a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Voeding en drank

Dossiernr:

2024/00219

Datum:

09-08-2024

Uitspraak:

Vrijblijvend advies (gedeeltelijk)

Product/dienst:

Voeding en drank

Motivatie:

Subjectieve normen

Medium:

Digitale Marketing Communicatie

De bestreden uiting

Het betreft het lespakket “Een betere wereld begint op je bord”, te vinden op https://www.greenpeace.orgl/lesmaterialen/vlees-en-klimaat/#downloads. Het pakket bevat 43 pagina’s ofwel dia’s waarop onder meer een aantal filmpjes is te zien.  

 

Samenvatting van de klacht 

Na toetsing door klager (samen met Stichting AgriFacts) van het lespakket aan de Nederlandse Reclame Code (NRC) concludeert klager dat dit lespakket reclame is als bedoeld in artikel 1 NRC.  Blijkens deze bepaling zijn openbare/systematische uitingen van denkbeelden, waarbij sprake is van uitlokking of beïnvloeding, reclame. Het lespakket (hierna ook: de uiting) dient exact datzelfde doel.
 
Het lespakket is in strijd met de artikelen 2, 6, 8 en 11 NRC en met de artikelen 3 en 4 van de Code voor Duurzaamheidsreclame (CDR). Klager voert hiertoe, onder verwijzing naar een bijlage bij de klachtbrief waarin diverse bronnen zijn genoemd, het volgende aan.
 
Artikel 2 NRC (waarheid) en artikel 8 NRC (misleiding)
Stellingen als “Koeien zorgen voor meer opwarming dan auto’s” en “Voor 1 biefstuk wordt 2500 liter water verbruikt” kennen geen wetenschappelijke consensus.  
 
Dia 12 betreft een YouTube filmpje over methaanproductie door koeien. Dit filmpje geeft een onjuist beeld over de bijdrage van vleesconsumptie aan de opwarming van de aarde. Volgens het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) is het aantal koeien sinds 1940 namelijk vrijwel hetzelfde gebleven, terwijl het aantal auto’s exponentieel is gestegen. Verder breekt methaan in 12 jaar af, terwijl CO2 veel langer in de atmosfeer blijft en het klimaat verandert.
 
Dia 19 gaat over voerconversie. Er worden verschillende hoeveelheden veevoer genoemd voor respectievelijk rund- en varkensvlees en kip. In de conclusie wordt echter alleen het meest extreme geval genoemd: “Dus als je vlees eet, eet je misschien wel 8 keer zoveel in plantgewassen”. Verder wordt niets gezegd over de hoeveelheid producten in het voer die de mens niet lust of kan eten (reststromen), noch over het feit dat het rantsoen van koeien voor een groot deel uit ruwvoeders (als gras en snijmais) bestaat.
 
In dia 22 wordt gesteld: “In 1 biefstuk zit 2500 liter water verstopt”.
Dit is misleidend. De gemiddelde basisschoolleerling zal deze mededeling associëren met drinkwater. In Nederland wordt per kilo rundvlees ongeveer 7500 liter water gebruikt, waarvan 90% regenwater. Ongeveer 5 tot 10% is leidingwater. In Nederland wordt zo’n 375 liter (drink)water gebruikt per kg rundvlees.
 
In dia 37 staat onder het kopje “waar of niet waar?”:
“Vlees en zuivel zijn nodig om gezond te blijven.
 Niet waar!”.
Dit is misleidend. Essentiële voedingstoffen als vitamine B12 komen alleen in vlees en zuivel voor. Daarom adviseert het Voedingscentrum ook vlees binnen de Schijf van Vijf. De huidige wetenschappelijke consensus is dat vlees eten bijdraagt aan menselijke gezondheid.
 
Artikel 6 NRC (angst)
In dia 3 wordt gesteld: “De industriële vleesproductie maakt mensen (…) ziek” en in dia 19 “Vlees = Honger”. Zulke doembeelden wakkeren angstgevoelens aan, zeker nu de uiting gericht is op kinderen in het primaire onderwijs (4-12 jaar).  
De stelling “De industriële vleesproductie maakt mensen (…) ziek” mist wetenschappelijke onderbouwing.
De uitspraak “Vlees = Honger” is onjuist. De laatste decennia is de wereldgraanproductie gelijk aan de consumptie. Verder wordt de honger in de wereld vooral veroorzaakt door oorlogen, droogte en distributieproblemen.
 
