Samenvatting van de klacht
Klager heeft een NEE/NEE-sticker op zijn brievenbus. Hij heeft alsnog ongewenst een boekje in zijn brievenbus ontvangen van afzender. Klager heeft geprobeerd om hierover zijn beklag te doen bij afzender, maar het opgegeven e-mailadres is niet in gebruik en afzender is niet bereikbaar.
Samenvatting van het verweer
Het kan zijn dat de stichting van afzender een verkeerd begrip heeft van de NEE/NEE-sticker. Het boekje bevat geen reclame, maar normen en waarden die mensen kunnen helpen een beter leven te leiden. Het levert de stichting niets anders op dan daling van de criminaliteit en gelukkiger mensen. Uit de vele positieve reacties wordt energie geput om door te gaan. De boekjes worden betaald uit eigen middelen en er wordt niet om geld gevraagd. Afzender betreurt het dat klager zich stoort aan het boekje.
Het Oordeel van de voorzitter
Het oordeel van de voorzitter luidt als volgt:
“Klager maakt bezwaar tegen het feit dat afzender een boekje in zijn brievenbus heeft bezorgd. Onweersproken staat vast dat de brievenbus van klager is voorzien van een Nee/Nee-sticker, waarop staat dat hij geen ongeadresseerd reclamedrukwerk wil ontvangen. Dit maakt dat artikel 3.1. van de Code verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk (Code VOR) is overtreden. Volgens dit artikel moet een afzender alle noodzakelijke maatregelen treffen om de naleving van de (op bijlage 1 bij de) Code VOR vermelde stickers te bereiken. Daar is in dit geval niet aan voldaan. Door het aanbrengen van een brievenbussticker geeft de bewoner immers te kennen geen ongeadresseerd reclamedrukwerk te willen ontvangen. Anders dan afzender stelt valt het boekje aan te merken als reclame. Het boekje heeft een aanprijzend karakter, nu hierin de denkbeelden van de stichting worden aangeprezen en kan worden beschouwd als een sample in de zin van de Code VOR. Er is geen sprake van het verspreiden van puur feitelijke informatie.”
Samenvatting van adverteerders bezwaar tegen de beslissing van de voorzitter
Het boekje is geen reclame. Zoals ook duidelijk op de achterpagina staat, is het een morele code geheel gebaseerd op gezond verstand. Het boekje is niet religieus van aard en de stichting houdt zich louter bezig met het verspreiden van het boekje en het verschaffen van informatie. De stichting heeft geen winstoogmerk, geen winst en geen winstafdracht. Het enige doel van de stichting is het verspreiden van de inhoud van het boekje om mensen te helpen gelukkiger te zijn. Het boekje bevat 21 leefregels waardoor mensen gelukkiger kunnen leven, zodra ze de leefregels lezen, begrijpen en toepassen. Afzender heeft al vele boekjes uitgedeeld op straat en via de brievenbus. Tot nu toe is de onderhavige klacht de enige klacht. Het is om die reden voor afzender onbegrijpelijk dat de voorzitter dit initiatief afkeurt, mede omdat vele mensen afzender toejuichen om hier mee door te gaan en zelfs aanbieden om mee te helpen.
Er is geen sprake van reclamedrukwerk. Het boekje vraagt om niets, geen geld en geen lidmaatschap. De stichting heeft geen ander doel dan het bekend maken van de inhoud van het boekje. Mensen kunnen als ze dat willen zelf boekjes kopen of doneren zodat de stichting meer boekjes kan verspreiden. Deze initiatieven zijn geheel vrijwillig.
Afzender heeft begrip voor de handhaving van de NEE/NEE-sticker, maar om mensen een boekje van meer dan 80 pagina’s te onthouden waarmee de mensen en maatschappij verbeterd kan worden, is volgens afzender een ander doel en zeker geen reclame. Afzender verzoekt de Commissie om de beslissing van de voorzitter te herzien en zo een bijdrage te leveren aan een ethische, eerlijke en gelukkige maatschappij.
Samenvatting van klagers reactie op het bezwaar
De definitie van reclame wordt door beide partijen anders geïnterpreteerd, aldus klager. Klager ziet de bestreden uiting als een aanprijzing van denkbeelden in de zin van de Nederlandse Reclame Code. In dit geval weliswaar in positieve zin, maar dat is volgens klager geen argument om als uitzondering te worden gezien. Iedereen heeft immers verschillende definities van ‘geluk’ (zoals er ook verschillende manieren zijn om te diëten). Ook diëten zijn gericht op een beter leven en goed voor de maatschappij, maar klager vraagt zich af of reclame daarover nu dan ook daarvan uitgezonderd moet worden.
Afzender geeft aan dat mensen het boekje soms ook weggooien, waarop klager aanvoert dat het boekje dus beter bij iemand anders terecht had kunnen komen. Doordat er een NEE/NEE-sticker op de brievenbus zat had afzender dit kunnen weten. Het verspreiden van de boekjes is niet alleen zonde van het drukwerk, maar ook slecht voor het milieu.
Het doel van klager met de NEE/NEE-sticker is om alle drukwerken waar niet zijn naam/adres op staat te vermijden. Het maakt klager niet uit waar de uiting over gaat, klager wenst het niet te ontvangen. De ontvangst van het boekje voelt voor klager als het verplicht ontvangen van een nieuwsbrief waar hij zich niet voor heeft opgegeven. Sterker nog, klager heeft aangegeven dat hij dergelijke uitingen niet wenst te ontvangen, maar hij krijgt het toch.
De mondelinge behandeling
Het standpunt van afzender is gehandhaafd en nader toegelicht, aan de hand van een vooraf toegezonden pleitnota. Voor zover nodig wordt op hetgeen ter zitting is aangevoerd ingegaan in het hierna volgende oordeel.
Het oordeel van de Commissie
1. Klager heeft een klacht ingediend tegen het feit dat het boekje “De Weg naar een Gelukkig Leven” in zijn brievenbus is gedeponeerd, terwijl deze brievenbus was voorzien van een NEE/NEE-sticker. De voorzitter heeft de klacht gegrond verklaard. Afzender heeft tegen deze voorzittersbeslissing bezwaar gemaakt. De Commissie overweegt hierover als volgt.
2. Klager woont in Amsterdam. Voor zover afzender heeft aangevoerd dat de gemeente Amsterdam een andere definitie van ‘reclame’ hanteert waardoor volgens afzender het verspreiden van het boekje in Amsterdam ‘moet kunnen’, overweegt de Commissie als volgt. Ondanks dat de gemeente Amsterdam een systeem hanteert op het gebied van verspreiding van reclamedrukwerk en huis-aan-huisbladen en bijbehorende stickers, dat afwijkt van het systeem neergelegd in de Code VOR, acht de Commissie zich bevoegd om bij de behandeling van de onderhavige klacht de Code VOR toe te passen. De Code VOR heeft een wezenlijk andere opzet dan de gemeentelijke regeling van de Gemeente Amsterdam (opt-out in plaats van opt-in) en kan voor wat betreft uitingen over het verspreiden van denkbeelden als complementair worden beschouwd, in deze zin, dat men alsnog voor een opt-out in de vorm van een brievenbussticker (zoals de NEE/NEE-sticker) kiest op basis van de Code VOR in de gevallen waarin de opt-in van de gemeentelijke regeling van de Gemeente Amsterdam niet voorziet. Op basis van de Code VOR oordeelt de Commissie als volgt.
3. In de eerste plaats dient te worden beoordeeld of sprake is van reclame. Krachtens artikel 1 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en artikel 1.1.A Code Verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk (Code VOR), dient onder reclame te worden verstaan: iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen, diensten en/of denkbeelden (tezamen: producten). Conform de toelichting bij artikel 1.1.A van de Code VOR omvat het begrip reclame, zoals gedefinieerd in de Code, iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing, ongeacht de afzender. Hierbij maakt het dus geen verschil of een reclame-uiting afkomstig is van een overheidsinstelling, een non-profit organisatie of een bedrijf. Dat afzender een stichting is maakt derhalve geen verschil. De Commissie heeft in verband met de beoordeling van de aard van de uiting kennis genomen van het gehele drukwerk. De uitgifte en verspreiding van het drukwerk strekt er onmiskenbaar toe het gedachtegoed van “De Weg naar een Gelukkig Leven” aan te prijzen en de ontvanger ertoe te bewegen dit gedachtegoed tot zich te nemen en zo mogelijk verder te verspreiden. Er is geen sprake van het verspreiden van puur feitelijke informatie. Dit impliceert dat het drukwerk onder de reikwijdte van het begrip reclame als bedoeld in artikel 1 NRC in verbinding met artikel 1.1.a Code VOR valt, en dat het om die reden reclamedrukwerk in de zin van de Code VOR betreft en dat sprake is van de aanprijzing van een denkbeeld.
4. Door de bezorging van het drukwerk in een brievenbus voorzien van een NEE/NEE-sticker heeft afzender gehandeld in strijd met artikel 3.1 Code VOR. Ingevolge dit artikel dienen afzenders en verspreiders ieder voor zich en in gezamenlijk overleg alle maatregelen en voorzieningen te treffen die noodzakelijk zijn teneinde de respectering van de op bijlage 1 bij de Code VOR vermelde stickers te bereiken en voor de verdere uitvoering en naleving van de Code VOR. Hetgeen afzender aanvoert ter rechtvaardiging van de bezorging van het drukwerk kan niet tot het oordeel leiden dat de bezorging alsnog toelaatbaar kan worden geacht. Door het aanbrengen van een brievenbussticker geeft de bewoner immers te kennen dat hij geen ongeadresseerd reclamedrukwerk wenst te ontvangen, ongeacht de aard en de inhoud daarvan. Afzender dient te beseffen dat het bezorgen van het boekje indruist tegen de wil die de bewoner door middel van het aanbrengen van de sticker uitdrukkelijk heeft geuit.
5. Tot slot overweegt de Commissie dat deze beslissing, gezien de aard van de uiting, leidt tot een advies in de zin van artikel 18 lid 2 van het Reglement van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep.
6. De Commissie beslist als volgt.
De beslissing
De Commissie acht het bezwaar ongegrond. Op grond van het voorgaande heeft afzender gehandeld in strijd met het bepaalde in artikel 3.1 Code VOR. De Commissie adviseert afzender om niet meer op een dergelijke wijze reclame te verspreiden.
[Hieronder volgt de beslissing van de voorzitter d.d. 4 april 2022, waartegen bezwaar is gemaakt]
Samenvatting van de klacht
Klager heeft een neeee-sticker op zijn brievenbus en heeft alsnog ongewenst een boekje in zin brievenbus ontvangen van de afzender stichting ‘De weg naar een gelukkig leven”. Klager heeft hierover zijn beklag geprobeerd te doen bij afzender, maar het opgegeven e-mailadres is niet in gebruik en afzender niet bereikbaar.
Samenvatting van het verweer
Het kan zijn dat de stichting van afzender een verkeerd begrip heeft van de neeee-sticker. Het bezorgde boekje bevat geen reclame, maar normen en waarden die mensen kunnen helpen een beter leven te leiden. Het levert de stichting niets anders op dan daling van de criminaliteit en gelukkiger mensen. Uit de vele positieve reacties wordt energie geput om door te gaan. De boekjes worden betaald uit eigen middelen en er wordt niet om geld gevraagd. Afzender betreurt dat klager zich stoort aan het boekje.
Het oordeel van de voorzitter
Klager maakt bezwaar tegen het feit dat afzender een boekje in zijn brievenbus heeft bezorgd. Onweersproken staat vast dat de brievenbus van klager is voorzien van een Nee/Nee-sticker, waarop staat dat hij geen ongeadresseerd reclamedrukwerk wil ontvangen. Dit maakt dat artikel 3.1. van de Code verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk (Code VOR) is overtreden. Volgens dit artikel moet een afzender alle noodzakelijke maatregelen treffen om de naleving van de (op bijlage 1 bij de) Code VOR vermelde stickers te bereiken. Daar is in dit geval niet aan voldaan. Door het aanbrengen van een brievenbussticker geeft de bewoner immers te kennen geen ongeadresseerd reclamedrukwerk te willen ontvangen. Anders dan afzender stelt valt het boekje aan te merken als reclame. Het boekje heeft een aanprijzend karakter, nu hierin de denkbeelden van de stichting worden aangeprezen en kan worden beschouwd als een sample in de zin van de Code VOR. Er is geen sprake van het verspreiden van puur feitelijke informatie.
Op grond van het voorgaande wordt als volgt beslist.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het voorgaande heeft afzender gehandeld in strijd met artikel 3.1 Code VOR. De voorzitter beveelt afzender aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te verspreiden.