a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

(Gemotoriseerd) vervoer

Dossiernr:

2009/00869

Datum:

08-01-2010

Uitspraak:

Openbare aanbeveling

Product/dienst:

(Gemotoriseerd) vervoer

Motivatie:

Subjectieve normen

Medium:

Drukpers/tijdschriften

De bestreden reclame-uitingen

 

Het betreft een advertentie die onder meer is geplaatst in de bladen Ons Eiland, De Week­krant/Trefpunt Houten en op de website markt­plaats.nl. In de advertentie staat onder meer:

“Waarschuwing voor scootmobielers!

Veel senioren zijn onzeker en angstig nadat ze een keer zijn omgevallen met hun scoot­mobiel. Dat is niet geheel onterecht: uit de meest recente cijfers van Stichting Consument  en Veilig­heid blijkt dat er in één jaar tijd 640 scootmobielrijders in het ziekenhuis zijn opge­nomen, meestal nadat ze zijn omgevallen met hun scootmobiel met drie of vier wielen. In

vijf jaar tijd is het aantal ongevallen met scootmobielen met maar liefst 41% toegenomen. Veront­rus­tende cijfers, die maken dat senioren uit onzekerheid honderden scootmobielen ongebruikt laten staan. (…) Bent u angstig, onzeker of zelfs al eens gevallen met uw driewieler van de gemeente? (..) Voor u het weet kunt u weer zonder angst de weg op.”

Inmiddels plaatst adverteerder een nieuwe versie van de advertentie die eveneens be­gint met de aanhef “Waarschuwing voor scootmobielers!”. In die versie staat onder meer:

“Alvorens u een scootmobiel met 3 of 4 wielen gaat aanschaffen of als u een scootmobiel van de gemeente in bruikleen heeft, denkt u dan vooral aan het volgende: Het gaat om een jaarlijks gemiddelde van 780 behandelingen op spoedeisende hulpafdelingen en 240 zie­kenhuisopnamen na die behandeling. Tevens is in 5 jaar tijd het aantal ongevallen met scootmobiels met het schokkende percentage van 41%! toegenomen (Telegraaf 19 maart 2008). Oorzaak: de onstabiliteit van scootmobiels met 3 of 4 wielen. In het land worden hon­derden scootmobiels niet meer gebruikt. Reden: De senioren zijn onzeker en hebben angst om een ongeval te krijgen. Met name met scootmobiels met 3 wielen, die de gemeente in bruikleen geeft, gebeuren veel ongelukken!”

 

De klacht

 

De Commissie vat de klacht als volgt samen.

Adverteerder zet in de advertentie de QUINGO Scootmobiel met vijf wielen af tegen scoot­mobielen met drie of vier wielen en misleidt in die vergelijking de in aanmerking komende kwetsbare doelgroep, te weten ouderen, gehandicapten en mindervaliden. De statistieken laten niet zien dat scoot­mobielen met drie of vier wielen, die in Nederland aan strenge vei­ligheidseisen moeten vol­doen, onvei­lig zijn en zeker niet in die mate dat een “waarschu­wing voor scootmobielers” op zijn plaats is. De door adverteerder in de oorspronkelijke ad­ver­tentie genoemde cijfers zijn onjuist en in ieder geval misleidend. Adverteerder suggereert door alleen melding te maken van het feit dat het aantal ongevallen met scootmobielen met 41% is toegenomen ten on­rech­te dat het gebruik van scootmobielen onveiliger is geworden, nu geen melding wordt gemaakt van het feit dat het aantal scootmobielen met zeker het zelfde percentage is toe­genomen. Ook uit de gegevens van de stichting Consument en Veiligheid en uit andere bronnen blijkt niet dat scootmobielen onveiliger zijn geworden. Adverteerder maakt niet met de nodige omzichtig­heid gebruik van de gegevens van de Stichting Consu­ment en Veiligheid en stelt ten onrechte dat uit die gegevens blijkt dat 640 mensen in het ziekenhuis zijn op­ge­nomen doordat hun scootmobiel is omgevallen als gevolg van het feit dat deze drie of vier wielen heeft. Ten onrechte sug­ge­reert adverteerder bovendien dat de kans op een onge­val kleiner is als wordt gekozen voor de QUINGO Scootmobiel. Adverteer­der appelleert aan angstgevoelens die bij de kwetsbare doelgroep bestaan. Dit heeft geleid tot grote beroering onder (potentiële) bezitters van scootmobielen. Op grond van het voor­gaande is de adver­tentie in strijd met de artikelen 6, 7, 8, en 10 van de Nederlandse Recla­me Code (NRC).

