a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Dossiernr:

2008/1530/08.0013C

Datum:

10-06-2008

Uitspraak:

bevestiging aanbeveling

Product/dienst:

Motivatie:

Medium:

Omschrijving:

Het betreft een geadresseerde reclame van de Nationale Postcode Loterij van 20 december 2007 waarin onder andere staat: “Laatste oproep”, “Tot mijn schrik blijkt uit onze administratie dat u nog niet gereageerd hebt op onze eerdere oproepen uw lotnummers voor de PostcodeKanjer te activeren. Ik vraag u dringend dit alsnog te doen, zodat ook u kunt meedelen in de Kanjermiljoenen!”, “Dit is echt uw allerlaatste kans. Als u nu héél snel bent kunt u nog nét meedoen” en “Mochten uw aanmelding en deze brief elkaar gekruist hebben, dan hoeft u niets te doen.”

De klacht

Klager vindt dat de uiting een agressieve benadering heeft en bangmakerij bevat. Het lijkt alsof klager verplicht is te reageren. De uiting is misleidend omdat niet uit de uiting blijkt hoeveel deelname kost en of deelname eenmalig is of voor langere tijd.

Het verweer

Er is geen sprake van intimidatie of dwang als bedoeld in artikel 14 NRC nieuw. In de laatste alinea van de uiting staat dat de inleg € 8,50 per lot kost. Aan de uiting gingen andere uitingen vooraf waarin duidelijk stond wat het aanbod inhoudt, namelijk deelname tot wederopzegging voor € 8,50 per lot per trekking. Ook op de website wordt het aanbod duidelijk toegelicht.

De mondelinge behandeling

Adverteerder licht toe dat indien men naar aanleiding van de uiting telefonisch of via internet loten gaat bestellen, de voorwaarden voor deelname duidelijk uiteengezet worden.
Het vermogen van de consument om een geïnformeerd besluit te nemen, wordt op geen enkele manier beperkt.

Het oordeel van de Commissie (19 maart 2008)

De Commissie leest de klacht mede aldus dat klager de uiting in strijd met het fatsoen acht.
De Commissie stelt zich terughoudend op bij vraag of een uiting in strijd met het fatsoen is, gelet op het subjectieve karakter van dit criterium. In het onderhavige geval acht de Commissie de uiting niet van dien aard dat deze onfatsoenlijk is. De Commissie heeft er begrip voor dat er mensen zijn die de uiting niet waarderen, maar dit leidt niet tot een ander oordeel.

De uiting appelleert ook niet aan gevoelens van angst, aangezien in de uiting angst niet wordt opgeroepen als middel om het publiek te bewegen loten te kopen. De uiting appelleert – binnen de regels van de Reclamecode voor Kansspelen – aan gevoelens van hebzucht, waarbij gebruik is gemaakt van in reclame niet ongebruikelijke overdrijving. Gelet hierop is de uiting evenmin in strijd met artikel 14 NRC nieuw.

De Commissie acht de uiting wel misleidend in de zin van artikel 8.3 aanhef en sub c (nieuw) NRC nu in de uiting belangrijke informatie ontbreekt – te weten de duur van de deelname – die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen. Als gevolg daarvan kan de uiting de gemiddelde consument ertoe brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Dat deze informatie elders of op een later tijdstip wel zou worden gegeven, doet aan dit oordeel niet af, omdat de uiting op zich zelf voldoende duidelijk moet zijn. Misleidende reclame is oneerlijk in de zin van artikel 7 (nieuw) NRC
De prijs per lot staat wel voldoende duidelijk in de uiting.

De beslissing


Op grond van het voorgaande acht de Commissie de uiting in strijd met artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code (nieuw). Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Voor het overige wijst zij de klacht af.


Regeling:

artikel 7 NRC

Artikel II.3 RvK

De grieven

Deze kunnen als volgt worden samengevat.

Ten onrechte heeft de Commissie overwogen:
“De Commissie acht de uiting wel misleidend in de zin van artikel 8.3 aanhef en sub c (nieuw) NRC nu in de uiting belangrijke informatie ontbreekt – te weten de duur van deelname – die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen”.

NPL is van mening dat hetgeen per post werd verzonden -NPL verwijst naar de als bijlage bij het beroepschrift gevoegde brief van 20 december 2007- dient te worden gezien als onderdeel van de gehele reclame-uiting zoals deze voor NPL werd “uitgerold”.
In het algemeen geldt dat voor een aanbod dat wordt gecommuniceerd via een abri of televisiereclame mag worden verwezen naar een website, waar een en ander wordt toegelicht.
In het kader van de onderhavige actie was het alleen mogelijk te responderen via een voice reponse of via de website en dus niet via de brief zelf. NPL verwijst naar de als bijlagen bij het beroepschrift gevoegde afdruk van de website en het “script: 0909-0096 re-reminder Kanjermailing”. Op de voice respons lijn en de website werd duidelijk uiteengezet dat het gaat om een deelname aan de Nationale Postcode Loterij tot wederopzegging.

NPL is van mening dat de uiting in zijn geheel moet worden gezien en dat de uiting bestaat uit de brief en de website tezamen. Van het op een later tijdstip of op een andere plaats “aangeven” van verdere informatie is geen sprake.

De mondelinge behandeling

Het standpunt van NPL is nader toegelicht.

Het oordeel van het College

Naar het oordeel van het College dient de gewraakte mailing te worden aangemerkt als een op zichzelf staande reclame-uiting; deze geadresseerde mailing is afzonderlijk van andere uitingen openbaar gemaakt en houdt een aanprijzing in van de PostcodeKanjer. Aan dit oordeel doet niet af dat in de uiting -voor een reactie op het daarin vervatte aanbod- wordt verwezen naar het nummer 0909-0096 en naar http://www.postcodeloterij.nl.
Gelet op het bovenstaande dient de mailing op zich zelf in overeenstemming met de Nederlandse Reclame Code (NRC) te zijn.

Het College deelt het oordeel van de Commissie dat de mailing misleidend is als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en sub c (nieuw) NRC.
De mailing bevat geen informatie over de duur van deelname aan de Postcode Loterij, indien men op het aanbod ingaat. Deze informatie is dermate essentieel voor het nemen van een geïnformeerd besluit over een transactie, dat deze niet in de uiting had mogen ontbreken. Dat deelname op elk moment kan worden beëindigd en dat men niet verplicht is voor een bepaalde periode mee te spelen, leidt niet tot een ander oordeel. In dit verband overweegt het College dat het ontbreken van informatie over de duur van deelname de gemiddelde consument ertoe kan brengen een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen, en wel het besluit om niet op het aanbod te reageren, terwijl hij dat wel zou hebben gedaan indien hij had geweten dat opzegging elk moment mogelijk was.

Gelet op het ontbreken van informatie over de duur van de deelname aan de Postcode Loterij, indien men op het aanbod ingaat, acht het College de mailing tevens misleidend met betrekking tot de door de deelnemer eventueel aan te gane verbintenis en daardoor in strijd met artikel II.3 van de Reclamecode voor Kansspelen (RVK).

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

De beslissing

Het College bevestigt de beslissing van de Commissie, voor zover daartegen beroep is ingesteld, met aanvulling van gronden in die zin dat de uiting tevens in strijd is met artikel II.3 RVK.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken