a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Terug naar zoekresultaten

Voeding en niet- alcoholhoudende dranken

Dossiernr:

2009/00458

Datum:

22-01-2010

Uitspraak:

Vernietiging Beslissing RCC

Product/dienst:

Voeding en niet- alcoholhoudende dranken

Motivatie:

Maatschappelijk (on)verantwoord

Medium:

Audiovisuele Mediadiensten

 

 

Na de vergadering heeft geïntimeerde uit eigen beweging bij e-mail van 20 november 2009 gereageerd op het namens Unilever overgelegde onderzoeksrapport. Geïntimeerde heeft -samengevat- meegedeeld dat zijns inziens wat betreft Becel Keuken Light voldoende is aangetoond dat na het bakken voldoende omega-3 vetzuren overblijven en dat hij zijn bezwaren tegen de gewraakte reclame laat vallen.

 

De intrekking van de klacht leidt tot de volgende beslissing.

 

 

De beslissing

 

Het College vernietigt de tussenbeslissing van de Commissie.  

 

 

De bestreden uitingen

 

1. Televisiecommercial

Het betreft een televisiecommercial voor het product ‘Becel Keuken Light’ waarin over het product onder meer het volgende wordt gezegd:

“Het bevat meer gezonde Omega-3 en -6 dan olijfolie”.

In de commercial is te zien dat een vrouw in een wok eten bereidt met Becel Keuken Light.

 

2. Website

Op de websitepagina http://www.becel.nl/Consumer/Articel.aspx?Path=Consumer/HealthyHeartLiving/OurPruducts/BecelKeukenLight staat onder meer:

“Becel Keuken Light. Goed voor hart en bloedvaten. Verrijkt met Omega 3 & 6” en

“We weten allemaal dat olijfolie goed voor je is, maar de nieuwe Becel Keuken Light bevat veel méér Omega 3 en 6 vetten die gezond zijn voor het hart. Het is gemaakt van plantaardige oliën”.

Hieronder wordt, door middel van foto’s en tekst, uitgelegd hoe men Becel Keuken Light dient te gebruiken. Onder meer staat in de tekst:

“(…) Laat de pan op hoog vuur heet worden. Spuit de gewenste hoeveelheid in de pan (…)”

 

De klacht

 

Op basis van de klacht van 11 juni 2009 en de aanvullende e-mail van 12 juni 2009 vat de Commissie de bezwaren van klager als volgt samen.

 

In de uitingen wordt beweerd dan wel gesuggereerd dat het bewuste product gezond is. Wanneer men echter met omega-3 en omega-6 vetzuren bakt, oxideren deze vetzuren en kunnen verzadigde vetzuren en vermoedelijk kankerverwekkende transvetzuren ontstaan. Voorts wordt gesuggereerd dat bakken met olijfolie gezond is, terwijl dit eveneens schadelijk is voor de gezondheid.

 

Gelet op het voorgaande zijn de uitingen in strijd met de artikelen 2, 3, 4, 5 en 9 van de Nederlandse Reclame Code (NRC). Voorts zijn de uitingen misleidend in de zin van de artikelen 8.2 en 8.3 en derhalve oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.

 

Het verweer

 

Adverteerder heeft – samengevat –het volgende verweer gevoerd.

 

Adverteerder beweert in de uitingen niet dat Becel Keuken Light gezond is. De nadruk wordt gelegd op de aanwezigheid van de essentiële omega-3 en omega-6 vetzuren en op het feit dat er veel meer van deze gezonde vetzuren in Becel Keuken Light zitten dan in olijfolie. De Commissie heeft in haar uitspraak van 13 maart 2009 (dossier 2009/00063) geoordeeld dat deze boodschap juist en niet misleidend is.

De stelling van klager dat omega-3 en omega-6 vetzuren, door deze te bakken, zouden oxideren tot verzadigde en voor een deel tot kankerverwekkende vetzuren, is niet wetenschappelijk onderbouwd. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat, bij het verhitten van de bewuste vetzuren, deze niet opmerkelijk afnemen en dat er evenmin andere negatieve gevolgen zijn. Dit blijkt onder meer uit een door de Nederlandse Hartstichting gesponsord wetenschappelijk onderzoek. Deze studie is gepubliceerd in het vaktijdschrift ‘Voeding’ en is door adverteerder bij zijn verweer gevoegd.

In de uitingen wordt overigens niets gezegd over het effect van verhitting op de omega-3 en omega-6 vetzuren.

 

De repliek

 

Klager blijft bij zijn standpunt en licht dit nader toe. De Commissie vat de toelichting van klager als volgt samen.

 

In een Westers dieet is het niet noodzakelijk om omega-6 vetzuren toe te voegen. Dat omega-3 vetzuren voor de meeste mensen gezond zijn wordt door klager niet betwist. Wel betwist hij dat er in het bewuste product, nadat ermee gebakken of gebraden is, nog omega-3 vetzuren aanwezig zijn.

Met betrekking tot het door adverteerder aangehaalde onderzoek stelt klager onder meer dat de in dat onderzoek gebruikte oliën geen omega-3 vetzuren bevatten en dat bakken niet kan worden vergeleken met frituren, omdat bij frituren de temperatuur veelal lager is en gefrituurde producten aan minder licht en zuurstof worden blootgesteld.

Ter onderbouwing van zijn standpunt legt klager kopieën over van een tekst uit het boek “Vitale Vetten Fatale Vetten” van Udo Erasmus, die in 1986 promoveerde met het proefschrift “Fats and Oils”. Voorts verwijst hij naar het artikel: “Verhitte frituurvetten” van Ir. J.A. Wijsman van het Instituut CIVO-Technologie TNO en drs. E.J. Sinkeldam van het Instituut CIVO-Toxicologie en Voeding TNO.

 

De dupliek

 

Adverteerder blijft bij zijn standpunt. Voor zover adverteerder zijn standpunt nader toelicht, vat de Commissie dit als volgt samen.

 

Met betrekking tot Klagers verwijzing naar het boek “Vitale Vetten, Fatale Vetten”, verwijst adverteerder naar een artikel in het vaktijdschrift Elsevier Voedingsmiddelen Industrie van 2006 over de schrijver van dit boek, Udo Erasmus, waarin hij onder meer omschreven wordt als “notoire jokkebrok”. Adverteerder stelt dat de theorieën van Udo Erasmus niet wetenschappelijk zijn onderbouwd en lijnrecht ingaan tegen de gezondheidsadviezen van internationale organisaties, zoals de World Health Organisation (WHO). Adverteerder legt een kopie over van het genoemde artikel in de Elsevier Voedingsmiddelen Industrie. Daarnaast legt hij de “infowijzer Bakken en Braden” en de “infowijzer Oliën” over van het Voorlichtingsbureau Margarine, Vetten en Oliën. In deze infowijzers wordt geadviseerd om bak- en braadproducten met onverzadigde vetten te gebruiken, zoals zonnebloemolie, olijfolie en raapolie. Het product van adverteerder bestaat uit zonnebloemolie, raapolie en lijnzaadolie, welke oliën voor een belangrijk deel bestaan uit omega-6 vetzuren (zonnebloemolie) en omega-3 vetzuren (raapolie en lijnzaadolie). Deze oliën kunnen onder normale condities in de keuken goed worden gebruikt en worden aangemerkt als gezonder dan de bak- en braadproducten die voornamelijk bestaan uit verzadigde vetten.

Met betrekking tot de opmerkingen van klager over de studie waarnaar door adverteerder is verwezen, stelt adverteerder dat klager zijn stellingen niet aannemelijk heeft gemaakt. Adverteerder betwist gemotiveerd de stelling van klager dat de gebruikte oliën geen omega-3 vetzuren zouden bevatten. Adverteerder ontkent niet dat de omstandigheden in deze studie afwijken van de normale condities bij het bakken en braden. Wel betwist adverteerder de conclusies die klager hieraan verbindt.

 

De mondelinge behandeling

 

Mr. Artz voornoemd heeft het standpunt van adverteerder nader toegelicht.

 

Het oordeel van de Commissie

 

In beide reclame-uitingen wordt meegedeeld dat het product van adverteerder meer omega-3 en omega-6 vetzuren bevat dan olijfolie en dat deze vetzuren gezond zijn. Dat deze vetzuren op zichzelf gezond zijn wordt niet door klager weersproken. Evenmin wordt door klager betwist dat het product van adverteerder in onverhitte toestand, meer omega-3 en 6 vetzuren bevat dan olijfolie.

 

In deze procedure is van belang dat men het bewuste product uitsluitend geacht wordt te gebruiken bij het bakken of braden van voedsel. In een mededeling dat een dergelijk product bepaalde eigenschappen heeft, ligt naar het oordeel van de Commissie de suggestie besloten dat dit product deze eigenschappen nog altijd heeft nadat hiermee is gebakken of gebraden. In de gewraakte mededeling ligt derhalve de suggestie besloten dat dit product, ook nog op het moment dat het, volgens normaal gebruik hiervan, is verhit, meer omega-3 en omega-6 vetzuren bevat dan olijfolie en dat de gezonde eigenschappen van deze vetzuren door het bakken of braden niet zijn teniet gegaan.