 

Het verweer

 

De Commissie vat het verweer als volgt samen.

Uit het rapport van de Stichting Consument en Veiligheid en uit rapporten van het Engelse onder­zoeks­insti­tuut Medicines & Healthcare products Regulatory Agency (MHRA) blijkt dat scoot­mobielen met drie of vier wielen onveilig zijn. Dat blijkt ook uit een kranten­artikel over dit onderwerp. Adverteerder wil door middel van de advertentie aan de consu­ment duidelijk maken dat het mogelijk is een stabielere en dus veiligere scootmobiel te kopen, eventueel met een bijdrage van de gemeente. Na telefonisch advies van de Stichting Consument en Veiligheid heeft adverteerder de advertentie aangepast. Uit een klant­te­vre­denheids­onder­zoek in Engeland onder 4.000 gebruikers van de QUINGO 5-wieler blijkt dat deze personen die scootmobiel veel stabieler en veiliger vinden dan scoot­mo­bielen met drie of vier wielen. Het is niet zo dat mensen angstig worden door de advertentie. Mensen reage­ren op de ad­vertentie, omdat zij zich daarin herkennen.

 

De mondelinge behandeling

 

Klager licht de klacht toe aan de hand van de pleitaantekeningen. Klager merkt daarbij op dat de advertentie een opmaak heeft die doet denken aan een “product recall”, waar­door de ad­vertentie niet als zodanig herkenbaar is, hetgeen volgens adverteerder in strijd is met artikel 11.1 NRC. Klager maakt voorts bezwaar tegen de nieuwe versie van de adver­tentie. Ook die advertentie geeft naar het oordeel van klager een onvolledig en misleidend beeld. De Stich­ting Consument en Veiligheid heeft in haar nieuwsbericht van 13 november 2009 gezegd dat de belangrijkste oorzaak van ongevallen met scootmobielen de rijvaar­dig­heid en veiligheids­beleving van de bestuurders van deze voertuigen is, derhalve niet de in de adver­tentie be­weerde instabiliteit van scootmobielen met drie of vier wielen.

 

Adverteerder heeft het verweer nader toegelicht. Adverteerder verklaart dat hij zich pro­ces­sueel in het nadeel voelt, omdat de wederpartij ter zitting op het verweer kan reageren en dat ruimschoots heeft kunnen voorbereiden. Desgevraagd heeft adverteerder echter verklaard geen behoefte te hebben aan een schorsing of aanhouding van de zaak. Adverteerder is bij het opstellen van de advertentie uitgegaan van het rapport van de Stichting Consument en Veiligheid en uit de ervaringen die klanten aan hem hebben verteld. Daaruit blijkt dat 80% is omgevallen met de scoot­mo­biel. De QUINGO beschikt over een nieuwe techniek, waardoor men niet meer op het weg­dek hoeft te letten. Vanaf 12 december 2009 plaatst adverteerder de nieuwe advertentie.

 

Het oordeel van de Commissie

1)  Nu de nieuwe advertentie vanaf 12 december 2009 openbaar wordt gemaakt en klager ook tegen die advertentie bezwaar heeft gemaakt en aan de Commissie heeft verzocht om over die bezwaren te oordelen, zal de Commissie ook op die klachten ingaan. Niet kan wor­den gezegd dat adverteerder hierdoor in zijn verweer is geschaad. De klachten tegen de oor­spronkelijke en de nieuwe advertentie stemmen sterk overeen.

