De bestreden reclame-uitingen
Het betreft:
1.
Een televisiereclame waarin wordt gezegd:
“Heb je een relatie, maar toch behoefte aan aandacht van een ander?
Flirten is niet strafbaar.
Second Love.nl.
Alles mag”.
Intussen verschijnt naast een man en een vrouw die met hun hoofd omgedraaid naar elkaar kijken onder meer in beeld: Aandacht? Spanning? Complimentjes?”.
2.
Een uiting op de website www.secondlove.nl. Daarin staat onder meer:
“Heb je dat ook wel eens dat je denkt aan vreemdgaan?
Dat je weliswaar nog steeds gelukkig bent met je relatie, maar af en toe vindt dat monogaam zijn ook wel erg monotoon is? Je wilt geen problemen in je relatie, maar de sleur maakt je er niet gelukkiger op?” en
“Schrijf je daarom nu in voor een flirt, een date of voor het vreemdgaan”.
De klacht
Volgens klaagster zijn de uitingen in strijd met de artikelen 2, 3, 4 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).
Meer in het bijzonder acht klaagster de televisiereclame geheel in strijd met het fatsoen en de goede zeden en houdt deze naar haar mening een bedreiging voor de geestelijke volksgezondheid in.
De reclame draagt bij aan het afbreken van het gezin als hoeksteen van de samenleving, door normen en waarden als trouw en respect te vertrappen.
Het verweer
De klacht is gemotiveerd weersproken.
Op het verweer zal in het oordeel worden teruggekomen.
De mondelinge behandeling
De heer … heeft het standpunt van adverteerder nader toegelicht.
Het oordeel van de Commissie
Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met criteria zoals het fatsoen en/of de goede zeden stelt de Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter van die criteria.
Met betrekking tot de onderhavige uitingen stelt de Commissie voorop dat het adverteerder vrij staat reclame te maken voor de door haar aangeboden dienst, te weten de datingsite www.secondlove.nl, waarbij adverteerder zich richt tot mensen die al een relatie hebben. Ter vergadering is overigens namens adverteerder meegedeeld dat adverteerder zich ook richt tot singles, waaronder bijvoorbeeld co-ouders.
De wijze waarop adverteerder haar dienst in de bestreden uitingen aanprijst, acht de Commissie -voornoemde terughoudendheid in acht genomen- niet van dien aard, dat de NRC wordt overtreden.
Dat niet iedereen de uitingen en/of de daarin aangeprezen dienst zal waarderen, leidt niet tot een ander oordeel.
Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.
De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.