De bestreden reclame-uiting
Het betreft een billboard van ClassicMaster langs de snelweg waarop een auto van het merk Mercedes is afgebeeld met daarbij de tekst:
“Youngtimers – bijtellingsvriendelijk
Vanaf €90 p.m.
ClassicMaster”.
De klacht
Op het billboard is een ‘young timer’ “Mercedes-Benz G-Klasse 55 AMB St. Wagon” te zien vanaf €90 per maand. Klager heeft vervolgens direct de website van ClassicMaster bezocht. Hier wordt deze auto, met dezelfde afbeelding, aangeboden voor €1.167 per maand. Dat is 13 keer zoveel als de prijs op het billboard. Bovendien wordt er op de website maar één auto voor €95 per maand aangeboden. Dit is een auto van een ander merk dan de op het billboard afgebeelde auto. Verder zijn alle aangeboden auto’s op de website minimaal €313 per maand. Klager vindt het billboard dan ook een “grote leugen”.
Het verweer
Adverteerder heeft wel youngtimers vanaf €30 per maand, afhankelijk van welke auto. Het gaat overigens over bijtelling.
Het oordeel van de voorzitter
1. Uit een reclame-uiting moet duidelijk blijken wat het aanbod inhoudt, om te voorkomen dat de gemiddelde consument op het verkeerde been wordt gezet. Aan deze voorwaarde is in de bestreden uiting niet voldaan. Op het billboard is een specifiek model auto afgebeeld met direct daarnaast een prijs (“Vanaf €90 p.m.”). De gemiddelde consument zal hierdoor in de veronderstelling verkeren dat hij deze specifieke auto bij adverteerder kan leasen voor de getoonde vanaf-prijs. Er is immers maar één auto afgebeeld, waardoor het aanbod expliciet op dit getoonde model van toepassing lijkt te zijn. De consument zal er daardoor vanuit gaan dat de vanaf-prijs voor het afgebeelde model geldt. Nu dit niet het geval blijkt te zijn, is er sprake van onjuiste informatie over de prijs waardoor de gemiddelde consument ertoe gebracht kan worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet had genomen. Dit betekent dat de reclame-uiting misleidend is als bedoeld in artikel 8.2 aanhef en onder d van de Nederlandse Reclame Code (NRC) en om die reden oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
2. Gelet op het bovenstaande beslist de voorzitter als volgt
De beslissing van de voorzitter
De voorzitter acht de reclame-uiting in strijd met artikel 7 NRC en beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.