De bestreden reclame-uiting
Het betreft een radiocommercial waarin wordt gestimuleerd om condooms te gebruiken.
Door verschillende jongeren wordt besproken op wat voor manier en wanneer je over condooms moet beginnen.
De klacht
Klagers dochter van zeven luisterde naar de radio toen de bewuste reclame werd uitgezonden. Klager vindt de toon van de reclame ‘asociaal’ en er wordt gesuggereerd dat vrije seks geen probleem is zolang er maar condooms worden gebruikt.
Het verweer
Adverteerder heeft verweer gevoerd. Op het verweer zal hierna, voor zoveel nodig, worden ingegaan.
Het oordeel van de voorzitter
De voorzitter is van oordeel dat de Commissie de klacht zal afwijzen. Hij overweegt daartoe het volgende.
De voorzitter begrijpt de bezwaren van klager aldus, dat hij de reclame in strijd acht met de goede smaak en/of het fatsoen zoals bedoeld in artikel 2, dan wel met de goede zeden zoals bedoeld in artikel 3 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Gelet op het subjectieve karakter van deze criteria, stelt de voorzitter zich, bij de beoordeling of een uiting daarmee in strijd is, terughoudend op.
Met inachtneming van het voorgaande en mede gezien hetgeen maatschappelijk aanvaardbaar wordt geacht, is de voorzitter van oordeel dat de grenzen van het toelaatbare in dit geval niet zijn overschreden, ook niet voor zover de radiocommercial is uitgezonden op tijdstippen dat kinderen naar de radio luisteren.
Gelet op het voorgaande beslist de voorzitter als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.