Het College van Beroep [10 juni 2015]
De grieven
Het beroep is uitsluitend gericht tegen hetgeen de Commissie in haar beslissing onder 4 heeft overwogen en het daarmee verband houdende oordeel dat de bestreden uiting in strijd is met artikel 3 aanhef en onder c eerste bolletje Reclamecode voor Kansspelen (RVK) 2015 juncto artikel 8.2 aanhef Nederlandse Reclame Code (NRC). De grieven tegen dit onderdeel van de beslissing van de Commissie worden door het College als volgt samengevat.
Gedurende de televisieshow met betrekking tot The Big Picture, die gedurende zes achtereenvolgende weken werd uitgezonden, werd iedere week een “thuiswinnaar” bekendgemaakt. De thuiswinnaars wonnen hetzelfde bedrag als de studiokandidaat van die uitzending. De trekkingen van de zes thuiswinnaars maakten deel uit van de reguliere wekelijkse trekkingen ten behoeve van de speelmaand februari 2015. De thuiswinnaars werden allen in deze speelmaand getrokken. Een enkele week werden er twee thuiswinnaars getrokken. De thuiswinnaars werden dus niet gedurende de uitzendingen van de televisieshow zelf getrokken, maar daarin alleen bekendgemaakt. Mocht men voor de speelmaand maart geen deelnemer van de Loterij meer zijn, dan kon men nog steeds tijdens de uitzendingen van de speelshow van begin maart 2015 bekend worden gemaakt als thuiswinnaar en in die hoedanigheid kans maken op hetzelfde bedrag als de studiokandidaat. In tegenstelling tot hetgeen de Commissie aanneemt, hoefde men daarvoor niet gedurende zes weken deelnemer van de Loterij te zijn. De Loterij kan zich om die reden niet verenigen met de beslissing van de Commissie.
De mondelinge behandeling
[naam] licht het standpunt van de Loterij nader toe mede aan de hand van een overgelegde notitie.
Het oordeel van het College
1. De beoordeling in beroep blijft beperkt tot de tegen onderdeel 4 van de beslissing van de Commissie gerichte grief. In verband daarmee dient te worden beoordeeld of de mededeling in de bestreden uiting dat men in verband met het spel met de naam The Big Picture zes weken lang gratis kans maakt op één miljoen euro misleidend is, uitsluitend voor wat betreft de hier genoemde periode. Geïntimeerde stelt in de inleidende klacht dat deze periode niet zes weken, maar slechts één maand bedraagt. De Commissie heeft klager hierin gevolgd en geoordeeld dat niet gezegd kan worden dat de consument zes weken lang gratis kans maakt op één miljoen euro, nu dit volgens de Commissie voor slechts één maand geldt.
2. De Loterij heeft in beroep toegelicht dat de televisieshow met betrekking tot The Big Picture gedurende zes weken is uitgezonden, waarbij iedere week een “thuiswinnaar” bekend werd gemaakt. Deze bekendmakingen zijn volgens de Loterij steeds gebaseerd op trekkingen ten behoeve van de thuiswinnaar die onderdeel zijn van de reguliere wekelijkse trekkingen van het hoofdspel in de speelmaand februari 2015. De zes thuiswinnaars zijn allen in deze speelmaand getrokken.
3. Het College begrijpt uit hetgeen de Loterij bij de Commissie onweersproken heeft aangevoerd dat de zes shows waarin de thuiswinnaars bekend zijn gemaakt ook alle binnen de speelmaand februari 2015 zijn opgenomen en dus verband houden met trekkingen van het hoofdspel van de speelmaand februari 2015. Indien men voor de speelmaand maart 2015 geen deelnemer van de Loterij meer zou zijn, kon men op basis van dit systeem tijdens de uitzendingen van de shows van The Big Picture die doorliepen tot begin maart 2015 als thuiswinnaar bekend worden gemaakt naar aanleiding van de trekkingen die plaatsvonden in de speelmaand februari 2015. Ander dan de Commissie heeft geoordeeld, hoefde men niet deel te nemen aan de BankGiro Loterij gedurende de shows van The Big Picture show die in maart 2015 werden uitgezonden om kans te maken op het winnen van een prijs in het kader van die actie.
4. Dat de bekendmaking met betrekking tot de zes trekkingen van de thuiswinnaars van de gratis speelmaand verspreid over een periode van zes weken plaatsvond, brengt naar het oordeel van het College niet mee dat de uiting misleidend is. De consument zal, doordat de bekendmakingen gedurende zes weken plaatsvonden in de afzonderlijke shows, in de praktijk zes weken als periode ervaren gedurende welke hij in het kader van The Big Picture kans maakt op een prijs. Dat in de televisiecommercial niet wordt gezegd dat de periode van zes weken niet volledig synchroon loopt met de maand gedurende welke de trekkingen van de thuiswinnaars en het hoofdspel plaatsvonden, leidt niet tot het oordeel dat de onderhavige uiting misleidend is. Naar het oordeel van het College wekt de uiting in dit opzicht geen misverstanden, nu daarin enkel wordt gesproken over het gedurende zes weken lang gratis kans maken op de in de uiting genoemde prijs in het kader van The Big Picture.
5. Het College komt op grond van het voorgaande tot een ander oordeel dan de Commissie. De bestreden beslissing van de Commissie zal worden vernietigd, maar uitsluitend voor zover de Commissie in onderdeel 4 van de beslissing heeft geoordeeld dat de uiting in strijd is met artikel 3 aanhef en onder c (eerste bolletje) RVK juncto artikel 8.2 aanhef NRC wegens de periode gedurende welke men kans maakt op een prijs. Dit gedeelte van de klacht zal alsnog worden afgewezen. Het oordeel van de Commissie blijft dus voor het overige als in beroep onbestreden in stand. Derhalve wordt beslist als volgt.
De beslissing van het College van Beroep
Het College vernietigt de bestreden beslissing van de Commissie uitsluitend voor zover zij in onderdeel 4 van de beslissing heeft geoordeeld dat de uiting in strijd is met artikel 3 aanhef en onder c (eerste bolletje) RVK juncto artikel 8.2 aanhef NRC wegens de periode gedurende welke men kans maakt op een prijs, en wijst het onderdeel van de klacht waarop dit gedeelte van de beslissing van de Commissie ziet alsnog af.
[Hieronder volgt de beslissing waartegen – gedeeltelijk – beroep is ingesteld]
De Reclame Code Commissie [1 april 2015]
De bestreden reclame-uiting
Het betreft een televisiecommercial van adverteerder (The Big Picture) waarin televisiepresentator Robert ten Brink te zien is met een grote cheque in zijn handen waarop het logo van de BankGiro Loterij staat vermeld en waarop voorts groot en dikgedrukt staat vermeld: “1 miljoen” en boven dit bedrag het logo van adverteerder. In de commercial zegt Robert ten Brink:
“Vanaf volgende week zondag maakt u zes weken lang gratis kans op één miljoen euro. Ga naar BigPicture.nl, speel mee en pak uw gratis kans op 6 maal één miljoen”. In beeld verschijnt de tekst: www.bigpicture.nl. Rechtsboven in beeld staat het logo van adverteerder. Linksboven in beeld staat: ‘vanaf 1 februari’.
De klacht
Klager acht de televisiecommercial misleidend omdat hierin onvoldoende naar voren komt dat de consument om gratis mee te kunnen spelen in het bezit dient te zijn van loten van de BankGiro Loterij. Voorts is de periode dat de consument ‘gratis’ kan meespelen – anders dan in de commercial wordt gesuggereerd – niet zes weken, maar slechts één maand, waarna de BankGiro Loterij door middel van automatische incasso geld gaat afschrijven van de bankrekening van de consument. Tot slot wordt veel te rooskleurig voorgespiegeld dat de consument kans maakt op één miljoen euro, terwijl dat bedrag uitzonderlijk is, nu in de praktijk doorgaans aanzienlijk lagere bedragen worden gewonnen, afhankelijk van hoe de persoon in de studio het speelt.
