De bestreden reclame-uiting
Het betreft een televisiecommercial van ABN AMRO, waarin een man vertelt over het hergebruik van vliegtuigonderdelen door zijn bedrijf. Daarbij is onder meer te zien dat hij een vrachtwagen met een vliegtuigonderdeel inhaalt op de weghelft van het hem tegemoetkomende verkeer dat door een dubbele streep is gescheiden van de weghelft waarop hij behoort te rijden.
De klacht
De getoonde situatie is volgens klager niet bevorderlijk voor de verkeersveiligheid.
Het oordeel van de voorzitter
In de televisiecommercial is te zien dat de hoofdpersoon een vrachtwagen inhaalt op de weghelft van het hem tegemoetkomende verkeer dat door een dubbele streep is gescheiden van de weghelft waarop hij behoort te rijden. Hierdoor is sprake van een gevaarlijke en wettelijk niet toegestane gedraging. Dit brengt echter nog niet mee dat de reclame-uiting om die reden ontoelaatbaar is. De bewuste scène duurt slechts kort en speelt in het geheel van de televisiecommercial geen enkele rol. De aanprijzing ziet immers op de ABN AMRO als bank die het bedrijf van de man zou hebben gefinancierd. Van de onderhavige scène gaat ook verder geen gevaar voor navolging uit. Op grond van het voorgaande gaat de televisiecommercial de grens van het toelaatbare niet te buiten en wordt beslist als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af