De bestreden reclame-uiting
Het betreft de website van adverteerder (www.sunnycars.nl) voor zover hierop huurauto’s worden aangeboden op de locatie Boedapest, waaronder de categorie ‘Compact STW’, waarbij onder meer wordt gezegd: “Opel Astra of soortgelijk”.
De klacht
Deze wordt als volgt samengevat. Klaagster heeft bij adverteerder een auto gehuurd van de categorie ‘Opel Astra STW of soortgelijk’. Toen zij de auto in Boedapest ophaalde, ontving ze niet de auto die ze op grond van de huurovereenkomst mocht verwachten, maar een Dacia Logan Stationwagen. Deze auto heeft een veel lagere catalogusprijs, hetgeen van invloed is op onder meer de veiligheid en het comfort van de auto.
De reactie van adverteerder
De klacht betreft niet zo zeer de reclame-uiting maar de uitvoering van het contract. Klaagster stelt terecht dat haar een andere auto is geleverd dan waarop zij kon vertrouwen. Adverteerder verwijst naar een bij de klacht gevoegde uitvoerige notitie waarin de bevindingen met betrekking tot de klacht, kort weergegeven, als volgt zijn uitgewerkt. De reclame-uiting is juist en aan klaagster had een auto van de categorie ‘DF – Opel Astra STW of gelijkwaardig’ moeten worden verstrekt. Ter plaatse is een verkeerde auto (Dacia Logan) aan klaagster meegegeven. Omwisselen van de auto bleek geen optie omdat klaagster al was weggereden. In vrijwel alle gevallen krijgt de huurder wel de juiste categorie auto. In de gevallen waarin de uitvoering onjuist is, krijgt de huurder schadevergoeding en ook klaagster heeft recht op een vergoeding wegens het feit dat haar een auto van een lagere categorie is verstrekt.
De re- en dupliek
Klaagster stelt, kort samengevat, dat de klacht wel de reclame-uiting betreft. Na het melden van de klacht over de onjuiste auto is adverteerder drie keer blijven volharden in het standpunt dat het een gelijkwaardig voertuig betrof. Dat adverteerder in het kader van deze klacht haar standpunt heeft gewijzigd, neemt niet weg dat de reclame-uiting misleidend is.
Adverteerder handhaaft haar standpunt.
Het oordeel van de voorzitter
Adverteerder heeft erkend dat klaagster een huurauto heeft ontvangen die niet voldeed aan de voorwaarden van de door partijen gesloten huurovereenkomst. De door haar ontvangen auto was immers van een andere, lagere categorie dan de auto waarop klaagster krachtens het huurcontract recht had. De voorzitter ziet hierin evenwel geen aanleiding om te oordelen dat sprake is van een onjuiste reclame-uiting. Niet gesteld of aannemelijk is dat adverteerder stelselmatig een auto van een te lage categorie beschikbaar stelt, zodat het ervoor moet worden gehouden dat de reclame-uiting als zodanig juist is, maar dat in dit specifieke geval de lokale organisatie in Boedapest, die verantwoordelijk was voor de uitvoering van het contract, aan klaagster ten onrechte een auto van een lagere categorie heeft verstrekt. Dat adverteerder, zoals klaagster stelt, in de communicatie met haar aanvankelijk van een onjuiste opvatting is uitgegaan met betrekking tot de categorie waarin de verstrekte auto viel, maakt het voorgaande niet wezenlijk anders. Nu het aldus ervoor moet worden gehouden dat de reclame-uiting juist is, kan de klacht niet slagen. De door adverteerder erkende onjuiste uitvoering van het contract dient langs contractuele weg te worden afgewikkeld en is geen kwestie waarover de voorzitter kan oordelen in het kader van een klacht over misleidende reclame. Om die reden wordt beslist als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Gelet op het bovenstaande wijst de voorzitter de klacht af.