Het verweer
Adverteerder kan zich niet vinden in het standpunt van klager dat de televisiecommercial misleidend is. Adverteerder roept in haar commercial op om naar het programma te kijken en spoort hierin mensen aan om deel te nemen aan de loterij en kans te maken op prijzen, verbonden aan het programma. Volgens klager is het niet duidelijk dat men deelnemer van de BankGiro Loterij dient te zijn om kans te maken op de geschetste prijzen. Echter, in de televisiecommercial wordt door de presentator gezegd: “Dat kan als u meespeelt met de BankGiro Loterij. En daarnaast wordt verwezen naar de websitewaar nog eens naar voren komt dat men deelnemer van de BankGiro Loterij dient te zijn om de prijzen te kunnen winnen. Degene die ingaat op het aanbod en een (extra) lot koopt speelt daarmee de eerste maand gratis mee. Er wordt de eerste maand dus nog geen inleggeld afgeschreven. Na de eerste maand gratis deelname wordt pas voor het eerst inleggeld afgeschreven en speelt men met het (extra) lot mee tot wederopzegging. Een deelnemer speelt iedere speelronde mee met de maandelijkse trekking ten behoeve van het hoofdspel van de BankGiro Loterij en de wekelijkse trekking ten behoeve van het hoofdspel van de BankGiro Loterij en de wekelijkse trekkingen voor het extra spel waar iedere deelnemer automatisch aan meedoet. Voorafgaand aan iedere opname van The Big Picture worden telkens in wekelijkse reguliere trekkingen van het extra spel in februari de winnende deelnemers getrokken. De winnaars ontvangen – net als de studiokandidaat – het bedrag dat de studiokandidaat tijdens de betreffende opname bij elkaar speelt. Alle zes de shows worden binnen de speelronde februari – de speelronde waaraan men met het (extra) gratis lot deelneemt – opgenomen. Kortom, de consument die op het aanbod uit de commercial ingaat en deelnemer wordt, maakt hiermee kans om zes maal een bedrag van mogelijk 1 miljoen euro te winnen. Voorts wordt in de commercial duidelijk verwezen naar de website www.bigpicture.nl waar alle essentiële informatie staat over het aanbod. Voorts verwijst adverteerder naar het dossier 2014/00084 waarin de Voorzitter in een – volgens adverteerder – vergelijkbare klacht overwoog: “dat men om, voor dit gratis aanbod in aanmerking te komen, eerst een (extra) lot dient te kopen bij de Vriendenloterij, staat niet in de weg aan het adverteren met een ‘gratis kans’ op genoemde prijs. Het is immers op grond van de Nederlandse Reclame Code toegestaan aan het gratis aanbod de voorwaarde te verbinden dat men zich tegen betaling abonneert op een bepaalde dienst of dat men het gratis aanbod krijgt bij de koop van een bepaald product.”
Het bedrag dat door de thuiswinnaar gewonnen kan worden, is afhankelijk van het bedrag dat de studiokandidaat wint en dat bedrag kan maximaal één miljoen euro zijn. Iedere deelnemer maakt dus wel degelijk kans op één miljoen euro.
Het oordeel van de Commissie
1. Ten aanzien van de klacht van klager dat de televisiecommercial misleidend is omdat hieruit onvoldoende blijkt dat de consument, om gratis mee te kunnen spelen, in het bezit dient te zijn van loten van de BankGiro Loterij, oordeelt de Commissie als volgt. Vaststaat dat de consument om mee te kunnen spelen en gratis kans te kunnen maken op één miljoen euro, dient deel te nemen aan de BankGiro Loterij door een (extra) lot te kopen (met gratis deelname de eerste maand). Naar het oordeel van de Commissie is dit een essentiële voorwaarde. Deze voorwaarde blijkt – anders dan het geval was in het dossier 2014/00084 waarnaar adverteerder verwijst – echter niet uit de bestreden reclame-uiting. Uit het gebruik van de woorden “speel mee”, blijkt in ieder geval onvoldoende dat daarmee (mogelijk) wordt gedoeld op het meespelen aan de BankGiroLoterij in plaats van het spel “The Big Picture”.
2. Op grond hiervan zal de gemiddelde consument kunnen menen dat hij ook zonder lid te worden van de BankGiro Loterij gratis kan meespelen. Op zichzelf genomen kan de gemiddelde consument weliswaar niet verwachten dat in een televisiecommercial alle voorwaarden volledig worden vermeld. Dat neemt echter niet weg dat die consument wel tijdig en duidelijk moet worden geïnformeerd indien er essentiële voorwaarden van toepassing zijn, teneinde te voorkomen dat bij hem onjuiste verwachtingen worden gewekt en hij als gevolg daarvan besluit een transactie aan te gaan dat hij niet zou hebben genomen indien deze essentiële informatie tijdig aan hem zou zijn verstrekt. Het medium televisie biedt in beperkte mate ruimte voor het verstrekken van deze informatie, maar de Commissie acht het desondanks zeer wel mogelijk in de televisiecommercial de consument te informeren over het bestaan van bedoelde voorwaarde. Hieraan is in dit geval niet voldaan. Uit de enkele verwijzing in de commercial naar de website www.bigpicture.nl blijkt evenmin dat aan (essentiële) voorwaarden dient te zijn voldaan indien de consument gratis kans wil maken op één miljoen euro.
3. Blijkens het voorgaande is in strijd gehandeld met artikel 3 aanhef en onder c (eerste bolletje) van de Reclamecode voor Kansspelen (RVK) juncto artikel 8.3 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet zou hebben genomen. Om die reden is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
4. Voorts maakt klager bezwaar tegen het feit dat in de reclame-uiting wordt gesuggereerd dat de consument zes weken gratis kan meespelen, terwijl dit volgens klager in de praktijk slechts één maand blijkt te zijn. Vast is komen te staan dat de consument die ingaat op het aanbod en een (extra) lot koopt slechts de eerste maand van deelname gratis meespeelt en dat na de eerste maand gratis deelname voor het eerst inleggeld afgeschreven gaat worden. Op grond van vorenstaande oordeelt de Commissie dat in de reclame-uiting niet gezegd kan worden dat de consument 6 weken lang gratis kans maakt op één miljoen euro, nu dit slechts voor de eerste maand geldt. Dat alle zes de televisieshows kennelijk binnen de speelronde februari zijn opgenomen (de speelronde waaraan de consument met het (extra) lot gratis deelneemt), doet niets af aan het feit dat de consument tenminste zes weken lid moet blijven van de BankGiro Loterij om zes keer kans te maken op één miljoen. De consument zal dus – anders dan in de uiting wordt vermeld – kosten moeten maken om hiervoor in aanmerking te komen. Aldus is gehandeld in strijd met artikel 3 aanhef en onder c (eerste bolletje) RVK juncto artikel 8.2 aanhef NRC. Voorts is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden acht de Commissie deze uiting ook om deze reden misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
5. Met betrekking tot de klacht dat adverteerder de consument te rooskleurig voorspiegeld dat hij kans maakt op één miljoen euro, oordeelt de Commissie als volgt. In de televisiecommercial wordt gezegd dat de consument zes maal gratis kans maakt op het winnen van één miljoen euro, terwijl het afhangt van de omstandigheden – namelijk van de omstandigheid of de studio kandidaat tijdens de opname één miljoen euro bij elkaar speelt – of de consument daadwerkelijk kans maakt op het winnen van één miljoen euro. Nu hierover door adverteerder geen informatie wordt gegeven beseft de consument niet dat hij niet onomwonden kans maakt op het winnen van één miljoen euro, maar dat de kans bestaat dat hij een bedrag wint dat velen malen lager ligt dan één miljoen euro. Het had op de weg van adverteerder gelegen om hierover meer duidelijkheid te verschaffen, mede gelet op het feit dat rekening moet worden gehouden met het feit dat het meedoen aan een loterij waarbij grote prijzen gewonnen kunnen worden geen doordachte handeling is en dat irrationele gedachten, emoties en gewoonten een belangrijke rol spelen bij de beslissing van de consument om een (extra) lot te kopen, zie ook Gerechtshof Den Haag, 28 mei 2013 (ECLI:NL:GHDHA:2013:CA0587) rechtsoverweging 4.15. Gelet hierop is de Commissie van oordeel dat in de uiting onduidelijke en ondubbelzinnige informatie is verstrekt ten aanzien van het gebruik te verwachten resultaten in de zin van artikel 8.2 aanhef en onder b NRC. Voort is de Commissie van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe kan worden gebracht een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden acht de Commissie deze uiting eveneens misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
6. Op grond van het vorenstaande wordt als volgt beslist.
De beslissing van de Reclame Code Commissie
De Commissie acht op grond van hetgeen hiervoor onder 3,4 en 5 is overwogen de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 3 aanhef en onder c (eerste bolletje) RVK juncto artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.