De bestreden reclame-uiting

Het betreft een televisiecommercial van adverteerder in het kader van “King Size Deals” waarbij naast een strop een als beul verklede vinger is te zien die (volgens de ondertiteling) zegt: “Ik moet hangen!”.

De klacht

Klaagster vindt de uiting te ver gaan, niet grappig en ook niet geschikt voor kinderen.

Het oordeel van de voorzitter

1)  Bij de beantwoording van de vraag of de bestreden reclame-uiting in strijd is met de goede smaak of het fatsoen, zoals kennelijk met de klacht is bedoeld, stelt de voorzitter van de Re­clame Code Commissie zich terughoudend op. Dit is het gevolg van de vrijheid van meningsuiting van adverteerder en het feit dat het om een norm gaat waarvan de invulling afhankelijk is van persoonlijke waarderingen en opvattingen. Op grond hiervan en de rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, beoordeelt de voorzitter of er een dringende maatschappelijke behoefte bestaat dat de onderhavige uiting niet langer wordt gepubliceerd. Bij deze beoordeling let de voorzitter op alle omstandigheden van het geval, zoals de inhoud en de vorm van de uiting en de wijze van openbaarmaking daarvan. Aan de hand van deze maatstaf oordeelt de voorzitter als volgt.

2)  In de televisiecommercial is sprake van een humoristisch bedoelde woordspeling doordat een als beul verklede vinger zegt dat hij moet gaan hangen. Dit gegeven en de wijze waarop dat verder in de commercial is uitgewerkt, leidt niet tot het oordeel dat de uiting ontoelaatbaar is. Dat sommigen morele bezwaren tegen de televisiecommercial zullen hebben en dat men bedenkingen kan hebben over de soort humor, is onvoldoende om de uiting vanuit maatschappelijk oogpunt ontoelaatbaar te achten, ook voor zover deze door kinderen wordt gezien. Deze bezwaren rechtvaardigen verder niet dat in dit geval inbreuk wordt gemaakt op de vrijheid van meningsuiting van adverteerder. De voorzitter beslist als volgt.

De beslissing van de voorzitter

Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.