De bestreden reclame-uiting
Het betreft een aan klager geadresseerde uiting van 18 mei 2011 met als kop “Officiële Prijskennisgeving”, inhoudend een uitnodiging voor de “Extra zomer prijsoverhandiging” op 6 juni 2011 (ter gelegenheid waarvan producten worden gedemonstreerd) in het Dorpshuis in de woonplaats van klager, Kudelstaart. Met betrekking tot de prijzen voor klager bevat de uiting onder meer de volgende mededelingen:
“Uw prijs ter waarde van € 220,- staat kostenloos bereid en wordt tijdens de presentatie overhandigd. Zonder respons vervalt de prijs.”
“1 TV & DVD-Afstandsbediening”
“Natuurlijk hebben wij ook prijzen voor dames of heren (…). Voor de heer: 1 Accu-schroefmachine met alles erbij en een 220 V oplaadstation, of een waarschuwingsvest (wettelijk verplicht), of 1 24-delige Profi-Geredschapsset.”
De klacht
Volgens de uitnodiging zou klager tijdens de presentatie verschillende door hem gewonnen cadeaus ontvangen, maar dit blijkt niet te kloppen. Klager heeft de verkoopdemonstratie in het Dorpshuis bijgewoond, maar kreeg slechts een sleutelset en een kortingsbon voor een hotel in het Sauerland.
De mondelinge behandeling
Klager heeft zichzelf en zijn vrouw aangemeld voor het bijwonen van de presentatie op 6 juni 2011. Klager heeft de presentatie daadwerkelijk bezocht, zijn vrouw heeft wegens ziekte verstek moeten laten gaan.
Het oordeel van de Commissie
Blijkens de bestreden uiting heeft klager door de aanmelding voor en het bezoeken van de “Extra zomer prijsoverhandiging” recht op een prijs ter waarde van € 220,-, “1 TV & DVD-afstandsbediening” en een accu-schroefmachine met alles erbij en een 220 V oplaadstation, dan wel een waarschuwingsvest of een 24-delige gereedschapsset.
Adverteerder heeft niet weersproken dat klager alleen een gereedschapsset heeft ontvangen en dat de toezeggingen met betrekking tot de overige prijzen niet zijn nagekomen. Gelet op het vorenstaande acht de Commissie de uiting in strijd met de waarheid als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).
De beslissing
Op grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uiting in strijd met artikel 2 NRC. Zij beveelt adverteerder aan om voortaan niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.