De bestreden reclame-uiting
Het betreft de verpakking van Koopmans Zelfrijzend Amandelbakmeel.
De klacht
Deze wordt als volgt samengevat. De benaming ‘zelfrijzend amandelbakmeel’ is misleidend omdat het product, anders dan de benaming en de afbeelding op de verpakking doet vermoeden, voor slechts 38% uit amandelmeel bestaat. De consument mag verwachten dat het product voor 100% uit amandelmeel bestaat. Het merendeel is rijstebloem en lupinemeel. Op de verpakking staat weliswaar “met 38% amandelmeel” maar deze nuancering is in tegenspraak met de benaming van het product en met wat de gemiddelde consument mag verwachten. Bovendien staat deze informatie op een plaats die niet in het oog springt. De consument heeft recht op eerlijke informatie die ondubbelzinnig is. Een eerlijkere benaming zou zijn: “zelfrijzend bakmeel met amandelen”.
Het verweer
Adverteerder betwist dat sprake is van misleiding. Volgens haar geeft de naam ‘zelfrijzend amandelbakmeel” duidelijk aan dat het om een samengesteld product gaat waaraan onder andere rijsmiddelen zijn toegevoegd. De naamgeving verwijst naar een zelfrijzend bakmeel, een bestaand product met gelijksoortige zelfrijzende werking. Het product bevat 38% amandelmeel hetgeen duidelijk blijkt uit de verpakking. Er zijn ook andere producten in de markt waarbij de naamgeving niet automatisch 100% van het betreffende ingrediënt behelst en de consument dat ook niet verwacht zoals kokoskoeken, aardbeienyoghurt en meergranenrijst.
Het oordeel van de voorzitter
1) Nu de klacht specifiek betrekking heeft op de verpakking en het etiket, zal de voorzitter de bestreden uiting toetsen aan Verordening (EU) Nr. 1169/2011. Daarbij vat de voorzitter de klacht zo op, dat deze is gebaseerd op artikel 7 lid 1 in verbinding met artikel 17 lid 1 van genoemde verordening. Klaagster stelt immers dat sprake is van misleiding met betrekking tot de samenstelling van het product door het gebruik van de naam ‘Zelfrijzend Amandelbakmeel’ voor een product dat voor 38% uit amandelmeel bestaat.
2) Het is de voorzitter niet gebleken dat er een wettelijke benaming is voor een product als het onderhavige. In een dergelijk geval is de benaming van het levensmiddel zijn gebruikelijke benaming. Als er geen gebruikelijke benaming bestaat of de gebruikelijke benaming niet wordt gebruikt, wordt een beschrijvende benaming van het levensmiddel gegeven. Adverteerder heeft ervoor gekozen het product ‘Zelfrijzend Amandelbakmeel’ te noemen, welke naam verwijst naar zelfrijzend bakmeel, een bestaand product met zelfrijzende werking. De aansluiting bij dat product komt de voorzitter niet onjuist of onlogisch voor. Ook het onderhavige product is immers bedoeld om daarmee “zoete baksels” te bakken, zoals op de verpakking staat, waarbij de suggestie wordt gedaan van appeltaart, cake en koekjes. Het element ’amandel’ in de benaming verwijst daarbij naar, zoals de voorzitter uit de etikettering afleidt, het meest voorkomende ingrediënt van het product, te weten amandelmeel.
3) Anders dan klaagster stelt, is de voorzitter van oordeel dat de verpakking of het etiket niet de indruk wekt dat het product uitsluitend uit amandelmeel bestaat. Dit wordt nergens beweerd en de naamsvermelding van het product en de afbeeldingen op de verpakking leiden niet tot een ander oordeel. Uit het element ‘zelfrijzend’ volgt bovendien dat het product rijst, hetgeen de toevoeging van rijsmiddelen veronderstelt, welke ook aan het product zijn toegevoegd. Hieruit blijkt, zoals adverteerder terecht stelt, dat het om een samengesteld product gaat hetgeen door de gemiddelde consument zal worden onderkend. Belangrijker is echter dat de verpakking geen enkel misverstand laat bestaan over het gehalte amandelmeel. Op de voorzijde van de verpakking staat immers een tamelijk groot en opvallend logo met de tekst: “met 38% amandelmeel”. Klaagster stelt ten onrechte dat dit logo niet opvalt. Ook in de ingrediëntenlijst die zal worden gelezen door de gemiddelde consument die geïnteresseerd is in de samenstelling van het product, staat dit percentage nogmaals.
4) Van een onjuiste benaming van het product en/of misleidende voedselinformatie is op grond van het voorgaande geen sprake. Duidelijk is dat het product ‘Zelfrijzend Amandelbakmeel’ niet volledig maar voor 38% uit amandelmeel bestaat. Nu de klacht om die reden niet kan slagen, wordt beslist als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.