 

2)  De Commissie stelt voorop dat de advertenties door hun in­houd en context suggereren dat scootmobie­len met drie of vier wielen gevaarlijk zijn en ook steeds gevaarlijker worden. Dit komt door de kop van de adver­ten­ties, waar in een groot lettertype staat: “Waarschuwing voor scootmobielers!”, en de daarop volgende tekst, waarin een verband wordt gesugge­reerd tus­sen het omvallen van scoot­mobielen, de opname van scootmobielers in het zieken­huis en de toe­na­me van het aantal ongevallen met scootmobielen over de afgelopen vijf jaar met 41%. Uit de context van de advertentie blijkt dat adverteerder zich met die mede­delingen specifiek af­zet tegen scootmobielen met drie of vier wielen. Adverteerder prijst in de adver­ten­tie zijn QUINGO met vijf wielen aan als een scootmobiel die door een sta­bilisatiesysteem niet zou kunnen omvallen.

 

3)  Klager heeft niet weersproken dat het aantal ongelukken met scoot­mobielen de afgelopen vijf jaar met 41% is toegenomen. Klager heeft echter on­weer­spro­ken gesteld dat de toename van het aantal on­gevallen met scootmobielen niet op zich­zelf staat, maar bezien moet wor­den tegen de achtergrond van de toename van het aantal scootmo­bielen in Nederland. Vol­gens klager groeit het aantal scootmo­bielen met 10% (35.000 stuks) per jaar. Hier­uit volgt vol­gens klager dat scootmo­bielen per saldo niet on­veiliger, en misschien juist wel veiliger worden. Adver­teerder heeft dit niet kunnen weerleggen. De Commissie is op grond hiervan van oor­deel dat de mede­de­ling in de adver­tentie dat het aantal ongevallen met scootmo­bie­len in vijf jaar met 41% is toege­nomen, door het ontbreken van de hiervoor ge­noemde nuan­ce­ring ten onrechte het beeld schetst dat scootmobielen met drie of vier wielen gedurende de afgelopen vijf jaar onveiliger zijn geworden. Dit geldt ook voor de nieuwe advertentie, nu daarin evenmin melding wordt gemaakt van de toename van het aantal scootmobielen.

 

4)  Vaststaat dat de in de advertentie genoemde ongevalcijfers zijn gebaseerd op gegevens van de Stichting Consument en Veiligheid. In de advertentie wordt ver­wezen naar de “meest recente cijfers” van deze instantie over de jaren 2002 tot en met 2006. Inmiddels zijn de ge­gevens over de jaren 2003 tot en met 2007 beschikbaar. Adverteerder is in de nieuwe adver­tentie van die ge­gevens uitgegaan. Deze gegevens worden op de website van de Stichting Consument en Veiligheid als volgt weergegeven:

Ongevallen met scootmobiel of invalidenwagen (55 jaar en ouder)

SEH-behandelingen 780

Ziekenhuisopnamen 240

Jaarlijks worden ongeveer 1.000 mensen van alle leeftijden op een Spoedeisende Hulp-afdeling behandeld na een ongeval waarbij een scootmobiel of invalidenwagen betrokken is geweest. Driekwart van de slachtoffers (77%) is 55 jaar of ouder. De verdere analyse gaat vooral in op ongevallen van 55-plussers. Het aantal ongevallen met een scootmobiel is ongeveer even groot als met rolstoelen en ongeveer de helft van het aantal ongevallen waar een rollator bij betrokken is.

Het aantal SEH-behandelingen vanwege een ongeval met een scootmobiel of invalidenwa­gen is de laatste jaren sterk gegroeid, maar de groei in het aantal ongevallen lijkt het laatste jaar af te vlakken.

Ook het gebruik van de scootmobiel is de afgelopen jaren flink toege­no­men. Het aantal scoot­mobielen staat op 150.000, jaarlijks komen er 35.000 bij. Het gebruik van scoot­mobie­len is dus niet perse onveiliger geworden. Meer dan de helft van de onge­vallen van 55-plussers met scootmobiel of invalidenwagen zijn valongevallen. In de meeste gevallen (80%) is er geen voertuig of voetganger betrokken bij het ongeval. Drie van de tien slachtoffers wordt na de behandeling opgenomen in het ziekenhuis. Dit is meer dan na een privé-ongeval bij 55-plussers in het algemeen, en vergelijkbaar met het aantal opnamen na een valongeval bij 55-plussers.

 

5)  Uit voormelde gegevens blijkt dat jaarlijks ongeveer 1.000 men­sen van alle leeftijden voor spoed­eisende hulp in een ziekenhuis zijn behandeld na een ongeval waarbij een scootmo­biel of een in­va­li­den­wagen is betrokken. 240 personen moesten in het zieken­huis worden opge­nomen. Hieruit volgt dat het in de oor­spronke­lijke advertentie genoemde aantal van 640 ziekenhuisop­namen onjuist, immers veel te hoog is. Daar komt bij dat een deel van de 240 personen die in het ziekenhuis moesten worden opgenomen geen ongeluk met een scoot­mo­biel, maar met een invalidenwagen heeft gehad, zodat dit aantal nog dient te worden ge­corrigeerd voor scootmobielen. De advertentie geeft derhalve een zeer onjuist beeld van het aantal zie­ken­huis­op­na­men naar aanleiding van een ongeval waarbij een scootmobielrijder is betrok­ken, en daarmee een onjuist beeld van de veiligheid van scoot­mo­bielen met drie of vier wielen. Ten aanzien van de nieuwe advertentie geldt dat deze advertentie op zichzelf geno­men wel de juiste aantallen noemt, maar zonder de nuancering dat een deel van de 240 zie­kenhuisopnamen geen ongeval met een scootmobiel, maar met een invaliden­wagen be­treft. Dat brengt mee dat ook de nieuwe advertentie cijfermatig onjuist is en een verkeerd beeld schetst van de veiligheid van scootmobielen met drie of vier wielen.

 

6)  Voorts wekken de oude en de nieuwe advertentie ten onrechte de indruk dat de zieken­huisopnamen van scoot­mo­bielers steeds het gevolg zijn van het omvallen of de instabiliteit van scoot­mo­bielen met drie of vier wielen. De oude advertentie begint immers met de me­dedeling dat veel senioren onzeker en angstig zijn nadat ze een keer zijn omge­val­len met hun scootmobiel, welke angst volgens de adver­ten­tie niet geheel ten onrechte is blijkens de daarna genoemde ongevalcijfers. In de nieuwe advertentie wordt als oorzaak van de “schok­kende” toename van het percentage ongevallen met scootmobielen de instabiliteit van de scoot­mobiel met drie of vier wielen genoemd. Uit het rapport van de Stichting Consument en Vei­ligheid blijkt echter niet wat de oorzaak van de onge­val­len is. Wel wordt er in het rapport ge­zegd dat in meer dan de helft van de ongevallen sprake is van een “valongeval”, maar niet duidelijk is of daarmee het omvallen van de scootmobiel wordt bedoeld. Belangrijker is ech­ter nog dat uit het rapport niet blijkt bij hoeveel ongevallen sprake was van het daadwerkelijk omvallen van de scootmo­biel doordat deze slechts drie of vier wielen heeft in plaats van vijf. Ook uit de rapporten van het Engelse onder­zoeks­insti­tuut Medicines & Healthcare products Regulatory Agency (MHRA) blijkt dit niet. De Commissie is daarom van oordeel dat geen concrete aanwijzing bestaat dat de ongevallen waarbij een scootmobiel is betrokken en die tot een behandeling in het ziekenhuis hebben geleid, het gevolg zijn van het feit dat de be­trok­ken scootmobielen zijn omgevallen doordat deze slechts drie of vier wielen hadden. De adver­tenties schetsen derhalve een onjuist beeld van de veiligheid van scootmo­bie­len met drie of vier wielen. Daarbij is nog van belang dat klager onweersproken heeft gesteld dat de door haar leden verhandelde scoot­mobielen met drie en vier wielen voldoen aan de stren­ge wettelijke vei­ligheidseisen van norm EN 12184. De door adverteerder genoemde ervarin­gen van gebruikers doen daaraan niet af, nu deze niet te verifiëren zijn en niet tot het oordeel kunnen leiden dat scootmo­bie­­len met drie of vier wielen onvei­lig zijn. Hetzelfde geldt voor het als bijlage 5 bij het ver­weer overgelegde krantenartikel.

