De bestreden reclame-uiting
Het betreft de website www.deparadox.nl waarop reclame wordt gemaakt voor “Q10 Capsules”. Op de desbetreffende pagina van de website staat een link naar een artikel (ingescand document) waarin onder meer staat:
”Paradontose (losse tanden kwaal)
Al in 1971 werd aangetoond dat patiënten met parodontose een lage concentratie van het co-enzym Q10 in hun tandvlees hadden. Het is echter nog maar kort geleden dat clinici en tandheelkundigen onderzoek gingen doen naar het gebruik van Q10 supplementen om het ziekteproces een halt toe te roepen. Parodontose vernietigt het weefsel dat de tand op zijn plaats houdt in de kaak. In sommige gevallen leidt de kwaal tot het uitvallen van tanden. Nu de therapeutische waarde van Q10 ontdekt is, doen wetenschappers nader onderzoek naar het effect van voedingssupplementen met Q10 op parodontose. Studies in Scandinavië, en elders, lijken erop te wijzen dat de verspreiding van de ziekte vertraagd en zelfs geheel gestopt kan worden door het coënzym Q10.”
De klacht
Het artikel is in strijd met de volgende bepalingen van de Nederlandse Reclame Code:
– artikel 2: er is nooit wetenschappelijk aangetoond dat Q10 enige werking op parodontitis heeft,
– artikel 4: door dit soort nepmiddelen zullen patiënten bij parodontitis geen beroep doen op de reguliere zorg en als gevolg daarvan door de parodontitis een verhoogd risico op hart- en vaatziekten hebben,
– artikel 5: door het artikel wordt het vertrouwen in vitaminepreparaten die wel werken geschaad,
– artikel 6: het artikel speelt in op de angst van mensen om door parodontitis hun tanden te verliezen,
– artikel 7: patiënten met parodontitis worden oneerlijk ingelicht over de zogenaamde heilzame werking van Q10 capsules,
– artikel 8: op geen enkele wijze wordt duidelijk gemaakt dat men met de aandoening parodontitis de professionele hulp van een tandarts, mondhygiënist of paradontoloog dient te zoeken,
– artikel 9: recent aanvaarde wetenschappelijke inzichten tonen aan dat Q10 geen invloed heeft op parodontitis.
Het verweer
Adverteerder heeft het artikel waartegen de klacht zich richt, gescand uit het blad “De natuurlijke basis” van Pro-Natura dat elke maand naar de leden wordt verstuurd. Adverteerder kan niet beoordelen of de klacht terecht is. Adverteerder heeft het artikel van zijn website verwijderd.
De Keuringsraad KOAG/KAG
De uiting valt onder de competentie van de Keuringsraad. De uiting is niet ter preventieve toetsing aan de Keuringsraad voorgelegd en is daarom niet voorzien van een toelatingsnummer. Indien de uiting wel ter preventieve toetsing was aangeboden, dan was deze niet van een toelatingsnummer voorzien, omdat, voor zover hier van belang, het artikel medische claims bevat.
Het oordeel van de Commissie
a) Allereerst overweegt de Commissie dat zij adverteerder verantwoordelijk acht voor hetgeen op zijn website is vermeld, ook al is de daarop staande informatie oorspronkelijk geheel of gedeeltelijk afkomstig van derden. Voorts overweegt de Commissie dat zij zich bij de beoordeling van reclame-uitingen beperkt tot toetsing van die uitingen aan de Nederlandse Reclame Code (NRC) en dat zij niet bevoegd is deze te toetsen aan de CAG.
b) Met betrekking tot het in het artikel aangeprezen product Q10 overweegt de Commissie dat, nu dit product in de vorm van capsules in de handel wordt gebracht en om die reden kan worden aangemerkt als een voor orale nuttiging door de mens bestemd middel, daarop de Warenwet van toepassing is. Ingevolge artikel 20 lid 2 onder a van de Warenwet is het verboden eet- en drinkwaar aan te prijzen met gebruikmaking van vermeldingen of voorstellingen, die aan de waar eigenschappen toeschrijven inzake het voorkomen, behandelen of genezen van een ziekte van de mens, of die toespelingen maken op zodanige eigenschappen. De mededeling in het artikel dat uit studies lijkt te volgen dat de verspreiding van de ziekte (bedoeld is parodontitis) vertraagd en zelfs geheel gestopt kan worden door Q10, dient naar het oordeel van de Commissie te worden opgevat als een verboden claim in de zin van de Warenwet. In zoverre is de uiting in strijd met artikel 2 NRC.
c) Klaagster heeft voorts aangevoerd dat er sprake is van misleidende reclame, nu patiënten met parodontitis oneerlijk worden voorgelicht over de zogenaamde heilzame werking van Q10 capsules. Adverteerder heeft daarop niet aannemelijk gemaakt dat Q10 de werking heeft die in het artikel daaraan toegeschreven wordt. De Commissie is op grond daarvan van oordeel dat deze werking niet aannemelijk is. Dit impliceert dat de uitingen onjuiste informatie bevatten over de van het product te verwachten resultaten als bedoeld in artikel 8.2 onder b NRC. Het betreft hier een van de voornaamste kenmerken van het product. Om die reden zijn de mededelingen over Q10 tevens misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
d) Niet kan echter worden geoordeeld dat de uiting een bedreiging vormt voor de volksgezondheid, het vertrouwen in reclame schaadt of dat geappelleerd wordt aan gevoelens van angst dan wel dat sprake is van getuigschriften, attesten of verklaringen van deskundigen in de zin van de artikelen 4 respectievelijk 5, 6 en 9 van de Nederlandse Reclame Code. In zoverre treft de klacht geen doel.
De beslissing
Op grond van hetgeen hiervoor onder b) is vermeld acht de Commissie de inhoud van het artikel in strijd met het bepaalde in artikel 2 NRC. Op grond van hetgeen hiervoor onder c) is vermeld acht de Commissie de inhoud van het artikel voorts in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
De Commissie wijst de klacht voor het overige af.