De bestreden reclame-uiting
Het betreft een televisiecommercial waarin een vrouw in een speeltuin telkens door kinderen om hulp wordt geroepen als ze even wil gaan zitten. Daarbij is onder meer een scène te zien van een jongetje dat tot aan zijn hoofd is ingegraven in zand.
De klacht
De scène van het ingegraven jongetje verwijst naar een wrede foltermethode zoals gebruikt door Japanners bij de Birmaspoorlijn, en zet kinderen mogelijk aan tot navolging.
Het oordeel van de voorzitter
In de onmiskenbaar humoristisch bedoelde televisiecommercial is kort het ingegraven jongetje te zien. Deze scène past bij de verhaallijn van de vrouw die vermoeid raakt doordat zij telkens kinderen moet helpen als zij even wil gaan zitten. Van een verwijzing naar een foltermethode is evident geen sprake. Verder zet de televisiecommercial niet aan tot navolging. Het enkele kort tonen van de onderhavige scène is daarvoor onvoldoende. Daarbij geldt dat de televisiecommercial strekt tot aanprijzing van stoelen van adverteerder en niet oproept tot bepaald gedrag.
De beslissing van de voorzitter
Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.