Artikel 11 NRC (herkenbaarheid)
Gelet op de doelgroep van de uiting acht klager deze klachtgrond extra belangrijk.
Greenpeace verpakt reclame slinks in de vorm van een lespakket voor kinderen. Ook maakt Greenpeace misbruik van de autoriteit van leerkrachten.
 
CDR
Vele claims in het lespakket, zoals de absolute duurzaamheidsclaim “Vlees eten maakt mensen ziek”, zijn niet aantoonbaar juist als bedoeld in artikel 4 CDR.
 
Klager concludeert dat de uiting moet worden aangemerkt als kinderreclame en eist dat deze reclame onmiddellijk van de website van Greenpeace wordt verwijderd. Verder eist klager dat Greenpeace de beslissing van de Commissie ook toepast op al haar overige lesmaterialen die actief worden aangeboden aan leerkrachten.
 

Samenvatting van het verweer

Greenpeace biedt het lespakket aan ten behoeve van het primaire onderwijs. Het pakket is bedoeld om leerlingen bewust te maken van de negatieve impact van vlees en zuivel op onze gezondheid, het klimaat en de biodiversiteit. Verder geeft het pakket voor leerlingen die iets willen doen aan deze schadelijke impact, concrete oplossingsrichtingen zoals verminderen van vlees en zuivel in ons dieet.  

Primair stelt Greenpeace zich op het standpunt dat er geen sprake is van uitlokking of beïnvloeding als bedoeld in de toelichting bij artikel 1 NRC. Er worden objectieve feiten gepresenteerd, die alle wetenschappelijk onderbouwd zijn. Duidelijk is dat dit gebeurt door Greenpeace, de bij kinderen vermoedelijk best bekende “goede doelen organisatie” die opkomt voor een groene, vreedzame planeet. Het is dan ook vanaf het begin duidelijk dat naar het onderwerp “productie en consumptie van dierlijk eiwitten” zal worden gekeken vanuit een milieu-insteek.  

Van onderwijsmateriaal gaat per definitie enige beïnvloeding uit; de bedoeling is de doelgroep iets te leren. Greenpeace meent uit jurisprudentie van de Commissie te mogen afleiden dat er geen sprake is van reclame, zolang bij dat materiaal geen sprake is van een sterk eenzijdige presentatie (en daardoor promotie) van controversiële feiten of denkbeelden. Van dit laatste is in dit geval geen sprake, nu (wetenschappelijk onderbouwde) feiten van algemene bekendheid worden weergegeven en aan de doelgroep de ruimte wordt gelaten om op basis daarvan een keuze te maken. Uiteraard is het aan de docent om het materiaal op zijn of haar wijze te gebruiken.  

Nu er geen sprake is van reclame, verzoekt Greenpeace de Commissie om klager niet-ontvankelijk te verklaren in de klacht.  

Subsidiair stelt Greenpeace zich op het standpunt dat er geen sprake is van strijd met de NRC, de CDR of de Kinder- en Jeugdreclamecode (KJC). Greenpeace voert hiertoe, onder verwijzing naar diverse bronnen, eerst in het algemeen en daarna concreet over de verschillende bestreden mededelingen het volgende aan.

 

A.

Algemeen

1. Kinderreclame; autoriteit van de leerkracht

Voor zover de klacht moet worden opgevat in die zin dat klager zich mede beroept op artikel 2 lid 1 sub c van de KJC, is Greenpeace van mening dat in het lespakket niet wordt geprofiteerd van het speciale vertrouwen dat kinderen hebben in leerkrachten. Ook met het enkele feit dat het onderwijsmateriaal betreft, kan niet worden aangehaakt bij dit artikel.

2. Angst

Van het aanwakkeren van angst is geen sprake. De in de klacht genoemde voorbeelden betreffen een neutrale presentatie van feiten zonder toegevoegde dreiging. Voor een verdere onderbouwing verwijst Greenpeace naar haar reactie hierna met betrekking tot de verschillende bestreden mededelingen.

