De bestreden reclame-uitingen
Het betreft:
A) een uiting op de website van Peugeot, voor zover daarin de nieuwe Peugeot E-208 wordt aangeprezen. Daarin staat onder meer:
“SUBSIDIE VOOR 100% ELEKTRISCHE AUTO’S
Vanaf 1 juli 2020 kunt u via de website van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) de subsidie voor elektrische personenauto’s voor particulieren aanvragen. De regeling geldt echter al voor elektrische personenauto’s die zijn gekocht nadat de regeling op 4 juni 2020 in de Staatscourant is gepubliceerd. Naast de €4.000 subsidie ontvangt u bij aanschaf van een première uitvoering van de nieuwe Peugeot e-208 ook €2.000 Peugeot-premie. Lees hier meer informatie over de subsidie.”
“Disclaimer Subsidie Elektrische Personenauto’s”
B) een televisiecommercial van Peugeot, die 25 seconden duurt. Na 18 seconden zegt de voice- over: “De nieuwe Peugeot E-208, nu met €4.000,- subsidie en €1.000,- Peugeot-premie.”
De klacht
Er wordt geadverteerd met €4.000,- overheidssubsidie, terwijl in de media al is aangegeven dat deze subsidie op is voor nieuwe auto’s. Volgens klager is sprake van misleiding nu de €4.000,- niet meer beschikbaar is.
Het verweer
Het verweer wordt als volgt samengevat.
Op de website van Peugeot wordt in de tekst van de disclaimer verwezen naar de relevante informatie en de actuele situatie rondom het beschikbare jaarbudget van de overheidssubsidie, te vinden op de website van de RvO. Peugeot benadrukt dat een aanvraag die is ingediend nadat het jaarbudget op is, wordt doorgeschoven naar 2021. De consument wordt er al op attent gemaakt dat er I) meer relevante informatie te vinden is en II) het jaarbudget beperkt is. Ook wordt verwezen naar een speciale webpagina met de titel ‘Subsidies voor Elektrisch Rijden’.
Peugeot is van mening dat de consument in heldere bewoordingen, transparant en volledig wordt geïnformeerd over het bestaan van de overheidssubsidie en de voorwaarden en beperkingen daarvan. Het zal de gemiddelde consument volstrekt helder zijn dat er aan de genoemde overheidssubsidie voorwaarden verbonden zijn en een beperking in omvang kent. Peugeot overweegt dat de verwijzing naar een overheidssubsidie de consument er niet toe brengt een besluit over een elektrisch voertuig te nemen die hij anders niet had genomen.
Bovendien blijft de informatie, ook bij een eventuele overschrijding van het budget 2020 van belang, omdat een subsidieaanvraag alsdan wordt doorgeschoven naar 2021.
De consument wordt op de website van Peugeot duidelijk gewezen op de actuele status van het jaarbudget en de voorwaarden voor het aanvragen van de overheidssubsidie. Deze informatie is gebaseerd op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) en van relevante instanties. De reclame-uitingen kunnen niet als misleidend worden aangemerkt.
Het oordeel van de Commissie
1. Klager maakt bezwaar tegen de bestreden uitingen, omdat de in de uitingen aangeboden €4.000,- overheidssubsidie volgens hem niet meer beschikbaar is. Dit is echter niet zeker.
2. Uit het verweer van adverteerder en de informatie van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RvO) blijkt dat het jaarbudget 2020 voor nieuwe elektrische auto’s weliswaar is overtekend, maar dat het nog wel mogelijk is om een subsidieaanvraag in te dienen.
Op basis van het verweer gaat de Commissie ervan uit dat de subsidie wel verkregen kan worden. Dit impliceert dat klager van een onjuiste veronderstelling is uitgegaan. De Commissie begrijpt evenwel dat dit het gevolg is van het feit dat klager de uitingen in absolute zin heeft begrepen, te weten dat men zonder meer recht op de subsidie heeft. Daarmee dient de vraag te worden beoordeeld of de uitingen te stellig zijn over het kunnen krijgen van subsidie.
3. Uiting A), een uiting op de website van Peugeot
De Commissie constateert dat in de door klager overgelegde uiting door Peugeot informatie wordt verschaft over de subsidie voor elektrische auto’s waarbij onderaan de tekst een link staat met de tekst: “Lees hier meer informatie over de subsidie”. Voorts staat onder het tekstblokje een zogenaamde ‘dropdown’ knop met de titel: “Disclaimer Subsidie Elektrische Personenauto’s”, met daaronder de volgende tekst: “De Subsidie Elektrische Personenauto’s Particulieren (SEPP) dient door de subsidieontvanger aangevraagd te worden via rvo.nl. Naast alle relevante informatie treft u hier ook de actuele situatie rondom het beschikbare jaarbudget. Dient een aanvraag in nadat het jaarbudget op is? Dan wordt uw aanvraag doorgeschoven naar 2021. Peugeot Nederland kan niet aansprakelijk worden gehouden in verband met eventuele toekenning van deze overheidssubsidie of eventuele wijzigingen in de regeling”.
Dat aanvullende voorwaarden van toepassing zijn om voor de €4.000,- overheidssubsidie in aanmerking te komen, wordt naar het oordeel van de Commissie voldoende duidelijk gemaakt door de bovengenoemde tekst en informatie in de bestreden uiting. Aldus wordt de gemiddelde consument door de bestreden uiting in voldoende mate geïnformeerd over de aangeboden €4.000,- overheidssubsidie en het feit dat er voorwaarden verbonden zijn aan het verkrijgen van deze overheidssubsidie.
Gelet op het vorenstaande slaagt dit onderdeel van de klacht niet.
3. Uiting B), een televisiecommercial van Peugeot
In de televisiecommercial wordt de volgende mededeling gedaan: “De nieuwe Peugeot E-208, nu met €4.000,- subsidie en €1.000,- Peugeot-premie.”
Omdat in de bestreden uiting in absolute zin de mededeling wordt gedaan “nu met €4000,- overheidssubsidie” zal de gemiddelde consument erop vertrouwen dat hij zonder meer recht heeft op de subsidie. Dit is in werkelijkheid niet het geval. Het verkrijgen van de overheidssubsidie is geen vast gegeven maar afhankelijk van diverse omstandigheden die wel in uiting A zijn genoemd.
Het feit dat het verkrijgen van de subsidie afhankelijk is van diverse omstandigheden, is essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te kunnen nemen. Deze informatie dient duidelijk in de uiting te zijn opgenomen. Nu dit niet het geval is, is sprake van het ontbreken van essentiële informatie als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c van de NRC. Aangezien de gemiddelde consument er bovendien hierdoor toe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
5. Op grond van het voorgaande beslist de Commissie als volgt.
De beslissing
De Commissie acht de met B) aangeduide uiting in strijd met artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Voor wat betreft de met A) aangeduide uiting wijst de Commissie de klacht af.