De bestreden reclame-uiting
Het betreft:
1. een televisiecommercial waarin onder meer wordt gezegd dat de nieuwe Cornetto “maar €1,–“ kost. Deze prijs komt ook in beeld als “€1,*” waarbij de asterisk naar de volgende tekst in de televisiecommercial verwijst: “*Door de producent aanbevolen prijs voor Cornetto’s van 90 ml. De verkoper bepaalt de uiteindelijke verkoopprijs.”,
2. de verpakking van een Cornetto Classico met op het etiket de “verkoopadviesprijs” van €1,–,
3. de website www.olaverkoop.nl voor zover hierop staat: “Cornetto 1 euro” waarbij een Cornetto is afgebeeld en de prijs is weergegeven als “1€*”, en de pagina die men ziet als men op de afbeelding klikt, waarop onder meer staat: “Cornetto, de perfecte snack voor slechts 1 euro*”, waarbij de asterisk verwijst naar de volgende tekst die iets lager op de webpagina staat: “Verkoopadviesprijs per losse Cornetto 90ml”,
4. de website www.cornetto.nl voor zover hierop staat: “Cornetto €1 (…) Overal waar je deze zomer komt kan je Cornetto voor maar € 1 kopen.”,
5. een billboardposter in een bushokje voor een Cornetto met als prijsaanduiding “1€” .
De klacht
Klaagster stelt, samengevat, dat adverteerder in de televisiecommercial, op de verpakking, op websites en op billboards/flyers reclame maakt dat men voor €1,- een Cornetto kan kopen. Toen klaagster een Cornetto wilde kopen, bleek zij echter €1,50 te moeten betalen. Uit de informatie die zij van adverteerder kreeg, blijkt dat adverteerder wel belooft dat de Cornetto €1,- kost, maar dat dit in de praktijk niet gebeurt. Daardoor is sprake van misleiding.
Het verweer
Adverteerder heeft gemotiveerd verweer gevoerd. Voor dit verweer wordt verwezen naar de aangehechte kopie van de voorzittersbeslissing.
De beslissing van de voorzitter
De voorzitter heeft – kort samengevat- geoordeeld dat de reclame-uitingen sub 2, 3, 4 en 5 misleidend en daardoor oneerlijk zijn in de zin van artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Uiting 1 (de televisiecommercial) achtte de voorzitter niet misleidend. Voor de motivering van de beslissing van de voorzitter d.d. 22 december 2016 wordt verwezen naar de aangehechte kopie van deze beslissing.
Het bezwaar tegen de beslissing van de voorzitter
Adverteerder maakt bezwaar tegen de beslissing van de voorzitter voor zover deze betrekking heeft op het gebruik van het term “verkoopadviesprijs” in de reclame-uitingen, zoals bijvoorbeeld op de verpakking van Cornetto en op de website www.olaverkoop.nl (de eerder genoemde uitingen 2 en 3).
Uit de vermelding “verkoopadviesprijs” volgt niet alleen dat de uiteindelijke verkoopprijs gelijk aan of lager kan zijn dan de vermelde verkoopadviesprijs, zoals de voorzitter overweegt, maar kan evenzeer volgen dat de uiteindelijke verkoopprijs hoger kan liggen. Van een verkoopadviesprijs kan (dus) zowel naar boven als naar beneden worden afgeweken, aldus adverteerder. Dit zou uitsluitend anders zijn wanneer een maximum wederverkooprijs zou zijn gecommuniceerd, wat in het onderhavige geval niet is gebeurd.
Uit de door de door de voorzitter aangehaalde Algemene Aanbeveling sub g volgt niet anders, aldus adverteerder. Daarin staat onder meer: “[..] Gezien het feit dat door de gemiddelde consument het begrip ”adviesprijs” zal worden opgevat als een prijs, welke door de fabrikant of importeur van het product wordt vastgesteld en aan de detailhandelaren wordt aanbevolen, is het gebruiken van de term ”adviesprijs” misleidend, indien daarmee niet een door de fabrikant vastgestelde prijs wordt bedoeld, maar een prijs welke door bijvoorbeeld een branchecommissie of wel door de adverteerder zelf werd vastgesteld. De Commissie beveelt derhalve aan om in het vervolg advertenties, waarin de term ”adviesprijs” wordt gebezigd, slechts dan te gebruiken c.q. te plaatsen indien er voor het geadverteerde product inderdaad een officiële lijst met adviesprijzen van de fabrikant bestaat en de consument desgewenst inzage in deze lijsten kan krijgen.”