3. Herkenbaarheid

Greenpeace stelt voorop dat het lespakket niet als reclame is bedoeld. Daarom is niet op elke dia met grote letters vermeld “reclame” of “advertentie”.

Van een slinks verpakken van reclame om regels te omzeilen is ook geen sprake. Volstrekt duidelijk is dat het lespakket afkomstig is van Greenpeace. Indien het pakket reclame is, dan is de  herkenbaarheid daarvan gelegen in het feit dat duidelijk is dat het pakket wordt aangeboden door Greenpeace. Het logo van Greenpeace staat duidelijk op de titeldia en op iedere pagina van de docentenhandleiding en het dia-overzicht voor de docent.

Verder wordt het lesmateriaal door Greenpeace niet willekeurig naar scholen gestuurd. Een docent die het wil gebruiken, moet het lesmateriaal actief downloaden van de website van Greenpeace en het is ondenkbaar dat deze bij het gebruik daarvan niet zal wijzen op het feit dat het materiaal afkomstig is van Greenpeace.

4. CDR

Het lespakket bevat geen absolute claims zoals bedoeld in de CDR. Waar duurzaamheidsclaims worden gebruikt, worden deze zoveel mogelijk uitgelegd in het materiaal (in de dia zelf of in het bijbehorende docentenmateriaal). In elk geval kunnen de claims voldoende wetenschappelijk worden onderbouwd, zoals hierna zal worden aangetoond.

5. Waarheid/misleiding

Greenpeace verwijst naar haar reactie hieronder op de concrete klachtonderdelen.

 

B.

Concrete klachtonderdelen (waarbij hieronder de nummers en kopjes zoals gebruikt in het verweer zijn aangehouden).

 

1.

Vlees eten maakt mensen ziek

Dit klachtonderdeel gaat over dia 3, inhoudende een video van Greenpeace uit 2018 getiteld: “Mission Impossible: Minder vlees eten”. Daarin wordt onder meer gesteld:     

“De industriële vleesproductie maakt mensen (…) ziek”.

Verder betreft dit klachtonderdeel dia 37, waarin staat:
“Vlees en zuivel zijn nodig om gezond te blijven.
 Niet waar!”.

Volgens (de website van) het Voedingscentrum past “mager onbewerkt vlees” in een gezond voedingspatroon. De karakterisering “mager” en “onbewerkt” is hierbij essentieel. Op de website wijst het Voedingscentrum op gezondheidsrisico’s verbonden aan vette vleessoorten, rood vlees en bewerkt vlees en wordt onder meer gesteld: “Ook zonder vlees eet je volgens de Schijf van Vijf”.   

Greenpeace wijst op het “Scientific background on the Greenpeace vision of the meat and dairy system towards 2025’ (2018), waarin zij, met wetenschappelijke bronnen onderbouwd, ingaat op gezondheidsnadelen door consumptie en productie van vlees en zuivel. Consumptie van rood vlees, verwerkt vlees en zuivel blijkt geassocieerd met een verhoogde kans op hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en/of kanker, aldus Greenpeace. Verder zijn er gezondheidsrisico’s door de productie, waarbij moet worden gedacht aan fijnstof en nitraat.

Greenpeace concludeert dat er voldoende basis is voor het standpunt dat vlees mensen ziek maakt. Zij zegt niet dat vlees álle mensen ziek maakt.  

 

2.

Koeien zorgen voor meer opwarming dan auto’s

Dia 12 toont een filmpje van schooltv.nl uit 2016, met het onderschrift:

“Wist je dat koeienscheten (methaangas) nog schadelijker zijn dan CO2?”

Onder verwijzing naar informatie van de Wageningen University & Research (WUR) licht Greenpeace toe hoe schadelijk methaan is. De conclusie luidt dat, voor wat betreft het broeikaseffect, het verminderen van methaan effectiever is dan het verminderen van CO2.

Blijkens cijfers uit diverse (in het verweer genoemde) bronnen bedroeg de broeikasgasuitstoot per melkrund in 2021 bijna 2x zoveel als de uitstoot per auto. De broeikasgasuitstoot van de gehele melkveesector was in 2021 30% meer dan die van het autoverkeer, aldus Greenpeace.

Volgens het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) wordt methaan inderdaad in ongeveer 12 jaar afgebroken in de atmosfeer. Daarmee is echter niet gezegd dat methaan niet toch aanzienlijk schadelijker is dan CO2. Het IPCC kijkt ook naar het “aardopwarmingsvermogen” van broeikasgassen over verschillende perioden en dan blijkt methaan, als veel sterker broeikasgas, over 20 jaar 81,2 keer respectievelijk over 100 jaar 27,9 keer meer bij te dragen aan opwarming dan CO2.

In een rapport van 2019 wijst IPCC op de noodzaak van een dieet met minder dierlijke producten, waaronder vlees en zuivel. Wereldwijd en in Nederland zijn er tal van andere wetenschappelijke onderzoeken die de potentie van tegengaan van klimaatverandering door dieetverandering onderschrijven. Zij geeft 5 voorbeelden van deze onderzoeken. Eiwittransitie (meer plantaardige en minder dierlijke vetten) is een noodzakelijk onderdeel om onze klimaatambities te halen, aldus Greenpeace.

Greenpeace concludeert dat methaan naar verhouding een veel grotere impact heeft op klimaatverandering dan CO2 en dat “koeien nog schadelijker zijn dan auto’s”. Ook blijkt, aldus Greenpeace, dat de reductie van methaan – en dus van vlees- en zuivelconsumptie – aanzienlijk effectiever is dan het verminderen van CO2, waaronder de uitstoot door auto’s.

3.

8 kilo veevoer op 1 kilo rundvlees

Dia 19 is bedoeld om inzicht te geven in de hoeveelheid veevoer die nodig is om 1 kilo vlees te produceren. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen de verschillende hoeveelheden veevoer voor 1 kilo kip, varkensvlees respectievelijk rundvlees. Het feit dat niet wordt ingegaan op exacte ingrediënten, betekent niet dat er sprake is van onjuiste informatie of misleiding.

In de dia wordt geconcludeerd: “Als je vlees eet, eet je misschien wel 8 keer zoveel in plantgewassen”. Door het woord “misschien” is duidelijk dat dit niet altijd zo is, maar afhankelijk is van de vleessoort die gegeten wordt.  

 

4.

Vlees = honger

In dia 19 staat ook: “Vlees = honger … De dieren eten 50% van alle oogst op de wereld. Er is dus minder eten voor mensen”.

Volgens de in de klacht genoemde FAO-bron is de graanproductie de afgelopen 10 jaar weliswaar gelijk aan de consumptie, maar niet wordt ingegaan op de onderliggende oorzaken van honger.

Dat de productie en consumptie gelijk zijn, betekent slechts dat al het graan gebruikt wordt, en niet dat de productie en de verdeling daarvan/toegang ertoe voldoende is om overal aan de (menselijke) vraag te voldoen.

Volgens de FAO zijn er momenteel 691 tot 783 miljoen mensen die honger lijden. Tegelijkertijd hebben meer dan 1 miljard mensen obesitas. Eén van de oorzaken is dat de overdadige consumptie van dierlijke producten zorgt voor een onevenredig groot landsbeslag voor de productie van veevoer, die concurreert met de productie van gewassen voor directe humane consumptie.

Greenpeace geeft een uiteenzetting van onderzoeken over manieren waarop de industriële veehouderij bijdraagt aan ondermijning van voedselzekerheid en daarmee aan honger.

Uit deze onderzoeken volgt een directe relatie tussen overmatige consumptie van dierlijke producten als vlees en zuivel en voedselzekerheid en honger, aldus Greenpeace.

5.

2500 liter water voor 1 biefstuk

Dia 22 benoemt direct watergebruik (zoals douchen en drinken) en indirect watergebruik (“Dit is water dat ‘verstopt’ zit in bijvoorbeeld je eten”). De uiting “In 1 biefstuk zit 2500 liter water verstopt!” staat op dezelfde dia naast de uitleg van het verschil tussen direct (drink-)watergebruik en indirect (regen-)watergebruik. Daaruit wordt voldoende duidelijk dat niet al het waterverbruik drinkwater betreft.  

De door klager aangehaalde bron spreekt van een “water footprint” van vleesrunderen van “15400 m3/ton as a global average”. Voor de productie van 1 kilo rundvlees wordt gemiddeld 15.400 liter verbruikt. Uitgaande van 6 biefstukken per kilo en 15.000 liter is per biefstuk dus gemiddeld 2.500 liter water nodig. Waarschijnlijk is voor biefstuk, als luxeproduct, nog meer water nodig, dit in verband met de zogeheten levenscyclusanalyse (LCA).   

Greenpeace concludeert dat er geen sprake is van onjuiste of misleidende informatie. 

 

De mondelinge behandeling

Partijen hebben hun standpunten nader toegelicht, elk aan de hand van een (overgelegde) pleitnota. Voor zover nodig wordt op hetgeen ter zitting aan de orde is gekomen, ingegaan in het oordeel van de Commissie.  

 

Het oordeel van de Commissie   

1.

Gelet op het verweer dient allereerst de vraag te worden beantwoord of het bestreden lespakket moet worden aangemerkt als reclame in de zin van artikel 1 NRC. De Commissie beantwoordt die vraag bevestigend en overweegt daartoe het volgende.

Op pagina 1 van het lespakket, dat te vinden is op de website https://www.greenpeace.orgl, staat: “een betere wereld begint op je bord” met onderaan de pagina -wit gedrukt- de naam Greenpeace in de vorm van het logo daarvan. Uit de inhoud van de overige pagina’s van het pakket valt vervolgens op te maken dat met “een betere wereld begint op je bord” wordt bedoeld: “een betere wereld” door minder of geen vlees en/of zuivel te consumeren, hetgeen wordt onderbouwd aan de hand van diverse stellingen. Aldus wordt in het openbaar uiting gegeven aan een denkbeeld van Greenpeace en is er sprake van een openbare aanprijzing van een denkbeeld door een adverteerder, zoals bedoeld in artikel 1 NRC.

Nu de klacht betrekking heeft op reclame, is er geen aanleiding om klager niet-ontvankelijk te verklaren in deze klacht. Over de verschillende klachtonderdelen overweegt de Commissie het volgende.

2.

De Commissie stelt voorop dat klager zich ter zitting, in aanvulling op de in de klacht genoemde artikelen van de NRC en CDR, ook uitdrukkelijk heeft beroepen op de KJC, meer in het bijzonder op (het ook in het verweer genoemde) artikel 2 lid 1 sub c daarvan.
 
De Commissie deelt het standpunt van klager dat de KJC in dit geval van toepassing is. Het lespakket (dat volgens het verweer wordt aangeboden ten behoeve van het primaire onderwijs) valt namelijk aan te merken als reclame gericht op kinderen ofwel personen van 12 jaar en jonger.
 
3.

In de zogeheten ‘preambule’ van de KJC staat onder meer:
“Bij het maken van reclame gericht op kinderen en minderjarigen/jeugdigen is de herkenbaarheid van de reclame belangrijk”.
In de KJC onder III Algemeen is bepaald:
“Reclame dient duidelijk als zodanig herkenbaar te zijn door opmaak, presentatie, inhoud of anderszins, mede gelet op het publiek waarvoor zij is bestemd (zie artikel 11 NRC)”.  
Deze bepaling is identiek aan artikel 11 lid 1 NRC.  

Gezien het publiek waarop het onderhavige lespakket is gericht, is niet voldoende duidelijk dat dit pakket reclame betreft. De enkele vermelding “een betere wereld begint op je bord” op pagina 1 met onderaan de pagina de (wit gedrukte) naam Greenpeace in de vorm van het logo daarvan geeft voor kinderen onvoldoende duidelijkheid dat het reclame betreft. Ook de overige inhoud, dan wel de opmaak, presentatie of andere elementen geven wat dat betreft onvoldoende duidelijkheid.  

Bij kinderen kan niet zonder meer bekend worden verondersteld dat Greenpeace -zoals in het verweer gesteld- een goede doelen organisatie is die opkomt voor een groene, vreedzame planeet. Evenmin kan zonder meer worden aangenomen dat het -zoals eveneens door Greenpeace gesteld- vanaf het begin van het pakket (voor kinderen) duidelijk is dat naar het onderwerp “productie en consumptie van dierlijk eiwitten” zal worden gekeken vanuit een milieu-insteek.

Het verweer dat het ondenkbaar is dat een docent die het lespakket gebruikt niet zal wijzen op het feit dat het materiaal afkomstig is van Greenpeace kan niet slagen; voor zover de docent zal wijzen op het feit dat het pakket afkomstig is van Greenpeace, betekent dat nog niet dat dit pakket -voor kinderen- duidelijk als reclame herkenbaar is.

Gelet op het bovenstaande acht de Commissie het lespakket niet duidelijk als reclame herkenbaar en daardoor in strijd met het bepaalde in de KJC onder III Algemeen en met artikel 11.1 NRC.

4.

Nu het lespakket reeds wat betreft herkenbaarheid als reclame in strijd is met de KJC, komt de Commissie niet meer toe aan het beantwoorden van de vraag of met dit lespakket al dan niet wordt geprofiteerd van het speciale vertrouwen dat kinderen hebben in leerkrachten, zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 aanhef en onder c KJC.  

5.

Over de verschillende bestreden (mededelingen op de) dia’s overweegt de Commissie, in de volgorde van die dia’s, het volgende.

6.

Dia 3 bevat een video van Greenpeace, getiteld: “Mission Impossible: Minder Vlees eten”.  

Daarin wordt door verschillende kinderen die als “wereldleiders” aan een vergadertafel zitten, op ernstige toon onder meer het volgende gezegd, in het Engels, met in de Nederlandse ondertiteling:

“De industriële vleesproductie maakt mensen en de planeet ziek. Ze vernietigt onze bossen”.

Klager maakt bezwaar tegen de mededeling “De industriële vleesproductie maakt mensen (…) ziek”. Ter onderbouwing van deze mededeling heeft Greenpeace onder verwijzing naar de website van het Voedingscentrum en een eigen rapport (2018) gewezen op gezondheidsrisico’s verbonden aan vette vleessoorten, rood vlees en bewerkt vlees respectievelijk op gezondheidsnadelen door consumptie en productie van vlees (meer in het bijzonder rood vlees en verwerkt vlees) en zuivel. In dit verband heeft Greenpeace gesproken over een verhoogde kans op hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en/of kanker en gezondheidsrisico’s door de productie zoals fijnstof en nitraat. Tegelijkertijd heeft Greenpeace echter meegedeeld dat volgens (de website van) het Voedingscentrum “mager onbewerkt vlees” in een gezond voedingspatroon past.

Gegeven bovenstaande onderbouwing en de doelgroep waarop het lespakket is gericht (primair onderwijs) acht de Commissie de mededeling “De industriële vleesproductie maakt mensen (…) ziek” te stellig. Door het gebruik van deze mededeling kan bij kinderen de indruk ontstaan dat men zonder meer ziek wordt van het eten van vlees of dat de kans op ziek worden groot is. Aldus wordt in het bestreden lespakket zonder te rechtvaardigen redenen geappelleerd aan gevoelens van angst als bedoeld in artikel 6 NRC.  

7.

Dia 12 bevat een filmpje van schooltv.nl uit 2016, met daarbij de mededeling

“Wist je dat koeienscheten (methaangas) nog schadelijker zijn dan CO2. Bekijk het filmpje!”.

In het filmpje wordt aandacht besteed aan de uitstoot van methaan. Onder meer wordt gesteld:

“Methaan. Een van de slechtste gassen die er is voor het milieu. Iedereen heeft het over vieze uitlaatgassen van auto’s, maar wat koeien uitstoten -poepen, scheten en boertjes- dat is nog veel slechter voor ons milieu”. Vervolgens wordt met een temperatuurmeting in twee grote plastic ballen -één met lucht en één met methaangassen uit mest- weergegeven dat, zo luidt het filmpje, de aarde door methaan sneller opwarmt dan door CO2.

Tot slot wordt gezegd:

“Hoe meer vlees en melk we blijven eten en drinken, hoe meer koeien er zijn en hoe meer methaangas er in de lucht van de aarde komt. Dus wij maar denken dat de uitlaatgassen van auto’s de grote boosdoeners zijn, maar eigenlijk zijn het die lieve scheetjes van al die lieve koetjes in de wei”.     

