Omschrijving:Het betreft een televisiereclame van Unilever Nederland Holdigns B.V., waarin onder meer het volgende wordt gezegd: |
De klacht In de uiting wordt beweerd dat margarine de belangrijkste bron van vitamine D is. Klager bestrijdt dit en meent dat zonlicht de belangrijkste bron van vitamine D is. Klager verwijst naar www.voedingscentrum.nl waarop staat dat het lichaam zelf met behulp van zonlicht het overgrote deel van de hoeveelheid D maakt die nodig is. |
Het verweer Het Voedingscentrum spreekt zich niet uit over de vraag of zonlicht de belangrijkste bron van vitamine D is. Formeel dient de klacht tegen het Voorlichtingsbureau Margarine, Vetten en Oliën te worden ingediend omdat de campagne van dit bureau afkomstig is. Op de website van het Voedingscentrum staat onder meer: “belangrijke bronnen van vitamine D zijn halvarine, margarine en bak- en braadproducten, waaraan vitamine D is toegevoegd”. Adverteerder ontkent niet dat zonlicht een bron van vitamine D kan zijn maar de belangrijkste bron voor vitamine D blijven halvarine, margarine en bak- en braadproducten. |
|
De mondelinge behandeling Adverteerder legt een afdruk over van een pagina van de website van het Voedingscentrum inzake vitamine D. Op deze pagina staat: “Onder invloed van zonlicht (ultraviolette straling) wordt in de huid vitamine D gevormd. Deze hoeveelheid is echter niet voor alle groepen en onder alle omstandigheden toereikend en daarom is aanvulling via de voeding nodig.” Adverteerder is van mening dat margarine de belangrijkste bron van vitamine D is omdat deze voor iedereen altijd beschikbaar is. Voorts acht adverteerder sprake van de in reclame gebruikelijke overdrijving.
|
Het oordeel van de Commissie (8 maart 2007) Het verweer dat niet adverteerder maar het Voorlichtingsbureau Margarine, Vetten en Oliën voor de uiting aangesproken dient te worden, verwerpt de Commissie, aangezien adverteerder zichzelf in de uiting met zijn naam en zijn product Becel profileert als adverteerder. Volgens de uiting is een boterham met margarine uit een kuipje gezonder en is dit “de belangrijkste bron van vitamine D”. Het Voedingscentrum neemt ultraviolette straling aldus als uitgangspunt en noemt halvarine, margarine en bak- en braadproducten, waaraan vitamine D is toegevoegd “belangrijke bronnen van vitamine D”. De Commissie overweegt voorts dat er – naast ultraviolette straling – diverse andere bronnen van vitamine D zijn waarvoor gekozen kan worden, afhankelijk van de persoonlijke voorkeur en dat niet is gebleken dat margarine zich dusdanig van de andere bronnen onderscheidt dat deze de belangrijkste bron kan worden genoemd. Dat margarine als bron van vitamine D voor iedereen altijd beschikbaar is, betekent nog niet dat deze de belangrijkste bron is. Gelet op het vorenstaande acht de Commissie de claim “het is de belangrijkste bron van vitamine D” onjuist, althans te absoluut en daardoor misleidend. |
De beslissingOp grond van het vorenstaande acht de Commissie de uiting in strijd met artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. |
De grieven Deze kunnen als volgt worden samengevat. I. II. Unilever baseert haar mening dat margarine uit een kuipje de belangrijkste bron van vitamine D is op het volgende: a. b. III. |
Het antwoord in appel De grieven zijn gemotiveerd weersproken. |
De mondelinge behandeling Mr De Jongh licht het standpunt van Unilever nader toe.
|
Het oordeel van het College 1. De grieven lenen zich voor gezamenlijke behandeling. 2. Het College stelt vast dat de gewraakte uiting aanvangt met een aantal vergelijkingen tussen voeding die “gezond” is en voeding die “gezonder” is. Achtereenvolgens verschijnen in beeld: 3. In haar klacht heeft geïntimeerde bestreden dat margarine “de belangrijkste bron van vitamine D” zou zijn en gesteld dat haars inziens zonlicht de belangrijkste bron van vitamine D is. Zij heeft daarbij onder verwijzing naar de website www.voedingscentrum.nl de veronderstelling geuit dat het Voedingscentrum het in dezen met haar eens is. Een afdruk van deze website heeft geïntimeerde niet overgelegd. 4. Naar het oordeel van het College zal de gemiddelde consument tot wie de uiting zich richt de mededeling “En het is de belangrijkste bron van vitamine D”, in het geheel van de overige inhoud van de reclame-uiting, opvatten als gedaan in het verband van voedingsmiddelen die aan de gezondheid kunnen bijdragen en deze mededeling beschouwen als de opvatting van Unilever dat de getoonde margarine onder voedingsmiddelen de belangrijkste bron van vitamine D is. Unilever heeft voorts, ook tegen de achtergrond van hetgeen kan worden afgeleid uit de overgelegde gegevens van het Voedingscentrum, voldoende aannemelijk gemaakt dat margarine, door het veelvuldige gebruik daarvan door de gemiddelde consument, in verhouding tot andere voedingsmiddelen die vitamine D bevatten, zoals bijvoorbeeld vette vis, in zeer belangrijke mate voorziet in de behoefte aan vitamine D. Daarom is naar het oordeel van het College geen sprake van een zodanig onjuiste of te absolute claim, dat de uiting, ook al zou deze getuigen van enige, in de reclame niet ongebruikelijke, overdrijving, daardoor misleidend is.
|
De beslissing Het College vernietigt de beslissing van de Commissie en wijst alsnog de klacht af. |