Unilever is de fabrikant van ijsjes onder het merk Cornetto en zij geeft een verkoopadviesprijs af aan haar afnemer (grossiers dan wel eindklanten die de producten vervolgens aan consumenten verkopen). De term “verkoopadviesprijs” ziet duidelijk op de door Unilever, in haar hoedanigheid als fabrikant, aan haar afnemers aanbevolen verkoopadviesprijs van €1,-. Unilever volgt daarmee de Algemene Aanbeveling sub g op.
Naar het oordeel van Unilever is er daarom geen strijd met de NRC of de Algemene Aanbeveling sub g en is het gebruik van de vermelding ”verkoopadviesprijs” niet misleidend of oneerlijk in de zin van de NRC of de Algemene Aanbeveling sub g.
De reactie van klaagster op het bezwaar
Klaagster blijft van mening dat de uitingen misleidend zijn omdat wordt beloofd dat het ijsje €1,- kost, maar zij in werkelijkheid €1,50 moest betalen.
Het oordeel van de Commissie
Voor wat betreft het bezwaar van adverteerder met betrekking tot Algemene aanbeveling sub g merkt de Commissie het volgende op.
Algemene Aanbeveling g begint als volgt (dit deel is door adverteerder weggelaten in het verweer):
“De Reclame Code Commissie heeft kennis genomen van het feit dat steeds vaker in advertenties het begrip adviesprijs wordt gebruikt, waarbij dan wordt opgemerkt dat de betreffende adverteerder het aangeboden product voor een zeker percentage beneden die ”adviesprijs” te koop aanbiedt. In vele gevallen blijkt er echter geen door de fabrikant van het betreffende product algemene adviesprijs te zijn vastgesteld.[…]”
Vervolgens gaat de aanbeveling verder met de tekst zoals adverteerder in haar verweer vermeldt.
De voorzitter heeft deze aanbeveling aangehaald om te adstrueren dat het gebruikelijk is bij de adviesprijs uit te gaan van de situatie dat de uiteindelijke verkoopprijs lager ligt dan de adviesprijs, en niet hoger. De voorzitter heeft echter niet geoordeeld dat de uitingen van adverteerder in strijd met deze Aanbeveling zijn. Het betoog van adverteerder met betrekking tot deze Aanbeveling (waarin adverteerder -kort gezegd- stelt dat in het onderhavige geval wel degelijk sprake is van een adviesprijs die is vastgesteld door de fabrikant) doet daarom niet ter zake.
Voor het overige blijft de centrale vraag hoe de gemiddelde consument het woord “verkoopadviesprijs” interpreteert wanneer daarbij niet vermeld wordt dat de verkoper de uiteindelijke prijs bepaalt.
Het onderhavige geval betreft de situatie dat Unilever een adviesprijs hanteert die door de uiteindelijke verkoper verhoogd wordt. Dit zal de consument vermoedelijk niet verwachten. De Commissie is van oordeel dat de gemiddelde consument de vermelding van de prijs “€1,-“ met daarbij het enkele woord “verkoopadviesprijs” (zonder nadere uitleg) zo zal begrijpen dat het ijsje maximaal €1,- zal kosten. Nu dit niet zo is in de situatie waarin de uiteindelijke verkoper een hogere prijs rekent (zoals zich in het onderhavige geval heeft voorgedaan), bevestigt de Commissie de beslissing van de voorzitter voor zover hierin geoordeeld is dat geen duidelijke informatie is verstrekt over de prijs als bedoeld onder d van artikel 8.2 NRC.
De asterisk die op de website www.olaverkoop.nl achter de prijs is geplaatst, verandert dit niet. Anders dan bij het informatiesymbool (de omcirkelde letter “i”) zal de gemiddelde consument verwachten dat deze asterisk verwijst naar een toelichting op dezelfde pagina, en daarom niet op de asterisk klikken. Nu de informatie waarnaar de asterisk verwijst zich echter niet dezelfde pagina bevindt, acht de Commissie dit eveneens onvoldoende duidelijk.
De gemiddelde consument kan door het voorgaande ertoe gebracht worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Om die reden zijn de uitingen 2 en 3 (de verpakking en de website www.olaverkoop.nl) misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
De beslissing
De Commissie bevestigt op grond van het voorgaande de beslissing van de voorzitter voor zover in bezwaar aan de orde. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Voorzittersbeslissing van 22 december 2016:
De bestreden reclame-uitingen
Het betreft:
- een televisiecommercial waarin onder meer wordt gezegd dat de nieuwe Cornetto “maar € 1,–“ kost. Deze prijs komt ook in beeld als “€ 1,*” waarbij de asterisk naar de volgende tekst in de televisiecommercial verwijst: “*Door de producent aanbevolen prijs voor Cornetto’s van 90 ml. De verkoper bepaalt de uiteindelijke verkoopprijs.”,
- de verpakking van een Cornetto Classico met op het etiket de “verkoopadviesprijs” van € 1,–,
- de website www.olaverkoop.nl voor zover hierop staat: “Cornetto 1 euro” waarbij een Cornetto is afgebeeld en de prijs is weergegeven als “1€*”, en de pagina die men ziet als men op de afbeelding klikt, waarop onder meer staat: “Cornetto, de perfecte snack voor slechts 1 euro*”, waarbij de asterisk verwijst naar de volgende tekst die iets lager op de webpagina staat: “Verkoopadviesprijs per losse Cornetto 90ml”,
- de website www.cornetto.nl voor zover hierop staat: “Cornetto € 1 (…) Overal waar je deze zomer komt kan je Cornetto voor maar € 1 kopen.”,
- een billboardposter in een bushokje voor een Cornetto met als prijsaanduiding “1€” .
De klacht
Klaagster stelt, samengevat, dat adverteerder in de televisiecommercial, op de verpakking, op websites en op billboards/flyers reclame maakt dat men voor € 1,– een Cornetto kan kopen. Toen klaagster een Cornetto wilde kopen, bleek zij echter € 1,50 te moeten betalen. Uit de informatie die zij van adverteerder kreeg, blijkt dat adverteerder wel belooft dat de Cornetto € 1,– kost, maar dat dit in de praktijk niet gebeurt. Daardoor is sprake van misleiding.
Het verweer
Ten aanzien van de televisiecommercial (uiting 1) maakt adverteerder melding van het feit dat de voorzitter naar aanleiding van een eerdere klacht reeds heeft geoordeeld dat deze uiting niet misleidend is.
Met betrekking tot de verpakking (uiting 2) stelt adverteerder dat in duidelijk leesbare tekst direct boven de prijs staat dat dit een ‘verkoopadviesprijs’ betreft. Hiermee is voldoende duidelijk gemaakt dat adverteerder een verkoopadviesprijs afgeeft van € 1,– voor dit ijsje. Hieruit blijkt dat het afhankelijk is van de verkoper of men daadwerkelijk deze Cornetto voor deze prijs kan kopen. Ook hier is derhalve geen sprake van misleidende informatie.
Met betrekking tot de website www.olaverkoop.nl (uiting 3) stelt adverteerder dat in deze uiting bij de vermelding “Cornetto, de perfecte snack voor slechts 1 euro*” een asterisk staat die verwijst naar de volgende tekst (zichtbaar op dezelfde webpagina): “Verkoopadviesprijs per losse Cornetto 90ml”. Hiermee heeft adverteerder voldoende duidelijk gemaakt dat zij een verkoopadviesprijs afgeeft van € 1,– voor dit specifieke ijsje, waaruit voortvloeit dat het derhalve afhankelijk is van de verkoper of men ook daadwerkelijk deze Cornetto voor deze prijs kan kopen. Ook hier is om die reden geen sprake van misleidende informatie. Dit geldt ook voor de afbeelding met de prijs van € 1,– op deze website. Ook hier is een asterisk geplaatst bij de prijs. Wanneer men op de afbeelding of tekst klikt, wordt direct doorgelinked naar de tekst met disclaimer, zoals hiervoor omschreven.
Adverteerder heeft geconstateerd dat op de website vwvw.cornetto.nl (uiting 4) per abuis de disclaimer met verduidelijking dat het een verkoopadviesprijs betreft, is weggevallen. De website is direct na ontvangst van de klacht aangepast en vermeldt nu, zoals blijkt uit de in het verweerschrift opgenomen screenshots, dat sprake is van een verkoopadviesprijs.
Ook op de billboardposter (uiting 5) die gedurende de Tour de France in één bushokje in Utrecht hing, ontbrak per abuis de disclaimer met de verduidelijking dat het een verkoopadviesprijs betreft. De poster is reeds na afloop van de Tour de France verwijderd en zal in de toekomst niet meer worden gebruikt.
Adverteerder heeft ten aanzien van uitingen 4 en 5 passende maatregelen genomen om herhaling te voorkomen en zal in eventuele toekomstige reclame-uitingen van Cornetto waarbij de prijs van € 1,– wordt genoemd, altijd vermelden dat dit een verkoopadviesprijs betreft.