Volgens klager geeft het filmpje een onjuist beeld over de bijdrage van vleesconsumptie aan de opwarming van de aarde, omdat volgens het CBS het aantal koeien sinds 1940 vrijwel hetzelfde is gebleven, terwijl het aantal auto’s exponentieel is gestegen, en omdat methaan in 12 jaar afbreekt, terwijl CO2 veel langer in de atmosfeer blijft en het klimaat verandert, aldus klager.

De Commissie acht dit onderdeel van de klacht ongegrond en overweegt daartoe het volgende.

In reactie op de klacht heeft Greenpeace onder verwijzing naar informatie van de WUR gesteld dat voor wat betreft het broeikaseffect, het verminderen van methaan effectiever is dan het verminderen van CO2. Verder heeft Greenpeace onder meer meegedeeld dat de broeikasgasuitstoot van de gehele melkveesector in 2021 30% meer bedroeg dan die van het autoverkeer en dat volgens het IPCC, kijkend naar het zogeheten “aardopwarmingsvermogen” van broeikasgassen over verschillende perioden, methaan -als veel sterker broeikasgas- over 20 jaar 81,2 keer respectievelijk over 100 jaar 27,9 keer meer blijkt bij te dragen aan opwarming van de aarde dan het          CO2-equivalent.  

Klager heeft deze stellingen van Greenpeace niet, althans niet voldoende weersproken. Wat dit betreft kan niet worden volstaan met de mededeling van klager ter zitting dat Greenpeace “goochelt met methaan (CH4-) en koolstof (CO2)-uitstootcijfers”, zonder rekening te houden met opnamecijfers, in die zin dat koeien gras eten dat CO2 opneemt. Over deze opname heeft Greenpeace ter zitting meegedeeld dat die “verwaarloosbaar” is, hetgeen klager niet, althans niet voldoende heeft weersproken.

8.

Op dia 19 staat onder meer:

“Vlees = Honger” met daaronder de afbeelding van een wereldbol met daarin “50%” en daaronder de tekst:

“De dieren eten 50% van alle oogst op de wereld. Er is dus minder eten voor mensen”.  

Klager maakt bezwaar tegen de mededeling “Vlees = Honger”.

Onder verwijzing naar verschillende onderzoeken heeft Greenpeace voldoende aannemelijk gemaakt dat de industriële veehouderij bijdraagt aan ondermijning van voedselzekerheid en daarmee aan honger, maar dat rechtvaardigt nog niet de absolute mededeling “Vlees = Honger”. Door deze mededeling kunnen kinderen denken dat de consumptie van vlees zonder meer met zich brengt dat (andere) mensen honger lijden, terwijl ook andere factoren aan honger bijdragen. Aldus wordt in het bestreden lespakket zonder te rechtvaardigen redenen geappelleerd aan gevoelens van angst als bedoeld in artikel 6 NRC. 

Op dia 19 staat verder:

“1 kilo rundvlees      =  8 kilo veevoer

 1 kilo varkensvlees =  4 kilo veevoer

 1 kilo kip                  = 1,6 kilo veevoer”

met daaronder: “Als je vlees eet, eet je misschien wel 8 keer zoveel in plantgewassen!”.

Klager maakt er bezwaar tegen dat wel onderscheid gemaakt wordt tussen verschillende vleessoorten, maar dat in de conclusie alleen “het meest extreme geval” wordt genoemd (8 op 1).   

Naar het oordeel van de Commissie betekent het feit dat in de door klager bedoelde conclusie (“Als je vlees eet, eet je misschien wel 8 keer zoveel in plantgewassen!”) specifiek wordt gesproken over “8 keer zoveel in plantgewassen” niet dat de uiting op dat punt in strijd is met de NRC. Voldoende duidelijk, ook voor kinderen, is dat “misschien wel 8 keer” verwijst naar het voorbeeld dat men rundvlees eet, en dat het eten van varkensvlees of kip tot andere cijfers leidt, namelijk 4 respectievelijk 1,6.

Dat in de uiting niet wordt ingegaan op de ingrediënten van het veevoer, meer in het bijzonder op het gegeven dat veevoer deels bestaat uit ingrediënten die de mens niet eet, betekent niet dat deze uiting in strijd met de NRC is. Voldoende duidelijk is dat dia 19 is bedoeld om inzicht te geven in de (verschillende) hoeveelheden veevoer die nodig zijn voor 1 kilo rundvlees, respectievelijk varkensvlees en kip.

9.

Dia 22.

Klager maakt bezwaar tegen de mededeling “In 1 biefstuk zit 2500 liter water verstopt”, omdat de gemiddelde basisschoolleerling deze mededeling zal associëren met drinkwater, aldus klager.
De Commissie acht dit bezwaar ongegrond en overweegt daartoe het volgende.
 
In dia 22 wordt de aandacht gevestigd op zogeheten “direct waterverbruik” voor onder meer koken, wassen en drinken en op “indirect waterverbruik” dat is gedefinieerd als: “Dit is water dat ‘verstopt’ zit in bijvoorbeeld je eten”. Hiernaast staat de mededeling: “In 1 biefstuk zit 2500 liter water verstopt” met daarboven, ter illustratie, de afbeelding van onder meer een koe en links daarvan een drinkbak en veevoergewassen met daarboven regendruppels.  
 
Door het geheel van deze uiting, waarin -mede aan de hand van een afbeelding- onderscheid wordt gemaakt tussen direct watergebruik (waaronder drinkwater) en indirect watergebruik, acht de Commissie het niet aannemelijk dat de gemiddelde basisschoolleerling “2500 liter water” uitsluitend zal associëren met drinkwater. Dit klachtonderdeel slaagt dus niet.
 

10.

In dia 37 staat de stelling:
“Vlees en zuivel zijn nodig om gezond te blijven.
Niet waar!”.
Klager maakt bezwaar tegen deze stelling en heeft hiertoe aangevoerd dat essentiële voedingstoffen als vitamine B12 alleen voorkomen in vlees en zuivel en dat het Voedingscentrum daarom ook binnen de Schijf van Vijf vlees adviseert. Verder heeft klager gesteld dat de huidige wetenschappelijke consensus is dat vlees eten bijdraagt aan menselijke gezondheid.
In reactie hierop heeft Greenpeace onder meer gewezen op de volgende informatie op de website van het Voedingscentrum:
“(….) Ook zonder vlees eet je volgens de Schijf van Vijf. Daarbij let je erop dat je genoeg eiwit, ijzer, vitamine B1 en vitamine B12 binnenkrijgt … Als je helemaal geen dierlijke producten neemt heb je met vitamine B12 verrijkte producten of vitamine B12-pillen nodig”.  
Nu klager de juistheid van deze informatie van het Voedingscentrum niet heeft weersproken, acht de Commissie dit onderdeel van de klacht ongegrond.

11.

Voor zover klager zich beroept op de CDR overweegt de Commissie het volgende. Blijkens de inleiding bij de CDR beoogt deze code te stimuleren dat op verantwoorde wijze “duurzaamheidsreclame” wordt gemaakt. Blijkens artikel 1 CDR is “Duurzaamheidsreclame”  reclame in de zin van artikel 1 NRC die een “duurzaamheidsclaim” bevat en is een “duurzaamheidsclaim” een milieuclaim of een ethische claim, zoals gedefinieerd in artikel 1 CDR.

In de klacht heeft klager de mededeling “Vlees eten maakt mensen ziek” als “absolute duurzaamheidsclaim” aangemerkt en ter zitting heeft klager desgevraagd geen andere concrete mededelingen genoemd die volgens haar een duurzaamheidsclaim zijn.

Gelet hierop en aangezien de mededeling “Vlees eten maakt mensen ziek” niet kan worden aangemerkt als een duurzaamheidsclaim als bedoeld in de CDR, kan klagers beroep op deze code niet slagen.   

12.

Aan het slot van de klacht heeft klager enkele eisen gesteld. Zoals de voorzitter van de Commissie bij aanvang van de zitting al heeft meegedeeld, is de Commissie niet bevoegd om deze eisen in te willigen.    

13.

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

 

De beslissing

Gelet op het oordeel onder 3 acht de Commissie de uiting in strijd met het bepaalde in de KJC onder III Algemeen en met artikel 11.1 NRC.

Gelet op het oordeel onder 6 en 8 acht de Commissie de uiting in strijd met artikel 6 NRC.

Zij adviseert Greenpeace om voortaan niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Voor het overige wijst zij de klacht af.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken