Samenvatting van de klacht
De klacht ziet op de per e-mail ontvangen reclame van afzender FranceComfort.
Klager meent geen toestemming te hebben gegeven voor het ontvangen van de nieuwsbrief van afzender. Klager heeft meegedaan aan een winactie van afzender. In de actievoorwaarden is het volgende opgenomen: “De actiepartners zullen de gegevens van de deelnemers behandelen conform de Wet Bescherming Persoonsgegevens en de AVG. De gegevens zullen worden gebruikt ter uitvoering van deze actie alsmede voor het toesturen van informatie in het kader van direct marketingactiviteiten, zoals e-mail nieuwsbrieven.” Hiermee is sprake van meerdere doeleinden: uitvoering van de winactie en het toesturen van informatie in het kader van marketingactiviteiten. Het instemmen met actievoorwaarden moet worden gezien als één actieve handeling. In Overweging 42 bij de Algemene Verordening Gegevensbescherming (hierna: AVG) staat: Toestemming mag niet worden geacht vrijelijk te zijn verleend indien de betrokkene geen echte of vrije keuze heeft of zijn toestemming niet kan weigeren of intrekken zonder nadelige gevolgen. Het niet instemmen met de actievoorwaarden leidt ertoe dat iemand niet mee kan doen met de winactie. Dat is een nadelig gevolg. Bovendien staat in Overweging 43 bij de AVG: De toestemming wordt geacht niet vrijelijk te zijn verleend indien geen afzonderlijke toestemming kan worden gegeven voor verschillende persoonsgegevensverwerkingen ondanks het feit dat dit in het individuele geval passend is, of […]”. Voor verschillende doeleinden was afzonderlijke toestemming passend geweest. In die situatie had klager mee kunnen doen met de winactie en een vrije keuze kunnen hebben ten aanzien van het ontvangen van de nieuwsbrief. Er is dus geen actieve toestemming verleend en dus is sprake van strijd met artikel 1.3a Code E-mail.
Samenvatting van het verweer
Afzender legt de vraag voor of de klacht valt onder de reikwijdte van de Reclame Code Commissie (hierna: RCC). De RCC heeft de taak om misleidende reclame te weren en de markt hiervoor te beschermen en om maatregelen te nemen indien dit zich toch zou voordoen. Dat is echter niet aan de orde in het onderhavige geval.
Afzender kan zich niet vinden in de stelling van klager dat het ontvangen van nieuwsbrieven weggestopt zit in de actievoorwaarden. De actievoorwaarden bestaan uit 1,5 A4’tje en er is een groot lettertype gebruikt.
Verder wijst afzender erop dat het gebruikelijk is dat een winactie wordt uitgezet met een bepaald doel. Er wordt niet zomaar een vakantie weggegeven zonder dat daar iets tegenover staat. Omdat het gebruikelijk is, ligt het nog meer voor de hand om de actievoorwaarden door te nemen.
Tot slot is op het moment dat klager contact opnam met afzender direct gemeld dat hij zich kon afmelden voor de nieuwsbrief. Die mogelijkheid wordt ook in elke nieuwsbrief geboden. Dat had klager kunnen doen. In die zin is er geen verplichting verbonden aan de actie. Deelnemers kunnen zich na het ontvangen van de eerste nieuwsbrief direct weer uitschrijven.
Het oordeel van de voorzitter
1. Klager stelt dat de bestreden e-mail in strijd is met artikel 1.3.a van de Code e-mail, nu er geen toestemming is verleend voor het ontvangen van nieuwsbrieven. Voor de voorzitter inhoudelijk ingaat op de klacht zal eerst worden ingegaan op procedurele vraag van afzender.
2. Afzender stelt de vraag of de RCC bevoegd is om te beslissen over klachten, waarbij geen sprake is van misleidende reclame. De RCC is bevoegd om klachten te toetsen aan de Nederlandse Reclame Code (hierna: NRC) en de verschillende bijzondere reclamecodes, waaronder de Code e-mail. De RCC is dus niet alleen bevoegd in de situatie dat de reclame-uiting mogelijk misleidende reclame betreft. De voorzitter oordeelt als volgt over de klacht.
3. Artikel 1.3a van de Code e-mail bepaalt dat het verzenden van reclame via e-mail alleen is toegestaan na actieve toestemming vooraf of als het e-mailadres is verkregen in het kader van een verkoop of schenking en wordt gebruikt voor het aanbieden van eigen gelijksoortige producten of diensten, waarbij er geen gebruik is gemaakt van de mogelijkheid zich af te melden. Als niet aan een van deze voorwaarden is voldaan, is het toezenden van reclame via e-mail in strijd met artikel 1.3a van de Code e-mail.
4. Niet in geschil is dat klager heeft meegedaan aan de winactie van afzender en daarmee akkoord is gegaan met de daarbij horende actievoorwaarden. Voor het meedoen aan de actie was het noodzakelijk om een naam en een e-mailadres in te vullen en akkoord te gaan met de actievoorwaarden. Niet in discussie is dat in de actievoorwaarden staat opgenomen dat de verzamelde gegevens mede worden gebruikt voor het toesturen van informatie in het kader van direct marketingactiviteiten, zoals e-mail nieuwsbrieven. Naar het oordeel van de voorzitter is met het akkoord gaan met de actievoorwaarden in het kader van een zogenaamde winactie echter geen sprake van toestemming in de zin van artikel 1.3a van de Code e-mail. Niet kan immers worden aangenomen dat daarmee uitdrukkelijk toestemming is gegeven voor het, niet zonder meer in direct verband met de winactie staand toezenden van nieuwsbrieven. Het is dus niet voldoende om alleen in de actievoorwaarden van de winactie te vermelden dat toestemming wordt gegeven voor het ontvangen van reclame via e-mail. Het voorgaande brengt met zich mee dat niet is voldaan aan de voorwaarden waaronder reclame via e-mail mag worden toegezonden. Hierdoor heeft afzender gehandeld in strijd met artikel 1.3.a Code e-mail. De voorzitter beslist als volgt.
De beslissing van de voorzitter
De voorzitter acht de bestreden reclame-uiting in strijd met artikel 1.3a van de Code e-mail. De voorzitter beveelt afzender aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.