Omschrijving:

Het betreft de Holland International reisgids waarin op pagina 34 een reis van 15 dagen naar Gran Canaria in appartement Riu Flamingo Playa del Ingles wordt aangeboden voor € 897,-.

Het oordeel van de Commissie (12 februari 2008)

Ingevolge artikel III onder 1 van de Reclamecode Reisaanbiedingen dienen aanbieders in hun reclame-uitingen correcte en duidelijke prijzen te hanteren. Aanbieders publiceren hun prijzen, al dan niet in verschillende kostenelementen gespecificeerd, inclusief op het moment van publicatie bekende onvermijdbare kosten. De weekendtoeslag en de airlinetoeslag zijn op het moment van publicatie bekende onvermijdbare kosten. Deze staan elders in de reisgids in een vluchtabel.
Gelet hierop is prijs in de uiting niet correct en duidelijk in de zin van genoemd artikel.
Met een verwijzing naar een vluchttabel als door adverteerder is overgelegd, is niet voldaan aan genoemd artikel.

De beslissing

Deze kunnen als volgt worden samengevat.

I.
In de beslissing van de Commissie blijft onderbelicht dat geïntimeerde door de publicatie in de Prijsbijlage niet op het verkeerde been is gezet en niet op basis van een onjuiste prijsopgave heeft besloten een reis te boeken.
In dit verband wijst TUI op het bepaalde in artikel 8.2 onder d van de Nederlandse Reclame Code (nieuw).

II.
De tariefstelling in de reisbranche is een complexe aangelegenheid. Dit vloeit voort uit de sterk periodegebonden tariefstelling voor transport en accommodatie en uit de behoefte aan keuzes en maatwerk van de afnemer in de reisbranche, welke leidt tot een breed aanbod.
Gelet op die complexiteit springt TUI zorgvuldig om met haar prijsbijlage. De kleurenbrochure en prijsbijlage van Holland International worden alleen in het kader van een concrete boeking/concreet boekingsvoornemen op het reisbureau aan de klant meegegeven.
De prijsbijlage heeft geenszins de aard of strekking van een advertentie of een prijslokkertje om een klant over te halen om een reis te boeken.

Om de tariefstelling in de prijsbijlage inzichtelijk te maken, worden per maand mogelijke vertrekdata/dagen met de zelfde (periode)tariefstelling gebundeld in een kolom weergegeven, met daaronder per te boeken locatie de tariefstelling voor de periode met die vertrekdatum/datum, uitgaande van vertrek vanaf Amsterdam.
In een dergelijke kolom kunnen zowel weekdagen als weekenddagen als vertrekdatum voorkomen. In een kolom waarin ook weekdagen voorkomen, kunnen geen weekendtoeslagen of specifieke datumtoeslagen worden verwerkt, omdat het van de keuze van de consument afhangt of een dergelijke toeslag van toepassing is. Er is in die zin geen sprake van onvermijdbare kosten.
Voor zover er wel sprake is van onvermijdbare kosten, te weten in die kolommen waarin alleen weekenddagen als vertrekdata voorkomen, geldt echter het volgende. Ten eerste varieert de verschuldigde toeslag al naar gelang de plaats van vertrek. Voorts dienen, in geval van vermelding van de weekendtoeslag, de rekenbladen waarmee de tabellen worden gegenereerd onderscheid te gaan maken tussen kolommen waarin de toeslag niet wordt opgenomen en kolommen waarin dat wel gebeurt. Dit is haalbaar maar gecompliceerd en geeft een grotere kans op fouten. Bovendien leidt dit tot de vreemde situatie dat in één prijstabel in de ene kolom de weekendtoeslag wel is verdisconteerd, terwijl deze er in de andere, voor zover het betreft vertrekdata in het weekend, nog een bedrag moet worden bijberekend.

Het is duidelijker om in de prijstabel één systematiek te hanteren en voor alle vertrek- en vluchttoeslagen naar dezelfde bijlage te verwijzen.

Er dient een keuze te worden gemaakt tussen een prijstabel die zo consistent en duidelijk mogelijk wordt gehouden en een tabel waarbij sprake is van “inclusiviteit”, ten koste van de consistentie en duidelijkheid.
Het publiceren van een aparte inclusiefprijs voor iedere eventualiteit leidt tot rekenbladen van onwerkbare afmetingen of prijsbijlagen die ongeveer vijf zo groot zouden zijn als de huidige bijlagen. Dit is weinig inzichtelijk en zou milieutechnisch moeilijk te verantwoorden zijn.
Wat betreft het dilemma tussen duidelijkheid en consistentie of “inclusiviteit” is door een werkgroep binnen de ANVR de voorkeur gegeven aan duidelijkheid en consistentie, met als gevolg dat er incidenteel kolommen in prijstabellen voorkomen die “inclusiever” zouden kunnen zijn.

In het informele overleg heeft TUI met de ANVR besproken dat binnen de Overleggroep Code Reisaanbiedingen de afspraak is gemaakt dat de onderhavige casus/problematiek aandacht verdient in de evaluatie omstreeks deze tijd -voorjaar 2008- van de Reclamecode Reisaanbiedingen (hierna: RR). Om die reden is het wellicht een idee de uitspraak in hoger beroep aan te houden totdat de uitkomst van die evaluatie bekend is.

4.1.
Het College stelt voorop dat het in de omstandigheid dat de RR in het voorjaar van 2008 wordt geëvalueerd geen aanleiding ziet om zijn uitspraak aan te houden.

Ten aanzien van de verschillende grieven overweegt het College het volgende.

Ad grief I.
Dat geïntimeerde door de gewraakte publicatie in de Prijsbijlage niet op het verkeerde been zou zijn gezet, is niet relevant voor het oordeel van de Commissie dat artikel III onder 1 RR is overtreden.

Artikel 8.2 onder b van de Nederlandse Reclame Code (nieuw), waarnaar TUI verwijst, is in dit geval niet van toepassing, omdat deze bepaling in werking is getreden op 1 februari 2008 en wordt toegepast op reclame-uitingen die zijn of worden geopenbaard na 12 december 2007, terwijl de onderhavige klacht dateert van 5 oktober 2007 en betrekking heeft op een toen reeds geopenbaarde uiting.

Ad grief II.
Anders dan de Commissie is het College van oordeel dat TUI in de onderhavige Prijsbijlage correcte en duidelijke prijzen heeft gehanteerd. Weliswaar zijn de prijzen niet steeds inclusief de op het moment van publicatie bekende onvermijdbare kosten gepubliceerd -zo bevat de Prijsbijlage kolommen die alleen betrekking hebben op vertrekdata in het weekend, en is de weekendtoeslag in die gevallen onvermijdbaar- maar voor de gemiddelde consument is voldoende duidelijk dat rekening dient te worden gehouden met eventueel bijkomende kosten, omdat bovenaan de vermelding van prijzen, in een vet gedrukte tekst “Voor weekend-, datum-, klasse en overige vertrektoeslagen” wordt verwezen naar “de vluchttabellen voorin de prijsbijlage”.
Naar het oordeel van het College kan van TUI redelijkerwijs niet worden gevergd dat zij in een uiting zoals de onderhavige Prijsbijlage, die reeds zeer veel pagina’s bevat, voor elke zich eventueel voordoende, veelal van de keuze van de consument afhankelijke situatie, prijzen inclusief één of meer van voornoemde toeslagen vermeldt.

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.