Omschrijving: Het betreft de televisiereclame van Versatel Nederland B.V., h.o.d.n. Tele2, waarin reclame wordt gemaakt voor een Tele2-abonnement voor mobiele telefonie. De uiting toont beelden van een vrijend paar waarvan de jongen zijn mobieltje aan de ene kant van het bed heeft gelegd en het meisje haar mobieltje aan de andere kant van het bed heeft gelegd. Al snel worden achtereenvolgens de geliefden gebeld en lijken zij even in de verleiding te zijn om hun mobieltje op te nemen. In beeld verschijnen achtereenvolgens onder meer de volgende teksten: “Verslaafd?”, “heel begrijpelijk…, …met onze lage prijzen”.
|
De klacht
De uiting toont een gepassioneerd vrijend stel dat aan iets ‘verslaafd’ is. Klager acht de uiting in strijd met de artikelen 2 (smaak en fatsoen), 3 (goede zeden), 10 en 13 van de Nederlandse Reclame Code (NRC) alsmede met het in het verlengde daarvan liggende artikel 1 van de Kinder- en jeugdreclamecode (KJC), voor zover deze wordt uitgezonden vóór 21.00 uur, tot welk uur de kans erg groot is dat kinderen nog naar de televisie kijken. |
|
|
Het verweer
Op humoristische manier wordt in beeld gebracht dat de consument meer en meer wil bellen (“mobiele verslaving”) en dat de hoge telefoonrekening, die hiervan het gevolg is, kan worden voorkomen door een abonnement op Tele2 te nemen. Met het woord ‘verslaving’ wordt uitsluitend gerefereerd aan het fenomeen ‘mobiele verslaving’. |
|
|
|
Het oordeel van de Commissie
Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met de door klager genoemde criteria, neergelegd in de artikelen 2 en 3 van de NRC, stelt de Commissie zich terughoudend op gezien het subjectieve karakter daarvan. Met inachtneming daarvan is de Commissie van oordeel dat met het vertonen van deze uiting de grens van het toelaatbare niet wordt overschreden, ook niet voor zover de uiting wordt uitgezonden op uren dat er ook kinderen naar de televisie kijken. Dat niet iedereen er begrip voor kan hebben dat de uiting ook wordt uitgezonden op uren dat ook kinderen naar de televisie kijken, leidt niet tot een ander oordeel. Waar het woord ‘verslaving’ in deze uiting onmiskenbaar verwijst naar de grote afhankelijkheid van veel mensen van hun mobiele telefoontje, doet het gebruik van dit woord de uiting evenmin in strijd zijn met de NRC. Voorts is de uiting niet in strijd met het bepaalde in artikel 10 NRC. Aangezien de uiting niet is gericht op kinderen, is deze evenmin in strijd met artikel 1 KJC. |
De beslissing
De Commissie wijst de klacht af. |
|
|
|
|
|
|