 

Het bezwaar van klager is – in essentie – gebaseerd op zijn gemotiveerde stelling dat, wanneer het bewuste product wordt verhit, de samenstelling ervan zodanig verandert, dat

de genoemde vetzuren niet meer in het product aanwezig zijn, althans niet meer in dezelfde hoeveelheid en/of met dezelfde chemische structuur als vóór het verhitten. In deze procedure is derhalve hoofdzakelijk de vraag aan de orde of, na het bakken of braden met het product de omega-3 en omega-6 vetzuren in dezelfde hoeveelheid en structuur aanwezig zijn als voor het bakken of braden. Nu klager dit gemotiveerd heeft betwist, ligt het op de weg van adverteerder om dit aannemelijk te maken.

 

Adverteerder heeft in dit verband gewezen op een door de Nederlandse Hartstichting gesponsord onderzoek, waarbij bepaalde oliën, die volgens adverteerder de bewuste vetzuren bevatten, op zeer hoge temperatuur en meerdere malen zijn gefrituurd. Met dit onderzoek werd aangetoond dat “zelfs onder extreme omstandigheden van langdurige verhitting en meerdere malen gebruik van hetzelfde vet (…) géén sprake is van een opmerkelijke afname van het gehalte van de gezonde PUFA vetzuren of van enige andere negatieve gevolgen”, aldus adverteerder. Uit de door adverteerder overgelegde infowijzers blijkt voorts dat “plantaardige oliën zoals zonnebloemolie, olijfolie en raapolie geschikt zijn om te verhitten en bestand zijn tegen hoge temperaturen”.

 

Niet gesteld of gebleken is echter dat er sprake is geweest van een onderzoek naar de gevolgen van verhitting van het product van adverteer­der als zodanig en onder omstandigheden die bij koken of bakken met het product als ‘normaal’ te beschouwen zijn. Gelet op het voorgaande heeft adverteerder, naar het oordeel van de Commissie, tegenover de gemotiveerde betwisting hiervan door klager, onvoldoende aannemelijk gemaakt dat zijn product na verhitting bij normaal gebruik, nog steeds, zoals in de gewraakte uitingen wordt gezegd, meer omega-3 en omega-6 vetzuren dan olijfolie bevat en dat de structuur of samenstelling hiervan niet dermate is gewijzigd, dat deze vetzuren hun gezonde eigenschappen verliezen.

 

Nu klager gemotiveerd en onder verwijzing naar literatuur de juistheid van de reclame betwist en adverteerder geen stukken heeft overgelegd waaruit blijkt dat Becel Keuken Light als samengesteld product ook na verhitting nog de specifieke eigenschappen heeft die in de reclame daaraan worden toegeschreven, zal de Commissie adverteerder, overeenkomstig hetgeen is bepaald in artikel 15 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), in staat stellen de juistheid van de reclame aannemelijk te maken. Ten aanzien van de daarbij aan adverteerder te stellen eisen is het volgende van belang.

 

In het onderhavige geval is sprake van een vergelijkende voedingsclaim, waarbij het de vraag is of de vergelijking ook nog juist is, nadat het product is gebruikt voor het doel waarvoor het blijkens de reclame-uitingen is bestemd, te weten bakken en braden. Het gebruik van een voedingsclaim dient te zijn gebaseerd op en te zijn onderbouwd door algemeen aanvaard wetenschappelijk bewijs. Gelet hierop wordt van adverteerder verlangd dat zij een door een onafhankelijke deskundige opgesteld rapport overlegt, waaruit blijkt dat Becel Keuken Light ook na verhitting, onder bij het bakken en braden als normaal te beschouwen omstandigheden, nog steeds meer omega-3 en omega-6 vetzuren bevat dan olijfolie en dat de structuur van de vetzuren niet is gewijzigd, althans niet zodanig dat deze hun gezonde eigenschappen verliezen.

Het verdient aanbeveling om de deskundige deze beslissing te doen toekomen en hem te verzoeken in het rapport te vermelden dat hij deze beslissing heeft ontvangen, zodat er geen twijfel over kan bestaan of de deskundige op de hoogte is van het debat tussen klager en adverteerder.

 

De beslissing

 

De Commissie stelt adverteerder in de gelegenheid om binnen 28 dagen na dagteke­ning  van deze beslissing het hiervoor bedoelde deskundigenrapport over te leggen.

 

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken