De bestreden reclame-uiting
Het betreft een abri-affiche voor de theaterproductie “Hoer”, geplaatst aan de Van Boshuizenstraat te Amsterdam.
Het affiche toont een foto van de voorzijde van het onderlichaam van een man tot boven de knie, gekleed in een witte damesonderbroek met kanten rand. De handen van de man rusten op zijn heupen/bovenbenen. Op de onderbroek en bovenbenen is sperma, althans een daarop gelijkende substantie te zien.
Onder de foto staat in grote letters: “Hoer”.
De klacht
De klacht kan als volgt worden samengevat.
De uiting toont een zeer aanstootgevende, onsmakelijke afbeelding voor volwassenen. Deze is in een nette en kinderrijke buurt geplaatst. Klaagsters dochter is 6 jaar en kan net een beetje lezen. Klaagster vindt de uiting zeer walgelijk, onfatsoenlijk en veel te seksueel getint en zij vindt het kwalijk om van jonge kinderen vragen over de affiche te moeten krijgen.
Het verweer
De ontwerper van het affiche (hierna ook: Evenhuis) heeft -samengevat- het volgende meegedeeld.
Hij is zich ervan bewust dat het affiche balanceert op de grens van goede smaak. Dat is ook de bedoeling.
Waar klaagster er problemen mee heeft dat het affiche in een openbare ruimte hangt, waar kinderen het zouden kunnen zien, heeft Evenhuis een aantal ouders en kinderen gevraagd om te reageren op de uiting. Deze reacties worden overgelegd.
De ervaring van Evenhuis is dat het beeld op kleine kinderen weinig indruk maakte en dat oudere kinderen het beeld voornamelijk vies vonden, en zich ervan distantieerden. Datgene waar kinderen nog niet aan toe zijn, zien ze niet.
Evenhuis vermoedt dat klaagster zelf problemen heeft met het affiche en dit via haar kind aankaart.
Het oordeel van de Commissie
De Commissie vat de klacht op in die zin dat klaagster de uiting in strijd acht met de goede smaak en het fatsoen, gelet op de daarin opgenomen -volgens klaagster- “onsmakelijke” afbeelding in combinatie met het woord “Hoer” en de plaatsing van de uiting op straat, waar deze ook door kinderen kan worden gezien.
Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met de goede smaak en/of het fatsoen stelt de Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter van die criteria. Het betreft criteria bij de interpretatie waarvan persoonlijke opvattingen een belangrijke rol spelen. Daarom wordt in een dergelijk geval volstaan met de beoordeling van de vraag of de uiting naar huidige algemene maatschappelijke opvattingen de grenzen van het toelaatbare overschrijdt.
Wat betreft het bestreden affiche is dit laatste het geval. De Commissie acht de in het affiche opgenomen foto van dien aard dat het affiche, gegeven het feit dat dit is geplaatst op de openbare weg, waar voorbijgangers waaronder kinderen daarmee onverhoeds kunnen worden geconfronteerd, in strijd is met de goede smaak als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Daartoe wordt overwogen dat de foto in combinatie met de tekst “hoer” een expliciet seksueel karkater heeft en een verwarrende, onsmakelijke indruk achterlaat vanwege het mannenlichaam in damesonderbroek en de (suggestie van) spermasporen.
Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.
De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 2 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.