De bestreden reclame-uiting
Het betreft een video (vlog) op YouTube waarin vlogger het product Tanrevel aanprijst.
Samenvatting van de klacht
Klager maakt bezwaar tegen de video, omdat daarin onmiskenbaar sprake is van reclame voor Tanrevel zonder dat dit wordt vermeld of wordt vermeld dat vlogger betaald wordt voor deze video. Daarmee handelt vlogger in strijd met artikel 3 Reclamecode Social Media & Influencer Marketing (RSM) 2019.
Samenvatting van de reactie van de vlogger
De video waarover wordt geklaagd, is tot stand gekomen in samenwerking met adverteerder. Abusievelijk werd dit aanvankelijk niet bij de video vermeld. Direct nadat erop was gewezen dat de video hierdoor niet voldoet aan artikel 3 van de RSM 2019, is aan de beschrijving onder de video de volgende tekst toegevoegd: “Deze video is een betaald partnerschap met Tanrevel”, zoals blijkt uit de bij de reactie overgelegde bijlage in de vorm van een screenprint.
Samenvatting van de reactie van adverteerder
Adverteerder erkent dat duidelijker had moeten worden vermeld dat het een betaald partnerschap betreft. Zij zegt toe in de toekomst transparanter te zijn over tot betaalde influencer marketing.
Het oordeel van de voorzitter
Niet in geschil is dat de video niet voldoet aan de eis van artikel 3 sub b RSM 2019 dat uitdrukkelijk dient te worden vermeld dat de verspreider een vergoeding in geld of in natura ontvangt van de adverteerder. Daarmee hebben vlogger en adverteerder beiden in strijd met dit artikel gehandeld. De voorzitter zal rekening houden met het feit dat het blijkbaar een vergissing betrof en dat de uiting inmiddels is aangepast. De voorzitter zal daarom gebruik maken van de bevoegdheid als bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Reglement van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep, zodat een aanbeveling achterwege blijft en volstaan wordt met te oordelen als volgt.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van het voorgaande is de reclame-uiting in strijd met artikel 3 sub b RSM 2019.