De bestreden reclame-uitingen
Het betreft de volgende twee televisiereclames voor de VriendenLoterij, elk met tag-on.
Uiting 1.
In deze uiting zegt Chantal Janzen (hierna: “Chantal”):
“Dit is spectaculair. We hebben nog nooit zo’n grote prijzenpot gehad bij de VriendenLoterij. 152,7
miljoen euro, groot he?! En het gaat er gegarandeerd allemaal uit in 2023. Wilt u een van de vele
winnaars zijn? Ga naar vriendenloterij.nl en doe ook mee”.
In de bijbehorende tag-on zegt Chantal:
“De prijzenpot in 2023 is groter dan ooit! 152,7 miljoen euro. Ga naar vriendenloterij.nl en speel
ook mee”.
Uiting 2.
In deze uiting zegt Chantal:
Goedenavond. We hebben nog nooit zo’n grote prijzenpot gehad bij de VriendenLoterij. Dit jaar
gaan er ieder uur prijzen uit. Elk uur maken we een winnaar bekend van € 1.000,-. Elke dag van
€ 10.000,-, iedere week van € 25.000,-, elk weekend van € 100.000,- en iemand wint gegarandeerd 1 miljoen euro. Elke maand weer. Het is dus alle dagen prijs. Bent u de volgende winnaar? Ga naar vriendenloterij.nl en doe mee”.
In de bijbehorende tag-on zegt Chantal :
“Bij de VriendenLoterij is het alle dagen prijs en daarmee alle dagen feest. Bent u de volgende
winnaar? Ga naar vriendenloterij.nl en speel ook mee”.
Samenvatting van de klacht
In de ene uiting wordt gesproken over de grootste prijzenpot van dit jaar van “152,7 miljoen euro”. In de andere uiting wordt gezegd welke prijzen men dit jaar uitkeert: ieder uur € 1.000, iedere dag € 10.000, iedere week € 25.000 en € 100.000 en iedere maand € 1.000.000. Indien men dit vermenigvuldigt, bedraagt het totaal € 30.910.000, dus niet 152,7 miljoen. Aldus wordt de consument op basis van onjuiste cijfers overgehaald om deel te nemen aan de VriendenLoterij. Klager acht de uitingen misleidend.
Samenvatting van het verweer
De in de klacht bedoelde commercials betroffen in december 2022 een hoofdspot van 20 seconden en een tag-on van 10 seconden en in januari 2023 een hoofdspot van 30 seconden met een tag-on van 10 seconden. De tag-on dient men in combinatie te zien met de hoofdspot. De hoofdspot wordt eerst uitgezonden, dan volgt een spot van een ander merk, waarna de tag-on die bij de hoofdspot hoort, wordt getoond. In zowel december als januari werd de hoofdspot in combinatie met de tag-on getoond.
Klagers stelling dat de genoemde/getoonde geldprijzen in totaal niet komen op 152,7 miljoen euro, maar slechts op 1/5 deel daarvan, berust op een misverstand. Adverteerder (hierna ook: VL) licht dit als volgt toe.
In de commercial van december 2022 wordt alleen gesproken over de totale prijzenpot van 152,7
miljoen en wordt gezegd dat alle prijzen in 2023 ook daadwerkelijk zullen vallen. Alle prijzen die in deze prijzenpot van 2023 zitten, zullen gegarandeerd vallen. In deze commercial worden geen specifieke prijzen uitgelicht; het gaat om het vermelden van de prijzenpot in algemene zin. Hierover kan geen misverstand bestaan. De hoofdspot met bijbehorende tag-on, uitgezonden in december 2022, is daarom niet misleidend.
De hoofdspot en bijbehorende tag-on, uitgezonden in januari 2023, moet men beschouwen als één commercial. In de hoofdspot wordt gesproken over de prijzenpot van 2023 en daarin wordt een aantal prijzen uitgelicht. De VL wil graag de aandacht vestigen op het feit dat zij ieder uur een winnaar bekend maakt van € 1.000,-, elke dag van € 10.000,-, iedere week van € 25.000,-, elk weekend van € 100.000,- en dat iemand maandelijks gegarandeerd 1 miljoen euro wint. De gemiddelde consument zal begrijpen dat deze uitgelichte geldprijzen niet limitatief zijn. VL gaat er ook vanuit dat inmiddels algemeen bekend is dat VL meer dan alleen geldprijzen in haar prijzenpakket heeft zitten. Ook de natura prijzen die bij de VL te winnen zijn, maken onderdeel uit van de totale prijzenpot 2023.
In de tag-on wordt een overzicht getoond van de te winnen geldbedragen en onderaan
het geldprijzenschema staat duidelijk in grote blauwe letters: “+250.000 (geld)prijzen per maand”. In dit verband wordt verwezen naar een in het verweer opgenomen printscreen van een zogenoemde still van de tag-on.
VL is van mening dat zij hiermee voor de gemiddelde consument voldoende duidelijk heeft gemaakt dat de prijzenpot niet alleen uit de uitgelichte geldprijzen bestaat, maar dat er nog vele (geld)prijzen per maand te winnen zijn. Dat wordt ook letterlijk in de spot getoond. Ook hierover kan geen misverstand bestaan. Als voorbeeld verwijst VL via een in het verweer opgenomen link naar een pagina op haar website. Naast geldprijzen worden daar naturaprijzen getoond die in januari 2023 te winnen zijn.
Samenvatting van de repliek
Klager handhaaft zijn klacht. Uit het verweer blijkt namelijk dat bij het in de klacht vermelde bedrag 12 maal € 250.000,- moet worden opgeteld. Dit betekent dat VL geen 152,7 miljoen uitkeert, maar slechts € 33.910.000,-, aldus klager. Klager verzoekt de Commissie om zijn klacht toe te wijzen en de VL te verplichten tot rectificatie.
Samenvatting van de dupliek
Klagers stellingen bij repliek berusten (eveneens) op een misverstand. VL spreekt in haar commercial niet over “+ 250.000 euro per maand”, maar over het aantal prijzen, in dit geval “+ 250.000 prijzen”. VL verloot naast de in de commercial genoemde geldbedragen ook nog eens 250.000 (geld)prijzen. Dat kunnen prijzen in natura zijn, maar ook, naast de in de commercial genoemde geldprijzen, andere geldprijzen. VL houdt 15 trekkingen per jaar, en komt in 2023 op een totale prijzenpot van 152,7 miljoen.
Het oordeel van de Commissie
1.
Klager vindt de bestreden uitingen misleidend, omdat de som van de prijzen voor “dit jaar”, genoemd in het eerste deel van uiting 2, volgens klagers berekening (aanzienlijk) lager is dan het in uiting 1 genoemde bedrag van 152,7 miljoen voor 2023. Bij repliek heeft klager zijn klacht gehandhaafd en enigszins aangepast, in die zin dat de som van de prijzen iets hoger uitvalt dan volgens zijn aanvankelijke berekening, maar nog steeds aanzienlijk lager is dan 152,7 miljoen. De Commissie oordeelt hierover als volgt.
2.
De Commissie stelt voorop dat de bestreden uitingen los van elkaar moeten worden beoordeeld, nu het twee op zichzelf staande reclame-uitingen betreft. Over die verschillende uitingen oordeelt zij als volgt.
3.
Uiting 1 (december 2022).
In uiting 1 wordt tot uitdrukking gebracht dat de VL in 2023 een prijzenpot heeft van 152,7 miljoen, zonder dat daarbij één of meer van deze prijzen, zoals bijvoorbeeld een bepaald geldbedrag, specifiek worden genoemd. Klagers bezwaar, dat de som van de in uiting 2 wel specifiek genoemde prijzen niet overeenkomt met 152,7 miljoen, rechtvaardigt niet de conclusie dat dit bedrag, zoals genoemd in uiting 1, niet overeenkomstig de werkelijkheid is. Nu klager geen andere argumenten heeft aangevoerd op grond waarvan het bedrag 152,7 miljoen onjuist zou zijn, acht de Commissie klagers bezwaar tegen uiting 1 ongegrond.
4.
Uiting 2 (januari 2023).
Zoals hierboven onder 3. vermeld, worden in uiting 2 wel specifiek prijzen genoemd. Zo stelt de VL in het eerste deel van uiting 2 bijvoorbeeld dat zij elk uur een winnaar van € 1.000,- bekend maakt, elke dag een winnaar van € 10.000,- en iedere week een winnaar van € 25.000,-. In de bij uiting 2 behorende tag-on is vervolgens onder meer vermeld: “+ 250.000 (geld)prijzen per maand”. In uiting 2 wordt verder gesproken over “nog nooit zo’n grote prijzenpot”, zonder dat daarbij, zoals in uiting 1, een bedrag wordt genoemd. De Commissie sluit niet uit dat een deel van de kijkers bij de woorden “nog nooit zo’n grote prijzenpot” zal denken aan het in uiting 1 genoemde bedrag van 152,7 miljoen, maar wat hier ook van zij, in uiting 2 ligt niet de suggestie besloten dat de som van de in deel 1 van uiting 2 specifiek genoemde geldprijzen noodzakelijk overeenkomt met de omvang van de (totale) prijzenpot, waarvan in uiting 2 wordt gezegd: “nog nooit zo’n grote prijzenpot”.
Verder is er, waar klager bij repliek spreekt over 12 maal € 250.000,-, kennelijk sprake van een misverstand bij klager. Een bedrag van € 250.000,-, wordt niet in uiting 2 genoemd. Wel is in de tag-on van deze uiting vermeld: “+ 250.000 prijzen”.
Gelet op het bovenstaande acht de Commissie klagers bezwaar tegen uiting 2 ook ongegrond en wordt als volgt beslist.
De beslissing
De Commissie wijst de klacht af.