De bestreden reclame-uiting

Het betreft een uiting van iELM op Facebook, waarin boven de foto van twee buiten spelende kinderen staat:

“De natuur is de beste speeltuin. Kies de iELM Waterdichte Jumpsuit met capuchon en laat de kinderen buiten spelen, ongeacht het weer.” De tekst wordt gevolgd door symbooltjes van een regenwolk en een paraplu.

De klacht

In de reclame wordt gezegd dat het overalletje waterdicht is. Klaagster heeft ervaren dat dat niet klopt, nu haar dochtertje in een regenbui toch helemaal nat bleek te zijn geworden. Navraag bij iELM heeft geleerd dat de stof van de overall waterafstotend is, maar dat de ritsen niet waterdicht zijn. Klaagster vindt daarom de bewering dat de overall waterdicht is niet juist.

Het verweer

Mede aan de hand van overgelegde stukken betoogt iELM, verkort en zakelijk weergegeven, dat de overall voldoet aan de kwaliteitscertificaten die zij van de grondstoffenproducenten heeft ontvangen. De overall heeft een niveau van wind- en waterdichtheid van 100%. Wel moet men erop bedacht zijn dat de manchetten en de rits mogelijk niet waterdicht zijn.

Het oordeel van de Commissie

In de bestreden uiting wordt de kinderjumpsuit aangeprezen als “waterdicht”. Als erkend is komen vast te staan dat de rits en de manchetten mogelijk niet waterdicht zijn. In de uiting wordt niet duidelijk gemaakt dat de geadverteerde waterdichtheid geldt voor de stof waarvan de jumpsuit gemaakt is, maar niet voor de manchetten en de rits. Integendeel, de indruk dat de jumpsuit in zijn geheel waterdicht is wordt versterkt door de tekst “laat de kinderen buiten spelen, ongeacht het weer” en door de symbooltjes van een regenwolk en een paraplu.

Het vorenstaande leidt tot het oordeel dat de uiting gepaard gaat met onjuiste informatie over de aangeprezen jumpsuit als bedoeld in de aanhef van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Omdat de gemiddelde consument hierdoor ertoe kan worden gebracht een besluit over een transactie – de aankoop van de jumpsuit – te nemen dat hij anders niet had genomen, is de uiting misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

Daarom wordt als volgt beslist.

De beslissing

De Commissie acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.