Samenvatting van de klacht
Klager beschouwt de reclame die hij heeft ontvangen in de vorm van een tekst bij de overschrijving van 0,01 naar zijn bankrekening als ‘spam’. Klager kent verweerder niet en hij heeft geen idee hoe zij aan zijn bankrekeningnummer komt.
Samenvatting van de reactie van adverteerder
Het communiceren van een factuurnummer of vrije tekst bij een (onverschuldigde) betaling heeft niets van doen met spam. Verweerder heeft slechts deelgenomen aan een pilot. Er blijkt een Sepa XML te zijn aangeleverd die te goeder trouw is ingeladen bij de bank in de veronderstelling dat sprake zou zijn van gevalideerde data van prospects met een concrete interesse en/of ervaring met private lease. Kennelijk is gebruik gemaakt van foutieve data. Verweerder hanteert een eigen privacy statement, verwerkt persoonsgegevens op een correcte manier en neemt als lid van Thuiswinkel Waarborg met verre afstand van oneerlijke handelspraktijken dan wel schending van privacy. Er is geen sprake geweest van kwade wil of opzet maar van menselijk falen door een technische medewerker van een bedrijf. Verweerder betreurt dit en biedt excuses aan.
Het oordeel van de voorzitter
Klager zag naar aanleiding van het overmaken door verweerder van € 0,01 op zijn bankrekening een tekst met daarin een aanbieding voor een nieuw bed. Niet in geschil is dat klager geen toestemming heeft gegeven voor het op een dergelijke wijze ontvangen van reclame via verweerder. Gelet op de aard van de communicatie is daardoor gehandeld in strijd met artikel 11.7 lid 1 Telecommunicatiewet. Dit impliceert dat niet overeenkomstig de wet reclame is gemaakt als bedoeld in artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code ( NRC). Verweerder is hiervoor als afzender verantwoordelijk. Nu zij heeft erkend dat sprake is van een fout en zij heeft toegelicht hoe deze fout is ontstaan, neemt de voorzitter aan dat verweerder niet nogmaals op een dergelijke wijze (zonder toestemming van betrokkene) gebruik zal maken van bankgegevens. Om die reden zal de aanbeveling om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken worden gedaan voor zover nog nodig.
De beslissing van de voorzitter
De voorzitter acht de onderhavige wijze van verspreiden van reclame in strijd met artikel 2 NRC. De voorzitter beveelt verweerder, voor zover nodig, aan om niet meer op een dergelijke wijze te handelen.