Het oordeel van de voorzitter
1) In de televisiecommercial (uiting 1) wordt onder meer gezegd dat de nieuwe Cornetto € 1,– kost. Deze prijs komt ook in beeld als “€ 1,*” waarbij de asterisk naar de volgende tekst in de televisiecommercial verwijst: “*Door de producent aanbevolen prijs voor Cornetto’s van 90 ml. De verkoper bepaalt de uiteindelijke verkoopprijs”, Deze tekst is naar het oordeel van de voorzitter duidelijk leesbaar en voldoende lang in beeld. Aldus heeft adverteerder in de vereiste mate voor de gemiddelde consument duidelijk gemaakt dat het afhankelijk van de verkoper is of men daadwerkelijk het aangeprezen ijsje voor deze prijs kan kopen. Van misleiding is onder deze omstandigheden geen sprake indien een verkoper een hogere prijs dan € 1,– voor een Cornetto rekent. De gemiddelde consument is voldoende geïnformeerd over het feit dat het een aanbevolen prijs waarvan de verkoper naar eigen inzicht kan afwijken..
2) Ten aanzien van de verpakking (uiting 2) en de website www.olaverkoop.nl (uiting 3) wijkt de vermelding over de prijs af van die in de televisiecommercial. Op de verpakking en op de website wordt immers slechts gesproken over een verkoopadviesprijs zonder verwijzing naar de verkoper als degene die de uiteindelijke prijs bepaalt. Uit de vermelding “verkoopadviesprijs” volgt weliswaar dat de verkoper niet verplicht is deze prijs te volgen, maar daarmee is niet gegeven dat de gemiddelde consument ook rekening zal houden met de mogelijkheid dat dit ertoe kan leiden dat de prijs die hij voor het ijsje moet betalen hoger zal zijn dan de hier genoemde verkoopadviesprijs. Het moet immers, indien slechts wordt verwezen naar een verkoopadviesprijs, gebruikelijk worden geacht dat de verkoper het product aanbiedt voor een prijs die gelijk of lager is dan de door de fabrikant opgegeven adviesprijs (vgl. Algemene aanbeveling sub g). Indien, zoals in dit geval, nadrukkelijk met een bepaalde adviesprijs wordt geadverteerd zonder mededeling dat de door de consument te betalen prijs hoger kan zijn dan de verkoopadviesprijs, zal de gemiddelde consument derhalve verwachten dat hij het ijsje voor € 1,– of minder kan kopen. In zoverre is geen duidelijke informatie verstrekt over de prijs als bedoeld onder d van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument hierdoor ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden zijn uiting 2 en 3 misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC
3) Op de website vwvw.cornetto.nl (uiting 4) en op de billboardposter (uiting 5) die gedurende de Tour de France in een bushokje in Utrecht hing, ontbrak, naar adverteerder erkent, de informatie dat het geen vaste prijs betreft. Ook in zoverre kan voor de gemiddelde consument niet duidelijk worden geacht dat de mogelijkheid bestaat dat de verkoopprijs hoger kan zijn dan de in deze uitingen uitdrukkelijk genoemde prijs van € 1,–. Hierdoor is sprake van een omissie als bedoeld in artikel 8.3 aanhef en onder c NRC.
4) Ten aanzien van hetgeen onder 2) en 3) is overwogen is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument door de onduidelijke respectievelijk ontbrekende informatie met betrekking tot de prijs ertoe gebracht zou kunnen worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet zou hebben genomen. Om die reden zijn uitingen 2, 3, 4 en 5 misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
5) De voorzitter neemt nota van de mededeling van adverteerder dat zij ten aanzien van uitingen 4 en 5 passende maatregelen heeft genomen om herhaling te voorkomen. Adverteerder heeft uiting 4 direct na ontvangst van de klacht aangepast. Uiting 5 is reeds geruime tijd geleden verwijderd en zal in de toekomst niet meer worden gebruikt. De voorzitter ziet in de bereidheid van adverteerder om de uitingen aan te passen aanleiding te bepalen dat de hierna te vermelden aanbeveling zal worden gedaan voor zover nodig.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van hetgeen onder 2), 3) en 4) is vermeld acht de voorzitter de reclame-uitingen sub 2, 3, 4 en 5 in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. De voorzitter beveelt adverteerder, voor zover nodig, aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Voor het overige wijst de voorzitter de klacht af.