a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Voeding en drank

Status:

Dossiernr:

2018/00546

Datum:

30-10-2018

Uitspraak:

VT zonder aanbeveling

Product/dienst:

Voeding en drank

Motivatie:

Strijd met wet

Medium:

Verpakking en etikettering

De bestreden reclame-uitingen

Het betreft de volgende (combinaties van) uitingen voor niet-voorverpakt fruit:

  1. het schapkaartje van ‘eetrijpe avocado’ waarop als land van oorsprong staat: “Chili”, terwijl op een los kaartje in de bijbehorende krat staat: “Oorsprong Peru”,
  2. het schapkaartje van ‘stevige zoetzure Braeburn appel’ waarop volgens Foodwatch als land van oorsprong staat: “Chili”, terwijl op een los kaartje in de bijbehorende krat zou staan: “oorsprong Peru” (de voorzitter heeft als bijlage bij de klacht in het dossier een foto aangetroffen van een schapkaartje waarop bij Braeburn appels als land van oorsprong “Nieuw-Zee­land” staat en een foto van een kaartje waarop “Chili” staat),
  3. het schapkaartje van ‘friszure stevige Granny Smith handappel’ waarop volgens Foodwatch als land van oorsprong staat: “Chili”, terwijl op een los kaartje in de bijbehorende krat zou staan: “oorsprong Peru” (de voorzitter heeft als bijlage bij de klacht in het dossier een foto aangetroffen van een schapkaartje waarop bij Granny Smith appels als land van oorsprong “Nieuw-Zeeland” staat en een foto van een sticker op een Granny Smith appel waarop “Chili” staat),
  4. het schapkaartje van ‘zoete stevige Pink lady handappel’ waarop volgens Foodwatch als land van oorsprong staat: “Chili”, terwijl op een los kaartje in de bijbehorende krat zou staan: “oorsprong Peru” (de voorzitter heeft als bijlage bij de klacht in het dossier een foto aangetroffen van een schapkaartje bij Pink lady appels waarop “Nieuw-Zee­land” staat en een foto van een verpakking waarop onder meer “Chili” staat).

 

De klacht

Veel consumenten hechten waarde aan het kopen of mijden van producten uit een bepaald land. De aanduiding van het land van oorsprong is dus nodig om de aankoopwensen van veel consumenten te verwezenlijken. De wetgever heeft de aanduiding van het land van oorsprong daarom verplicht gesteld. De verplichting tot aanduiding van het land van oorsprong bij verse groente en fruit volgt uit artikel 76 lid 1 Verordening (EU) nr. 1308/2013 (GMO Verordening), zoals nader vastgesteld in artikel 3.1 in combinatie met bijlage 1 deel B van Uitvoeringsverordening (EU) 543/2011 respectievelijk in artikel 3.2 in combinatie met bijlage 1 deel A van Uitvoeringsverordening (EU) 543/2011. Op grond van artikel 6.1 Uitvoeringsver-ordening (EU) 543/2011 gelden deze verplichtingen in het detailhandelsstadium. Bedoelde producten mogen alleen te koop worden aangeboden als de detailhandelaar op een duidelijk zichtbare plaats dicht bij deze producten informatie over onder meer het land van oorsprong vermeldt. Ook uit Verordening (EU) nr. 1169/2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten blijkt het belang van de aanduiding van de oorsprong van een product. Daar waar een correcte naamvermelding aanwezig is op het product of op het schapkaartje van het product, maar elders op een schapkaart of op een product een foutieve oorsprong aanduiding staat, is dit tevens misleidend in de zin van artikel 7 lid 1 van de Etiketteringsverordening en artikel 8 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Een bezoek aan diverse filialen van Jumbo toonde aan dat de land-van-oorsprongsvermelding regelmatig incorrect is en daardoor niet voldoet aan de wettelijke eisen met betrekking tot de oorsprongsaanduiding. Daar waar verkeerde oorsprongsaanduidingen staan, is dit tevens misleidend, ongeacht of elders wel een correcte vermelding staat.

 

Het verweer

Dit wordt als volgt weergegeven. Jumbo erkent het belang van (de wettelijke verplichting tot) het vermelden van het juiste land van oorsprong. Helaas heeft zij moeten constateren dat in de betreffende winkel inderdaad geen eenduidige oorsprongsaanduidingen zijn gehanteerd. Jumbo heeft hierop direct actie ondernomen en deze aanduidingen laten corrigeren. Zij onderbouwt deze stelling met foto’s van de gecorrigeerde schapkaartjes die zij bij het verweer overlegt. Daarnaast heeft Jumbo diverse aanvullende acties ondernomen omdat zij belang hecht aan juiste informatie voor haar klanten. Jumbo doet er alles aan om dergelijke vergissingen in de toekomst te voorkomen en heeft daartoe ook op landelijk niveau aanvullende maatregelen getroffen.

 

De mededeling van de voorzitter aan Foodwatch

Namens de voorzitter is, kort samengevat, aan Foodwatch meegedeeld dat over de vraag of het misleidingsverbod van artikel 7 lid 1 Verordening (EU) nr. 1169/2011 dient te worden toegepast op de in en bij Verordening (EU) nr. 1308/2013 voorgeschreven vermelding van het land van oorsprong, een verzoek om een prejudiciële beslissing aanhangig is (bekend onder zaaknummer C-686/17). Voortzetting van de behandeling van de onderhavige zaak ligt volgens de voorzitter niet in de rede omdat de (autonome) uitleg van de onderhavige Europese verordeningen door het Hof van Justitie van de Europese Unie dient te worden afgewacht.

 

De reactie van Foodwatch op het voorgaande

Foodwatch stelt dat voormeld verzoek om een prejudiciële beslissing niet aan behandeling van de klacht in de weg staat en evenmin aanleiding geeft om deze zaak als afgedaan te beschouwen. Jumbo heeft erkend dat zij een verkeerde herkomstaanduiding heeft geplaatst en heeft het belang van de juiste aanduiding onderschreven. De zaak kan ook worden afgedaan zonder een oordeel te geven over de aan het Hof voorliggende vraag. De uitingen zijn in strijd met de wet omdat zij een verkeerde herkomst vermelden ongeacht of zij misleidend zijn of niet. Wat Foodwatch betreft kan het gedeelte van de klacht dat ziet op het misleidingsverbod achterwege worden gelaten en hoeft hierover niet te worden geoordeeld. Verder is volgens Foodwatch sprake van een verkeerde lezing van de verwijzingsuitspraak. Het antwoord op de aan het Hof voorgelegde vraag is niet relevant voor de klacht van Foodwatch. De vraag die de Duitse rechter stelt is of het misleidingsverbod van toepassing kan zijn indien aan de in Verordening (EU) nr. 1308/2013 voorgeschreven herkomstvermelding is voldaan. Dit speelt geen rol in de onderhavige zaak, nu vaststaat dat de herkomstaanduiding onjuist is. Dat een uiting die niet voldoet aan Verordening (EU) nr. 1308/2013 tevens misleidend is, is vanzelfsprekend, en niet een vraag die voorligt aan het Hof van Justitie.

 

De reactie van Jumbo

Primair verzoekt Jumbo de zaak aan te houden wegens het verzoek om een prejudiciële beslissing. Subsidiair stelt Jumbo dat de klacht moet worden afgewezen nu het gebrek in de informatievoorziening is hersteld, althans verzoekt zij een aanbeveling achterwege te laten.

 

Het oordeel van de voorzitter

1)  De klacht betreft de schapkaartjes en andere uitingen in of bij het schap in een Jumbo winkel voor zover daarop het land van oorsprong van vier soorten fruit wordt genoemd. De schapkaartjes bevatten, blijkens de door Foodwatch overgelegde foto’s, de aanprijzing van avocado’s respectievelijk Braeburn appels, Granny Smith appels en Pink lady appels. De andere uitingen betreffen losse kaartjes in de verpakkingen van de avocado’s en Braeburn appels respectievelijk een sticker op Granny Smith appels en een opdruk op een verpakking Pink lady appels. Niet in geschil is dat per product de informatie op het schapkaartje en in de andere uiting tegenstrijdig is over het land van oorsprong, immers telkens een ander land van oorsprong noemt. De voorzitter merkt overigens op dat Foodwatch, met uitzondering van avocado, in de klacht telkens combinaties van landen noemt die niet overeenstemmen met de foto’s die zij ter onderbouwing van de klacht heeft overgelegd (zie hierboven de weergave van de bestreden uitingen). Nu anderzijds uit deze foto’s wel blijkt dat met betrekking tot de genoemde producten telkens uiteenlopende landen van oorsprong worden genoemd en niet in geschil is dat de informatie op het schapkaartje steeds onjuist is, zal de voorzitter hierna oordelen welke consequenties aan deze constatering dienen te worden verbonden gelet op de klacht. Over de grondslag daarvan merkt de voorzitter het volgende op.

2)  Foodwatch verwijst naar de op grond van Europese verordeningen verplichte aanduiding van het land van oorsprong bij levensmiddelen. De wettelijke verplichting tot aanduiding van het land van oorsprong bij verse groente en fruit volgt, zoals zij onweersproken heeft gesteld, uit artikel 76 lid 1 van Verordening (EU) nr. 1308/2013 (GMO Verordening), zoals nader vastgesteld in artikel 3.1 in combinatie met bijlage 1 deel B van Uitvoeringsverordening (EU) 543/2011 respectievelijk in artikel 3.2 in combinatie met bijlage 1 deel A van Uitvoeringsverordening (EU) 543/2011. Op grond van artikel 6.1 Uitvoeringsverordening (EU) 543/2011 gelden deze verplichtingen in het detailhandelsstadium. Niet in geschil is dat op grond van deze bepalingen groente en fruit in en winkel alleen te koop mogen worden aangeboden als de detailhandelaar op een duidelijk zichtbare plaats dicht bij de producten informatie over onder meer het land van oorsprong vermeldt. Ook in Verordening (EU) nr. 1169/2011 staan voorschriften over het land van oorsprong in het kader van voedselinformatie. Deze verordening bevat in artikel 7 lid 1 een specifiek verbod tot het verstrekken van misleidende voedselinformatie over onder meer het land van oorsprong. De klacht is mede op deze verordening gebaseerd. In het kader van een juridische interpretatie van de klacht dient beoordeeld te worden of het misleidingsverbod van artikel 7 lid 1 van Verordening (EU) nr. 1169/2011 dient te worden toegepast op de in en bij Verordening (EU) nr. 1308/2013 voorgeschreven vermelding van het land van oorsprong. Het is de voorzitter ambtshalve bekend dat (mede) over deze kwestie momenteel een verzoek om een prejudiciële beslissing aanhangig is.

3)  Partijen hebben zich over de consequenties van het aanhangige verzoek om een prejudiciële beslissing voor deze zaak uitgelaten. Foodwatch heeft meegedeeld dat wat haar betreft het gedeelte van de klacht dat ziet op het misleidingsverbod achterwege kan blijven. Tegelijkertijd betwist Foodwatch dat de verwijzingsbeslissing van belang is voor de onderhavige klacht. Daarbij stelt zij dat de casus in de verwijzingsbeslissing anders is dan in de onderhavige zaak. Immers is in die beslissing de vraag aan de orde of een handelaar, óók indien hij zich aan het dwingende Unierecht houdt, onder omstandigheden toch misleiding kan worden verweten. Volgens Foodwatch staat in de onderhavige zaak vast dat Jumbo zich niet aan het dwingende Unierecht heeft gehouden. De voorzitter zal, nu het standpunt van Foodwatch zo kan worden begrepen dat het gedeelte van de klacht dat is gebaseerd op misleiding in de zin van Verordening (EU) nr. 1169/2011 of artikel 8 NRC buiten beschouwing kan blijven indien dit aan de verdere behandeling van de klacht in de weg staat, de beoordeling toespitsen op de vraag of Jumbo heeft gehandeld in strijd met de in Verordening (EU) nr. 1308/2013 en in uitvoeringsverordeningen voorgeschreven vermelding van het land van oorsprong.

4)  Op grond van artikel 6.1 Uitvoeringsverordening (EU) 543/2011 mogen, zoals vermeld, verse groente en fruit in een winkel te koop worden aangeboden als de detailhandelaar op een duidelijk zichtbare plaats dicht bij deze producten informatie over (onder meer) het land van oorsprong vermeldt. Naar het oordeel van de voorzitter is het schapkaartje een medium dat bij uitstek geschikt is om de hier bedoelde informatie in overeenstemming met de wet aan de consument mee te delen. Indien de informatie op het schapkaartje correct is, heeft Jumbo voldaan aan de wettelijke verplichting tot het vermelden van het land van oorsprong. De overige informatie die in verband met de producten in de winkel is te vinden (kaartjes in de krat, stickers op fruit en opdrukken op verpakkingen) laat de voorzitter daarbij buiten beschouwing. Dergelijke vermeldingen zijn hetzij voor de detailhandel bestemd hetzij onvoldoende geschikt om de consument op de voorgeschreven wijze te informeren over het land van oorsprong. Deze uitingen maken weliswaar aannemelijk dat de informatie op de schapkaartjes over het land van oorsprong onjuist is maar zijn verder niet relevant voor dit geschil.

5)  Blijkens de door Jumbo overgelegde foto’s van de gecorrigeerde schapkaartjes in combinatie met de andere productinformatie geldt voor de avocado als juiste land van oorsprong Peru, voor de Braeburn appels Chili, voor de Granny Smith appels Nieuw-Zeeland en voor de Pink lady appels Chili. Vergeleken met de door Foodwatch overgelegde foto’s dienen de in de klacht genoemde schapkaartjes van de avocado, de Braeburn appels en de Pink lady appels onjuist te worden geacht. Ten aanzien van het schapkaartje van de Granny Smith appels merkt de voorzitter op dat de door partijen overgelegde foto’s van de oorspronkelijke én gecorrigeerde schapkaartjes beide Nieuw-Zeeland als land van oorsprong noemen. Dat neemt niet weg dat op de door Foodwatch overgelegde foto’s tevens een Granny Smith appel met sticker met daarop “Chile” is te zien, hetgeen onmiskenbaar erop wijst dat ten tijde van het indienen van de klacht de desbetreffende appels Chili als land van oorsprong hadden. Uitgaande hiervan oordeelt de voorzitter dat ook het schapkaartje van de Granny Smith appels destijds niet het juiste land van oorsprong noemde.

6)  Op grond van het voorgaande heeft Jumbo niet voldaan aan de verplichting tot het vermelden van het (juiste) land van oorsprong op de wijze als bepaald in artikel 6 lid 1 van Uitvoeringsverordening (EU) Nr. 543/2011. Hierdoor is de consument niet op de voorgeschreven wijze geïnformeerd over het land van oorsprong en heeft de detailhandelaar niet, zoals laatstgenoemd artikel bepaalt, “op een duidelijk zichtbare plaats dicht bij de te koop aangeboden producten in leesbare aanduidingen informatie inzake het land van oorsprong (…) verstrekt op een manier die de consument niet misleidt”. Nu de bestreden uitingen om die reden niet in overeenstemming zijn met de wet, is gehandeld in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Jumbo heeft overigens blijkens de door haar overgelegde foto’s de onjuiste schapkaartjes gecorrigeerd. Verder heeft Jumbo voldoende aannemelijk gemaakt dat zij diverse aanvullende acties heeft ondernomen om onjuiste vermeldingen van het land van oorsprong verder te voorkomen. De voorzitter zal om die reden gebruik maken van zijn bevoegdheid als bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Reglement van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep en een aanbeveling achterwege laten.

 

De beslissing van de voorzitter

Op grond van het bovenstaande heeft Jumbo gehandeld in strijd met het bepaalde in artikel 2 NRC.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken