De bestreden reclame-uiting

Het betreft een televisiecommercial van Oral-B waarin onder meer wordt gezegd: “Wist je dat een gezonde mond bijdraagt aan een gezonde levensstijl? Bescherm je mond met een goede tandpasta. Oral-B tandpasta met tinfluoride complex heeft een antibacteriële werking die je mond schoonmaakt en bacteriële tandplak vermindert. Voor 24 uur bescherming.”

Samenvatting van de klacht

De bewering dat een gezonde mond bijdraagt aan een gezonde levensstijl is onzin. Goede mondverzorging maakt iemands levensstijl niet gezonder. Als men ongezond leeft, maar wel met Oral-B zijn tanden poetst, is er geen sprake van een gezonde levensstijl.

Samenvatting van het verweer

Adverteerder wil in de televisiecommercial consumenten informeren over het belang van mondgezondheid en het onderhouden van een goede mondhygiëne-routine, hetgeen ook een bijdrage levert aan een gezonde levensstijl. Bij het ontbreken van een goede mondhygiëne-routine kunnen bacteriën in de mond orale infecties veroorzaken zoals tandbederf en tandvleesaandoeningen. Onbehandelde tand- en tandvleesaandoeningen kunnen van invloed zijn op iemands vermogen tot eten en spreken en kunnen daarnaast een ernstige impact hebben op iemands zelfvertrouwen, hetgeen een negatief effect op iemands levensstijl kan hebben. Bovendien toont wetenschappelijk onderzoek, gepubliceerd in de laatste drie decennia, aan dat langdurige slechte mondgezondheid een belangrijke risicofactor is voor de ontwikkeling en progressie van talrijke systemische gezondheidsaandoeningen. Mondgezondheid is dus belangrijk voor een algehele gezonde levensstijl.

Het oordeel van de voorzitter

1)  Klager stelt dat de mededeling “Wist je dat een gezonde mond bijdraagt aan een gezonde levensstijl?” onjuist is. De gemiddelde consument zal deze mededeling naar het oordeel van de voorzitter echter niet letterlijk nemen en dus niet verwachten dat het enkele gebruik van de tandpasta aan een gezonde levensstijl bijdraagt, ook als men verder ongezond leeft. Wel suggereert de televisiecommercial een mogelijk effect tussen een gezonde mond en de algehele gezondheid.

2)  Adverteerder heeft dit laatste effect voldoende aannemelijk gemaakt. Op grond van hetgeen zij stelt, moet worden aangenomen dat mondgezondheid en het onderhouden van een goede mondhygiëne-routine risicofactoren voor de ontwikkeling en progressie van gezondheidsaandoeningen verminderen. De volgens de televisiecommercial beschermende werking van het aangeprezen product, die niet door klager is betwist, draagt daaraan bij.

3)  Naar aanleiding van het voorgaande is de voorzitter van oordeel dat de televisiecommercial niet misleidend is voor de gemiddelde consument. Niet kan immers worden gezegd dat deze consument door de reclame zal of kan besluiten tot een transactie op grond van onjuiste verwachtingen over de werking en de te verwachten resultaten van het aangeprezen product. De voorzitter beslist daarom als volgt.

De beslissing van de voorzitter

Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.