De bestreden reclame-uiting

Het betreft de in de webshop van Karwei met 50% korting aangeboden “Keter grande-store tuinkast 2020 L”. De uiting vermeldt de doorgestreepte prijs van € 649,00, de kortingsprijs van € 324,50 en de mededeling “Aanbieding t/m 18-09-2022”. Onder de uiting staat: “Momenteel online niet op voorraad”.

Samenvatting van de klacht

Sinds 9 mei 2022 is de ‘Keter grande-store tuinkast 2020 L’ in de aanbieding, eerst met 30% korting en inmiddels met 50% korting. Op 5 september 2022 heeft adverteerder de aanbieding opnieuw op de website geplaatst, nu t/m 18 september. Er wordt echter steeds vermeld dat de kast online niet kan worden besteld en ook niet in de winkel kan worden gekocht. Klager heeft meerdere keren contact gehad met een filiaal en met de klantenservice van adverteerder. Hij is doorverwezen naar Keter, die stelt dat de tuinkast geleverd kan worden als adverteerder een bestelling doet. Adverteerder blijkt echter niet van plan te zijn de kast voor klager te bestellen. Klager vraagt of het is toegestaan dat adverteerder bij herhaling de tuinkast aanbiedt terwijl vooraf bekend is dat zij deze niet gaat leveren.

Samenvatting van het verweer

Adverteerder erkent dat zij het product uit de webshop had moeten halen nu dit was uitverkocht. Hoewel het artikel (ook in de bouwmarkt) uitverkocht was, had de bouwmarkt dit echter wel kunnen bestellen. Indien klager dit wenst, kan hij het product bij de bouwmarkt bestellen (zolang het beschikbaar en te bestellen is). Naar aanleiding van de klacht is het product offline gehaald.

Het oordeel van de voorzitter

Als erkend is komen vast te staan dat adverteerder in haar webshop de Keter grande-store tuinkast met korting aanbiedt, terwijl de tuinkast op het moment van adverteren zowel in de webshop als in de bouwmarkt uitverkocht was. De stelling van klager dat deze situatie reeds geruime tijd gold, is niet weersproken. Hierdoor kan de consument geen gebruik maken van de geadverteerde aanbieding. De voorzitter acht dit handelen in strijd met de vereisten van professionele toewijding waardoor het economisch gedrag van de gemiddelde consument wezenlijk wordt of kan worden verstoord. Daardoor is sprake van oneerlijke reclame in de zin van artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

In de mededeling van adverteerder dat de uiting naar aanleiding van de klacht offline is gehaald, ziet de voorzitter aanleiding de aanbeveling te doen voor zover nog nodig.

De beslissing van de voorzitter

De voorzitter acht de reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Hij beveelt adverteerder voor zover nog nodig aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.