titel van uitspraak - Stichting Reclame Code

Omschrijving:

Het betreft een geadresseerde reclame van de Nationale Postcode Loterij van 20 december 2007 waarin onder andere staat: “Laatste oproep”, “Tot mijn schrik blijkt uit onze administratie dat u nog niet gereageerd hebt op onze eerdere oproepen uw lotnummers voor de PostcodeKanjer te activeren. Ik vraag u dringend dit alsnog te doen, zodat ook u kunt meedelen in de Kanjermiljoenen!”, “Dit is echt uw allerlaatste kans. Als u nu héél snel bent kunt u nog nét meedoen” en “Mochten uw aanmelding en deze brief elkaar gekruist hebben, dan hoeft u niets te doen.”

De klacht

De brief heeft een chantage karakter. Klager vindt de toon en de inhoud van de uiting onfatsoenlijk. De mededelingen “allerlaatste kans”, “Laatste oproep” en “Tot mijn schrik blijkt uit onze administratie dat u nog niet gereageerd hebt” speelt in op bepaalde emoties om mensen te bewegen aan de oproep gehoor te geven. Om die reden is de uiting in strijd met de artikelen 2 en 6 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).
De uiting is in eerste instantie niet als reclame herkenbaar (artikel 10 NRC).
De mededeling “zodat ook u kunt meedelen in de Kanjermiljoenen!” is bovendien misleidend.

Het verweer

Fatsoen is een kwestie van smaak.
Er is geen sprake van dwang maar van urgentie, want indien men niet reageert kan men niet mee doen aan de trekking.

Er is geen sprake van misleiding, omdat het hier gaat om het hypothetische geval dat de Kanjer in klagers postcode is valt. Indien men dan een lot heeft, deelt men ook mee in de Kanjer.
De uiting is duidelijk als reclame herkenbaar. Op de envelop staat de afzender.

De mondelinge behandeling

Adverteerder licht toe dat na opening van de envelop meteen duidelijk is dat de bewuste mailing een uiting van adverteerder is.
De uiting is niet misleidend. De mededeling: “zodat ook u kunt meedelen in de Kanjermiljoenen!” wordt gevolgd door: “Want stelt u zich eens voor: op 1 januari valt de 25,8 miljoen euro op (..)”. De mailing gaat uit van een hypothetisch situatie. Nergens wordt gesteld dat de prijs op deze postcode zal vallen.
De uiting appelleert niet aan angst.

Het oordeel van de Commissie

De Commissie stelt zich terughoudend op bij vraag of een reclame-uiting in strijd met het fatsoen is, gelet op het subjectieve karakter van dit criterium. De Commissie acht de onderhavige uiting niet van dien aard dat deze onfatsoenlijk is. De Commissie heeft er begrip voor dat er mensen zijn die de uiting opdringerig vinden, maar dit leidt niet tot een ander oordeel.

De uiting appelleert evenmin aan gevoelens van angst, aangezien in de uiting angst niet wordt opgeroepen als middel om het publiek te bewegen loten te kopen. De uiting appelleert – binnen de regels van de Reclamecode voor Kansspelen – aan gevoelens van hebzucht, waarbij gebruik is gemaakt van in reclame niet ongebruikelijke overdrijving.

De uiting bevat een aanprijzing van Postcodeloterij-loten van adverteerder. De uiting is dus gezien de opmaak en inhoud voldoende duidelijk als reclame herkenbaar.

De beslissing

De Commissie wijst de klacht af.

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Verfijn uw zoekopdracht

Omschrijving:

De beslissing

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.