 

7)  Op grond van het voor­gaande acht de Commissie het niet aannemelijk dat scoot­mobielen met drie of vier wielen onveilig zijn in de mate als door adverteerder in de onder­havige ad­ver­tenties wordt gesuggereerd. Om die reden acht de Commissie de advertenties mislei­dend als bedoeld in arti­kel 8.2 aanhef en onder b NRC, en daardoor in strijd met artikel 7 NRC. Meer in het bij­zonder heeft adverteerder geen juiste informatie verschaft over de voordelen (veiligheid) van zijn product ten opzichte van scootmo­bie­len met drie of vier wielen. Adver­teerder suggereert ten onrechte dat, in tegenstelling tot de QUINGO, scootmo­bie­len met drie of vier wielen on­veilig zijn doordat zij niet beschikken over vijf wielen met een stabilisatie­systeem. Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consu­ment hierdoor er­toe gebracht kan wor­den een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had ge­nomen. Daarbij is van belang dat de betrokken doelgroep kwets­baar is, immers be­staat uit ouderen en min­der­validen. Deze doel­groep zal de advertentie zo uitleggen, dat men om drin­gende vei­ligheids­redenen geen ge­bruik moet maken van een scoot­mo­biel met drie of vier wielen, en in plaats daarvan de scoot­mobiel van adverteerder met vijf wielen moet kopen. Tevens volgt uit het voorgaande dat adverteerder de gegevens van de Stichting Veiligheid en Consument niet met de nodige omzichtigheid heeft gebruikt. Adverteerder geeft die gegevens onjuist weer en ver­bindt daar­aan bovendien gevolgtrekkingen die geen steun vinden in die gegevens.

 

8)  Voorts is de Commissie van oordeel dat adverteerder, door de advertentie vorm te geven als een uitdrukkelijke “waarschuwing” met een verwijzing naar het aantal ongevallen en zie­ken­huis­opna­men waarbij een scootmobiel betrokken is, zonder te rechtvaardigen redenen appelleert aan mogelijke angst­gevoelens onder de gebruikers van een scootmobiel. Uit het voorgaan­de volgt dat geen rechtvaardiging bestaat om deze kwetsbare doelgroep op zo’n alarmerende en indringende wijze te benade­ren, zodat ook in zoverre de klacht gegrond is. Te­vens ziet de Commissie onder deze omstandigheden aanleiding de uitspraak onder de aandacht van een breed publiek te brengen, als bedoeld in artikel 17 lid 1 onder h jo. artikel 18 lid 4 van het Reglement be­treffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep. Van strijd met artikel 11.1 NRC is ten slotte geen sprake, nu ten aanzien van beide adver­tenties duidelijk is dat het om een reclame-uiting voor de QUINGO gaat.

 

De beslissing

 

Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uitingen in strijd met het be­paal­de in artikel 6, 7 en 10 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. De Commissie heeft besloten de uitspraak onder de aandacht van een breed publiek te brengen, als bovenvermeld. Voor het overige wijst de Commissie de klacht af.

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken