Omschrijving:

Het betreft een televisiereclame van Benelux Film Distributors, waarin de bioscoopfilm ‘Hannibal Rising’ wordt aangeprezen. In de uiting wordt met een wat hese stem onder meer gezegd: “Zijn methodes”, “Een beklijvende thriller”, “Ontdek hoe het allemaal begon. Wraak drijft hem tot waanzin”. Hierbij zijn snerpende geluiden te horen en worden korte beelden getoond van onder meer een man met een masker, een bijltje dat iemand in zijn hand heeft, een operatiemesje dat wordt opgepakt, vlammen waaruit een gezicht tevoorschijn komt, enige vage figuren die hakbewegingen maken, iemand die een puntig mes pakt en daarmee over de hals van een slapend persoon beweegt, een worsteling waarbij een man bij zijn hoofd wordt vastgepakt, een man die een knuppel uit zijn jas haalt via de nek-opening, de onderbenen van iemand die kennelijk is opgehangen, iemand die voor zijn leven vecht tegen de verdrinkingdood, poppenhoofden bungelend aan een touw en een mannengezicht met dreigende rode ogen en een masker.

De uiting is om 18.45 uur uitgezonden op RTL 7. In de uiting worden geen directe beelden getoond van gruwelijke dingen die in de film te zien zouden zijn, maar de beelden spreken wel tot de verbeelding. Bij kinderen laten deze beelden prikkels achter van heel nare dingen. Om die reden is klager van mening dat de uiting niet uitgezonden mag worden wanneer kinderen televisie kijken.

Het oordeel van de Commissie

De Commissie leest de klacht aldus dat klager de uiting in strijd met de goede smaak en het fatsoen acht voor zover de uiting wordt uitgezonden op tijden wanneer kinderen televisie kijken.
Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met de goede smaak en/of het fatsoen, stelt de Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter van deze criteria.
Met betrekking tot de onderhavige uiting, acht de Commissie de grenzen van wat toelaatbaar moet worden geacht, overschreden, voor zover de uiting wordt uitgezonden wanneer ook kinderen naar de televisie kijken. De Commissie overweegt hiertoe dat in de uiting snel opeenvolgende beelden worden getoond die zij schokkend acht voor kinderen. Onder ‘kinderen’ verstaat de Commissie personen van 12 jaar en jonger. Omdat deze leeftijdsgroep vóór 21.00 uur nog televisie kijkt, dient de uiting niet vóór die tijd te worden uitgezonden.

De Commissie acht de uiting aldus in strijd met de goede smaak en/of het fatsoen, voor zover deze wordt uitgezonden vóór 21.00 uur en zal (overeenkomstig haar bevoegdheid neergelegd in artikel 17 lid 1 sub g van het Reglement betreffende de Reclame Code Commissie en het College van Beroep) voorwaarden stellen aan het tijdstip van uitzending van de reclame.

De beslissing

Op grond van het vorenstaande acht de Commissie de uiting in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code voor zover deze vóór 21.00 uur wordt uitgezonden. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken en stelt aan uitzending van de reclame de voorwaarde dat deze niet vóór 21.00 uur plaatsvindt.

artikel 2 NRC