De bestreden reclame-uiting
Het betreft de hierna te omschrijven poster voor de “Halloween Parade Zoetermeer” op 31 oktober 2014.
De klacht
Klaagster stelt, kort samengevat, dat de poster veel te eng is voor jonge kinderen. Zij zag de poster bij de roltrap van een winkelpassage en herhaaldelijk op billboards als ze met de auto rijdt. Bij de roltrap kon haar vriend zijn handen voor de ogen van haar dochter houden. Haar dochter kan de uitingen wel zien vanuit haar autostoeltje omdat deze in haar gezichtsveld hangen.
Het verweer
Adverteerder meent dat de uiting niet in strijd is met de Nederlandse Reclame Code. Halloween is een spannend feest en daarbij behoort een passende uiting die wellicht door sommigen als eng zal worden ervaren. Naast de bestreden uiting heeft adverteerder ook een flyer ontworpen voor kinderen onder de 12 jaar. Adverteerder legt hiervan een bijlage over. Adverteerder heeft besloten deze ook op A0 formaat af te drukken en in de parkeergarages van het Stadshart op te hangen. Het is niet de bedoeling van adverteerder om angst aan te jagen. Adverteerder zal volgend jaar nog kritischer naar haar uiting voor Halloween kijken.
Het oordeel van de Commissie
1. De Commissie vat de klacht aldus op dat klaagster de poster vanwege de afbeelding van een als clown uitgedoste personage met puntige tanden en ogen die rood lijken op te lichten, in strijd met de goede smaak en/of fatsoen acht als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Bij de beantwoording van de vraag of een reclame-uiting in strijd is met een van deze criteria stelt de Commissie zich terughoudend op, gelet op het subjectieve karakter daarvan. De Commissie beoordeelt of de uiting naar de huidige algemene maatschappelijke opvattingen de grenzen van het toelaatbare overschrijdt.
2. Bij haar beoordeling stelt de Commissie voorop dat de poster bedoeld is om de aandacht te vestigen op de viering van Halloween in de gemeente Zoetermeer. Halloween is het feest van de (boze) geesten en deelnemers plegen verkleed en gemaskerd te zijn als boze geest om anderen schrik aan te jagen. De poster is bedoeld om op te roepen tot deelname aan dat feest zoals dat in Zoetermeer kennelijk wordt gevierd. Hoewel de Commissie er begrip voor heeft dat de afbeelding op de poster door (jonge) kinderen als angstaanjagend kan worden ervaren, is de Commissie van oordeel dat de bestreden poster aansluit bij de aard van Halloween. De poster bevindt zich niet op een plek waar jonge kinderen zeer frequent en langdurig met de poster zullen worden geconfronteerd. Niet is gebleken dat de bestreden uiting in de nabijheid van een lagere school of op andere voor kinderen bestemde plaatsen is te zien. In dit licht is de Commissie dan ook van oordeel dat de poster de grenzen van het toelaatbare niet te buiten gaat.
3. Het voorgaande neemt overigens niet weg dat de Commissie er begrip voor heeft dat niet iedereen de onderhavige uiting zal waarderen. Dit leidt evenwel – gezien het voorgaande – niet tot een andere beslissing.
De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.