De bestreden reclame-uiting
Het betreft een abriposter voor het cosmetische product Diadermine van Labori voor zover daarop staat: “Nobelprijs-winnende technologie”. Op de poster staat het Kruidvat merk als onderdeel van de tekst “Exclusief bij Kruidvat”.
Samenvatting van de klacht inclusief de repliek
Er wordt in verband met het aangeprezen product geclaimd “Nobelprijs-winnende technologie” zonder dat dit nader wordt toegelicht. De Nobelprijs betreft fundamenteel onderzoek, in dit geval naar het mechanisme waarop DNA gerepareerd wordt in de celkernen. Dit staat geheel los van enige technologie implementatie. Onderzoek naar natuurlijke processen in cellichamen is geen toepassing. Als men een stof toevoegt aan een crème betekent dit bovendien niet dat deze stof ook wordt opgenomen in het lichaam; laat staan die in de celkernen gebruikt kan worden. Verder maakt klager bewaar tegen het gebruik van de merknaam van een gerenommeerd instituut dat onderscheidingen toekent aan fundamenteel onderzoek in verschillende vakgebieden
Het verweer van Kruidvat
De bewuste reclame-uiting is afkomstig van Labori. Abusievelijk staat het Kruidvat-merk in de uiting. Dit was niet de bedoeling en is zonder medeweten en medewerking van Kruidvat gebeurd. Kruidvat verwijst verder naar Labori.
Het verweer van Labori inclusief de dupliek
De bewering waarover wordt geklaagd, is feitelijk juist en niet misleidend. De afgebeelde Diadermine anti-age crèmes bevatten het actieve ingrediënt Photolyase. Photolyase is een algenenzym dat centraal stond in een onderzoek naar DNA-reparatie-enzymen uitgevoerd door Aziz Sancar, Paul Modrich en Tomas Lindahl. In 2015 kende het Nobelprijscomité hen daarvoor de Nobelprijs voor scheikunde toe. Het is gerechtvaardigd te stellen dat de relevante Diadermine crèmes Nobelprijs-winnende technologie bevatten, ook al is het strikt genomen juist dat Nobelprijzen niet zien op technologie maar op fundamenteel onderzoek. Het is gebruikelijk om in de Nederlandse taal de aanduiding ‘Nobelprijs-winnende technologie’ te gebruiken. Hier worden toepassingen mee bedoeld die gebaseerd zijn op onderzoek waarvoor onderzoekers een Nobelprijs hebben gewonnen. Het is voor de gemiddelde consument duidelijk dat met “Nobelprijs-winnende technologie” niet wordt bedoeld dat Diadermine zelf een Nobelprijs zou hebben gewonnen, maar dat het gaat om een actief ingrediënt waarnaar onderzoek is verricht waarvoor een Nobelprijs is uitgereikt. De uiting komt vaker voor en maakt onderdeel uit van de legitieme reclamepraktijk waarbij de consument begrijpt dat zij niet alles letterlijk moet nemen. Er zal bij geen enkele consument verwarring ontstaan met betrekking tot herkomst van de producten en/of mogelijke verwantschap tussen Diadermine en de Stichting Nobel. Labori heeft een geldige reden om te verwijzen naar de Nobelprijs.
Het oordeel van de voorzitter
1) De bestreden reclame-uiting vermeldt zonder verdere context of toelichting “Nobelprijs-winnende technologie” in verband met het aangeprezen cosmetische product. De gemiddelde consument zal de uiting zo begrijpen dat het product zich kenmerkt door het feit dat daarin technologie is verwerkt die is bekroond met de Nobelprijs. Daarmee is gegeven dat de bestreden reclame-uiting onjuist en misleidend is. De Nobelprijs ziet immers, zoals klager onweersproken heeft gesteld, niet op een bepaalde technologie maar op fundamenteel onderzoek. Het is daarom niet mogelijk te claimen dat een bepaalde technologie is bekroond met een Nobelprijs. Gelet hierop is in de uiting geen juiste informatie verstrekt over bekroningen en onderscheidingen van het aangeprezen product zoals bedoeld onder f van artikel 8.2 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).
2) Daarbij overweegt de voorzitter dat het ontoelaatbaar is door vage claims en ongefundeerde verwijzingen naar een internationaal erkende prijs bij de consument onjuiste verwachtingen te wekken over de status van een product, in dit geval de claim dat het product werkt volgens een Nobelprijs-winnende technologie. Dit laatste zal door de gemiddelde consument als een belangrijk aankoopargument worden gezien. In feite ligt in de claim immers besloten dat de werking van het product internationaal is erkend. Hierdoor kan de gemiddelde consument ertoe gebracht worden een besluit over een transactie te nemen, dat hij anders niet had genomen. Om die reden is de uiting in strijd met artikel 7 NRC. Tevens acht de voorzitter de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 2 lid 9 van de Reclamecode Cosmetische Producten (RCP) 2023 door het gebruik van een vage claim. Naast het feit dat de uiting onjuist is, geldt dat deze onbegrijpelijk is voor de gemiddelde consument.
3) In het midden blijft of en in hoeverre de volgens Labori in het product verwerkte Photolyase een verwijzing naar het in 2015 Nobelprijs-winnende onderzoek naar DNA-reparatie-enzymen, uitgevoerd door Aziz Sancar, Paul Modrich en Tomas Lindahl kan rechtvaardigen. Deze vraag kan in deze procedure niet aan de orde komen nu de (indirecte) verwijzing naar dat onderzoek in de uiting al misleidend is. Voor zover Labori stelt dat het in de Nederlandse taal gebruikelijk is om de aanduiding ‘Nobelprijs-winnende technologie’ te gebruiken voor toepassingen die gebaseerd zijn op onderzoek waarvoor onderzoekers een Nobelprijs hebben gewonnen, geldt dat deze stelling onvoldoende is onderbouwd. Ook indien deze claim echter regelmatig zou voorkomen in andere (cosmetica)reclame, is geen sprake van een legitieme reclamepraktijk, nu deze praktijk blijkens het voorgaande misverstanden wekt bij de gemiddelde consument. Een verwijzing naar een Nobelprijs-winnende technologie kan bovendien niet anders worden opgevat dan als een objectieve, op feiten gebaseerde claim. De gemiddelde consument zal een dergelijke claim letterlijk nemen.
4) De voorzitter acht zowel Kruidvat als Labori verantwoordelijk voor het handelen in strijd met de NRC en de RCP 2023. De uiting is afkomstig van Labori maar verwijst uitdrukkelijk naar Kruidvat als winkelketen waar het product “exclusief” te koop is. Dat Kruidvat, zoals zij stelt, op geen enkele wijze bij de uiting is betrokken, acht de voorzitter onder deze omstandigheden onaannemelijk.
De voorzitter beslist op grond van het voorgaande als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het voorgaande acht de voorzitter de bestreden reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC en artikel 2 lid 9 RCP 2023. De voorzitter beveelt verweerders elk afzonderlijk aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.