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.