a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Dossiernr:

2007/07.0157

Datum:

29-06-2007

Uitspraak:

Aanbeveling

Product/dienst:

Motivatie:

Medium:

Omschrijving:

Het betreft een poster van Boekhandels Groep Nederland B.V., die is aangebracht op de etalageruit van Selexyz Broese, te Utrecht en die tevens in de winkel hangt.
Daarop staat: “ economie-boeken
hier
goedkoper
dan bij ECU’92

selexyz broese
(geldt niet voor Nederlandstalige titels)”

De klacht

De prijzen bij adverteerder zijn niet lager. Onduidelijk is welke prijsvergelijking is gemaakt en op welk tijdstip dit is gebeurd. De datum is van belang omdat de prijzen nog wel eens worden verlaagd. Op dit moment is niet het hele assortiment bij adverteerder goedkoper dan bij klager. Gelet hierop is de uiting in strijd met artikel 14 aanhef en onder a, c en e van de Nederlandse Reclame Code (NRC).

Het verweer

In de eerste plaats stelt adverteerder dat hij niet gehouden is noch kan worden aan de bepalingen van de Nederlandse Reclame Code. Geheel onverplicht voert adverteerder tegen de klacht het volgende aan.
Van misleiding is geen sprake. De boodschap is kort en bondig en verifieerbaar door een simpele vergelijking van de prijzen. De vergelijking is objectief. Deze betreft de voor de desbetreffende studenten op dat moment relevante (niet-Nederlandstalige) studieboeken. Gelet op het vorenstaande is niet staande te houden dat de goede naam van klager geschonden zou zijn. Het enkele feit dat een aanbieder een beperkte selectie artikelen voor een lagere prijs aanbiedt dan een ander kan niet leiden tot het schaden van de goede naam van die ander.

De repliek

Om aan te tonen dat klager lagere prijzen hanteert, wordt een prijsvergelijking overgelegd opgemaakt op 17 januari 2007, op basis van de eigen verkoopprijzen die de gehele verkoopperiode zijn gehanteerd. De prijzen van adverteerder zijn afkomstig van www.studentenboek.nl. Voor het overige handhaaft klager zijn bezwaren.

De dupliek

Klager publiceert op zijn website op enig moment een boekenlijst met adviesverkoopprijzen en de zogenaamde ledenprijzen voor deze titels. Op basis van deze prijzen stelt adverteerder zijn (lagere) verkoopprijzen voor die titels vast die vervolgens worden gepubliceerd op www.studentenboek.nl. Op de prijsvergelijking die op basis van deze gegevens gemaakt zou kunnen worden is de (tijdelijke) claim gebaseerd. Adverteerder heeft geen zicht op mogelijke nadien door klager doorgevoerde prijswijzigingen of op de bij de feitelijk verkoop gehanteerde verkoopprijzen. Ongeveer 2 weken voor de geplande verkoopdagen haalt klager de boek(bestel)gegevens van zijn website, zodat er vanaf dat moment geen zicht meer is op gehanteerde verkoopprijzen en eventuele wijzigingen. Ook als klager op enig moment nadat adverteerder de verkoopprijzen heeft vastgesteld, besloten heeft om de boeken voor nog lagere prijzen te gaan verkopen, dan nog doet dat niet af aan (de juistheid van) de oorspronkelijke prijsvergelijking.

Mondelinge behandeling

De heer Santing deelt mee dat de verkoop van de boeken bij klager slechts gedurende 3 dagen plaats vindt. In de daaraan voorafgaande periode kunnen leden de boeken reserveren. De definitieve prijs wordt pas vastgesteld op de eerste van de 3 verkoopdagen en deze is meestal lager dan de prijs op klagers website.

Het oordeel van de Commissie

Met betrekking tot het verweer dat adverteerder niet gehouden is noch kan worden aan de NRC, overweegt de Commissie dat de NRC een stelsel van gedragsregelen is, opgesteld en gehandhaafd door organisaties die op enigerlei wijze betrokken zijn bij (het maken van) reclame en die een zorgvuldige wijze van aanprijzen van goederen en diensten in het belang achten van al diegenen die bij het maken van reclame zijn betrokken.
Deze organisaties hebben de Stichting Reclame Code (SRC) in het leven geroepen en de SRC heeft de Reclame Code Commissie en het College van Beroep belast met het houden van toezicht op de naleving van de NRC. Op grond van de statuten van de SRC en het reglement betreffende de werkwijze van de Commissie en het College acht de Commissie zich bevoegd kennis te nemen van klachten ingediend tegen reclame-uitingen, ongeacht of degene van wie een reclame-uiting afkomstig is de in de NRC neergelegde normen onderschrijft.
Wanneer de Commissie daarbij tot het oordeel komt dat een reclame-uiting met de NRC in strijd is, beveelt zij de adverteerder aan niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Zij spreekt daarmee niet meer uit dan er staat, namelijk dat de uiting niet in overeenstemming is met de binnen een grote kring van belanghebbenden ontwikkelde en aanvaarde normen.
De Commissie acht zich vrij de gewraakte uiting aan de NRC te toetsen ook al is adverteerder niet bij de totstandkoming daarvan betrokken geweest en heeft hij deze niet onderschreven.

De bestreden uiting is vergelijkende reclame in de zin van artikel 14 van de Nederlandse Reclame Code (NRC), aangezien adverteerder daarin de prijs die niet-Nederlandstalige economieboeken bij hem kosten, vergelijkt met de prijs die men bij klager voor die boeken moet betalen. Vergelijkende reclame is toegestaan, mits deze voldoet aan de daaraan in artikel 14 NRC gestelde voorwaarden. De Commissie is van oordeel dat de onderhavige uiting misleidend is, waartoe zij het volgende overweegt.

Adverteerder stelt bij de vergelijking uit te zijn gegaan van de prijzen die op enig moment op klagers website stonden. Voor de prijzen van de onderhavige boeken geldt geen vaste, door de uitgever vastgestelde verkoopprijs. Dit betekent dat zowel klager als adverteerder de prijs van deze boeken ook op enig moment (weer) kunnen wijzigen. Aangezien de onderhavige prijsvergelijking derhalve een momentopname is, had de datum waarop de prijsvergelijking plaatsvond, in de uiting vermeld moeten worden. Door het ontbreken van deze informatie acht de Commissie de uiting onvolledig en daardoor misleidend.
Ook is de vergelijking door het ontbreken van de datum waarop deze heeft plaatsgevonden in strijd is met het bepaalde in artikel 14 onder c NRC. Door het ontbreken van deze datum kan niet worden geoordeeld dat de prijzen op objectieve wijze worden vergeleken.
Niet echter kan worden geoordeeld dat ten gevolge van deze uiting de goede naam van klager in het geding is.

De beslissing

Op grond van het vorenstaande is de Commissie van oordeel dat de uiting in strijd is met artikel 14 aanhef en onder a en c van de Nederlandse Reclame Code en beveelt zij adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Voor het overige wijst zij de klacht af.


Regeling:

artikel 14 aanhef en onder a en c NRC

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken