a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

(Niet)-commerciele reclame

Dossiernr:

2023/00454

Datum:

07-11-2023

Uitspraak:

Afwijzing

Product/dienst:

(Niet)-commerciele reclame

Motivatie:

Misleiding (overig)

Medium:

Radio

De bestreden reclame-uiting

Het betreft een radioreclame van De Faunabescherming. Daarin wordt gezegd:

“Stropers zijn jagers zonder vergunning. Jagers zijn stropers met vergunning. Word donateur van de Faunabescherming en ontvang gratis een gesigneerd exemplaar van “In een groen Knollenland” van Bibi Dumon Tak. Kijk op Faunabescherming.nl. Faunabescherming”.

 

Samenvatting van de klacht

 
In deze uiting ter aanprijzing van het lidmaatschap van de Faunabescherming wordt klager, die jager is, weggezet als stroper mét vergunning. Volgens klager kan dit niet de bedoeling van reclame zijn.
Een jager is een natuurbeheerder pur sang, oplosser van akkerbouw-schade en beheerder van aantallen, die samen met provincies, gemeentes, landschappen, en andere terreinbeherende organisaties zoals Staatsbosbeheer en Natuurmonumenten probeert een balans te houden in alles wat leeft en groeit in Nederland. De reclame zou snel aangepast of beëindigd moeten worden; het gaat om een ‘hetze’ tegen jagers en iedereen weet waar dit toe kan leiden, aldus klager.

 

Samenvatting van het verweer

 
Klager noemt geen artikelen van de Nederlandse Reclame Code (NRC) waarmee de reclame in strijd zou zijn. De klacht lijkt specifiek gericht te zijn tegen het gebruik van de begrippen
‘stroper’ en ‘jager’.
Volgens het Van Dale Groot woordenboek der Nederlandse taal (hierna: ‘Van Dale’) is een jager iemand die “wilde dieren vervolgt om ze buit te maken en te doden”. In deze definitie wordt geen onderscheid gemaakt of dat op legale of illegale wijze gebeurt. In het hedendaags spraakgebruik wordt zowel door jagers als stropers ‘gejaagd’. Volgens Van Dale is een stroper “een jager die zonder verlof of op verboden terrein jaagt”.
Deze duidingen zijn in lijn met wat in de bestreden radioreclame is weergegeven.
Adverteerder wijst er nog op dat het woord stropen volgens het chronologisch woordenboek van Nicoline van der Sijs sinds 1287 gebruikt wordt in de zin van ‘villen’, zonder dat daarbij onderscheid gemaakt wordt tussen legaal of illegaal villen. Het bemachtigen en villen van dieren wordt zowel door ‘jagers’ als door ‘stropers’ gedaan in het kader van de jacht, legaal dan wel illegaal.
Om elk misverstand uit te sluiten, is in de uiting vermeld dat jagers stropen met vergunning en stropers jagen zonder vergunning. Aldus wordt nadrukkelijk onderscheid gemaakt tussen legale en illegale manieren van wild bemachtigen en villen.
 
Voor meer informatie over de wijze waarop dieren bemachtigd en gevild worden stelt adverteerder nieuwe donateurs het boek “In een groen knollenland” van Bibi Dumon Tak in het vooruitzicht.
 
Blijkens eerdere uitspraken van de Commissie is het uitgangspunt bij het beoordelen van reclame-uitingen de vrijheid van meningsuiting. Deze wordt alleen beperkt als daar dringende redenen voor zijn. Voor de gemiddelde consument zal duidelijk zijn dat de bestreden uiting de mening bevat van adverteerder over het bemachtigen en stropen/villen van dieren; of dat nu met of zonder vergunning gebeurt, het resultaat is voor het bejaagde/gestroopte dier hetzelfde.
Het uiten van een mening over jagen en stropen is op zichzelf geen reden om de vrijheid van meningsuiting te beperken. Ook waar de Commissie vaststelt dat – gezien het onderwerp – niet iedereen de reclame zal waarderen, vormt dat geen aanleiding de vrijheid van meningsuiting in te perken.
Gezien de tekst van de bestreden uiting kan de Commissie volgens adverteerder niet tot een ander oordeel komen dan dat de uiting niet een zodanige inbreuk maakt op de rechten van anderen, dat de grens van de vrijheid van meningsuiting is overschreden en inperking van die vrijheid in een democratische samenleving noodzakelijk is.
 
De mondelinge behandeling
 
Partijen hebben hun standpunt nader toegelicht. Voor zover nodig wordt op hetgeen ter zitting aan de orde is gekomen ingegaan in het oordeel van de Commissie.  
 

Het oordeel van de Commissie

1.

Mede gezien de toelichting van klager ter zitting is de kern van de klacht dat jagers in de bestreden radioreclame worden afgeschilderd als “criminelen”. Klager heeft erop gewezen dat jagers een opleiding hebben genoten en dat zij in overleg met onder meer provincies en gemeentes proberen een balans te houden in “alles wat leeft en groeit in Nederland”.

2.

Naar het oordeel van de Commissie is voor de gemiddelde luisteraar voldoende duidelijk dat in de bestreden reclame de opvatting van De Faunabescherming over jagen wordt weergegeven: aangezien “jagers” worden aangeduid als “stropers met vergunning”, en het begrip stroper onmiskenbaar negatieve associaties zal oproepen, is De Faunabescherming kennelijk een tegenstander van jagen. Daarnaast wordt in de reclame een oproep gedaan om donateur van De Faunabescherming te worden.

Gelet op het bovenstaande bevat de uiting een aanprijzing zoals bedoeld in artikel 1 NRC, zowel van een denkbeeld (of opvatting) als van een goed of dienst, namelijk het donateurschap van De Faunabescherming.

3.

De onderhavige uiting kan geacht worden (mede) te zijn bedoeld als bijdrage aan het   maatschappelijk debat over de jacht. Voor een dergelijke opiniërende verkondiging van een denkbeeld in een reclame geldt een ruime mate van vrijheid van meningsuiting. Wat dit betreft stelt de Commissie zich bij haar oordeel naar aanleiding van de onderhavige klacht terughoudend op. Zij beperkt haar toetsing tot de vraag of de wijze waarop De Faunabescherming in de uiting haar opvatting verkondigt de grenzen van de vrijheid van meningsuiting te buiten gaat.

4.

Naar het oordeel van de Commissie is dit laatste niet het geval. De wijze waarop De Faunabescherming haar mening uit over de jacht is weliswaar confronterend, maar gaat naar de huidige algemene maatschappelijke opvattingen de grenzen van het toelaatbare niet te buiten. Meer in het bijzonder wordt niet gesteld of gesuggereerd dat jagers “criminelen” zijn ofwel schuldig zijn aan een misdrijf in de zin van de wet. Weliswaar worden jagers in de zinsnede “Jagers zijn stropers” aangeduid als stropers, welk begrip – zoals gezegd – duidelijk negatieve associaties zal oproepen, maar deze zinsnede wordt direct gevolgd door de woorden “met een vergunning”. Hierdoor is voor de gemiddelde consument voldoende duidelijk dat er in het geval van de hier bedoelde jagers geen sprake is van een misdrijf of enige andere overtreding van de wet.

5.

Op grond van het voorgaande worden de grenzen van de aan De Faunabescherming toekomende vrijheid om haar mening te uiten niet overschreden en wordt als volgt beslist.

 

De beslissing

De Commissie wijst de klacht af.    

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken