a a a
 

Uitspraken

Alle uitspraken van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep vanaf 2007 vindt u hier.

Dossiernr:

2008/1499/07.0322

Datum:

05-02-2008

Uitspraak:

bevestiging aanbeveling

Product/dienst:

Motivatie:

Medium:

Omschrijving:

Het betreft de website www.vodafone.nl van Vodafone Libertel NV, waarop onder meer staat: “Onbeperkt mobiel surfen en meer” en “Zorgeloos Mobiel Internet BloX. Écht internet op je mobiele telefoon. Zo veel je maar wilt. Supersnel (1800Kbps). Voor € 9,50 per maand.”

De klacht

In de uiting staat dat je mag internetten “zo veel als je maar wilt” maar in de algemene voorwaarden staat dat men per maand niet meer dan 50 Mb aan dataverkeer mag genereren. Het is dus niet onbeperkt. Bovendien is de naam ‘mobiel internet’ verkeerd, omdat volgens de algemene voorwaarden het niet is toegestaan om de mobiele telefoon te gebruiken als modem of voor VOIP en SMSoIP en voor internetgebruik in het buitenland. Om die reden acht klager de uiting in strijd met de artikelen 2, 5 en 7 van de Nederlandse Reclame Code (NRC).


Het verweer

In de algemene voorwaarden, die ook op de website staan, wordt uitgelegd wat onder ‘Zorgeloos Mobiel Internet’ wordt verstaan. Uit onderzoek is gebleken dat normaal gebruik leidt tot een dataverkeer dat ruim ligt onder de 50 Mb. De meeste klanten zullen deze norm niet overschrijden en indien dit toch het geval is, zal bij herhaalde overschrijding een passend alternatief worden aangeboden.

VOIP en SMSoIP zijn diensten die het mogelijk maken om SMS-berichten te zenden en te ontvangen of telefoongesprekken te voeren via het internet. Dit is technische gezien complex en op de meeste telefoontoestellen is dit niet eens mogelijk. Indien het wel mogelijk is, is de kwaliteit van deze diensten in het algemeen laag. Indien men een mobiele telefoon als modem gebruikt, is de verbinding traag.

Het oordeel van de Commissie (2 augustus 2007)

“Onbeperkt mobiel surfen” en “zo veel je maar wilt” houdt in dat er geen beperkingen zijn in het dataverkeer. Die is er echter wel. In de algemene voorwaarden wordt aan het dataverkeer een grens gesteld van 50 Mb per maand. Gelet hierop acht de Commissie de uiting te absoluut en daardoor misleidend. Dat de meeste klanten deze norm niet zullen overschrijden, doet hieraan niet af.
Volgens de algemene voorwaarden is het niet toegestaan om de mobiele telefoon te gebruiken als modem of voor VOIP en SMSoIP en voor internetgebruik in het buitenland. Wat VOIP en SMSoIP en internetgebruik in het buitenland betreft, is volgens de Commissie sprake van een belangrijke beperking op het aanbod die in de uiting dient te worden vermeld. Het gebruik van een mobiele telefoon als modem acht de Commissie (op dit moment) niet voor de hand liggen, zodat deze beperking niet direct in de uiting hoeft te worden opgenomen.

Nu de reclame al op bovengenoemde gronden in strijd is met de NRC, komt de Commissie niet toe aan toetsing van de uiting aan artikel 2 NRC. De uiting is niet van dien aard dat het vertrouwen in de reclame wordt geschaad.

De beslissing


Op grond van het vorenstaande acht de Commissie de uiting in strijd met artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code. Zij beveelt adverteerder aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.
Voor het overige wijst zij de klacht af.


Regeling:

artikel 7 NRC

De grief

Vodafone heeft blijkens haar fax van 16 augustus 2007 uitsluitend beroep ingesteld met betrekking tot de in de uitspraak van de Commissie opgenomen beperking ten aanzien van VOIP en SMSoIP. Vervolgens heeft Vodafone bij aanvullend beroepschrift van 3 september 2007 de volgende grief
geformuleerd:
“Inzake de beperking van het gebruik van de mobiele telefoon als modem voor VOIP en SMSoIP-diensten, welke het mogelijk maken om SMS-berichten of telefoongesprekken te voeren via het internet, is Vodafone van mening dat dit géén wezenlijke beperkingen zijn ten aanzien van het gebruik van internet op de mobiele telefoon. Hoewel het gebruik van een telefoontoestel als modem voor VOIP en SMSoIP reeds ingeburgerd is voor het vast internet, is dit geenszins het geval voor het mobiele internet. Vodafone geeft in haar Dienstvoorwaarden aan hoe zij “normaal” gebruik definieert waar het betreft “Zorgeloos Mobiel Internet”. Hiervan is het gebruik als modem voor VOIP en SMSoIP uitgesloten geheel in lijn met hetgeen momenteel gangbaar is in de wereld van de mobiele telefonie als ook qua stand van de techniek, van zowel mobiele netwerken als ook de daarvoor geschikte telefoontoestellen.
Vodafone is op grond van het voorgaande dan ook van mening dat haar klanten bij het gebruik van Zorgeloos Mobiel Internet datgene krijgen hetgeen de klant bij het afnemen van de dienst mocht verwachten”.

Het oordeel van het College
(tussenbeslissing)

Alvorens verder te beslissen, acht het College het noodzakelijk nader, en wel schriftelijk te worden geïnformeerd over het volgende.

a.
Het is het College niet duidelijk tegen welk onderdeel van de beslissing het beroep is gericht. In dit verband overweegt het College dat de Commissie onder meer heeft geoordeeld dat er “Wat VOIP en SMSoIP (..) betreft” sprake is “van een belangrijke beperking op het aanbod die in de uiting dient te worden vermeld”. Vervolgens heeft de Commissie geoordeeld: “Het gebruik van een mobiele telefoon als modem acht de Commissie (op dit moment) niet voor de hand liggen, zodat deze beperking niet direct in de uiting hoeft te worden opgenomen”.
Terwijl de Commissie aldus een onderscheid maakt tussen enerzijds “VOIP en SMSoIP” en anderzijds “Het gebruik van een mobiele telefoon als modem”, wordt een dergelijk onderscheid in het beroepschrift niet gemaakt. Immers, daar wordt gesteld dat er “Wat betreft de beperking van het gebruik van de mobiele telefoon als modem voor VOIP en SMSoIP-diensten” geen sprake is van wezenlijke beperkingen ten aanzien van het gebruik van internet op de mobiele telefoon.

b.
Vodafone verwijst in het beroepschrift naar haar “Dienstvoorwaarden”. Het College verzoekt Vodafone een exemplaar van deze voorwaarden aan het College over te leggen, teneinde hiervan kennis te kunnen nemen.

c.
Aangezien de hierboven in de grief aangehaalde zinsnede “Hiervan is het gebruik als modem voor VOPI en SMSoIP uitgesloten geheel in lijn etc.” niet goed “loopt” en daardoor onduidelijk is, verzoekt het College Vodafone aan het College kenbaar te maken wat hier wordt bedoeld.

Het College is voornemens de onderhavige zaak aan de hand van bovenbedoelde nadere informatie en een eventuele reactie van geïntimeerde daarop verder te behandelen in een volgende vergadering. In het geval de nadere informatie niet voldoende duidelijk mocht zijn en Vodafone niet ter vergadering vertegenwoordigd mocht zijn om de zaak mondeling toe te lichten, zal het College daaraan de gevolgtrekking verbinden die het geraden voorkomt.

De beslissing

Het College stelt Vodafone in de gelegenheid om het College binnen 14 dagen na dagtekening van deze beslissing nader schriftelijk te informeren als hierboven overwogen.
Voor het overige houdt het College zijn beslissing aan.

College van Beroep:
Brief van 13 november 2007
van Vodafone

Deze kan als volgt worden samengevat.

a.
Naar aanleiding van de vraag van het College tegen welk onderdeel van de beslissing van de Commissie het beroep zich richt, deelt Vodafone mee dat het betreft de overweging van de Commissie : “Wat VOIP en SMSoIP (..) betreft, is volgens de Commissie sprake van een belangrijke beperking op het aanbod die in de uiting dient te worden vermeld”. Vodafone is van mening dat hier geen sprake is van een wezenlijke beperking ten aanzien van het gebruik van internet op de mobiele telefoon. Het gebruik van een telefoontoestel voor VOIP en SMSoIP is ingeburgerd voor het vaste internet, maar dat is geenszins het geval voor het mobiele internet.

b.
Op verzoek van het College legt Vodafone een exemplaar over van de Dienstvoorwaarden Vodafone BloX Postpaid, versie mei 2007. Deze waren van toepassing ten tijde van het indienen van de klacht. Volledigheidshalve legt Vodafone ook de meest recente versie (november 2007) van voornoemde dienstvoorwaarden over.

c.
Naar aanleiding van de vraag van het College wat bedoeld wordt met de in het beroepschrift opgenomen zinsnede: “Hiervan is het gebruik als modem voor VOIP en SMSoIP uitgesloten geheel in lijn met hetgeen momenteel gangbaar is in de wereld van de mobiele telefonie als ook qua stand van de techniek, van zowel mobiele netwerken als ook de daarvoor geschikte telefoontoestellen”, deelt Vodafone mee dat zij hiermee bedoelt te zeggen dat “het gebruik van de mobiele telefoon voor VOIP en SMSoIP zijn uitgesloten van het normaal gebruik, zoals op dit moment in de telecom- c.q. IT-branche, de stand van de techniek in acht genomen, als “gewoon” wordt aangemerkt”.

Vodafone is op grond van het voorgaande van mening dat klanten bij het gebruik van Zorgeloos Mobiel Internet krijgen wat zij bij het afnemen van de dienst mochten verwachten.

Het oordeel van het College

Aan de hand van de naar aanleiding van de tussenbeslissing bij brief van 13 november 2007 door Vodafone verstrekte nadere informatie, stelt het College vast dat in de Dienstvoorwaarden Vodafone BloX Postpaid, versie mei 2007 is bepaald: “Bij Zorgeloos Mobiel Internet is het onder meer niet toegestaan de mobiele telefoon te gebruiken als modem voor PC, laptop e.d. of voor VOIP en SMSoIP”.

Gelet op de nadere toelichting van het beroep bij voornoemde brief van 13 november 2007, vat het College het beroep op in die zin dat de Commissie ten onrechte heeft geoordeeld dat de uitsluiting van het gebruik van de mobiele telefoon voor VOIP en SMSoIP een belangrijke beperking is die in de gewraakte uiting had moeten worden vermeld. Daartoe stelt Vodafone dat het gebruik van een telefoontoestel voor VOIP en SMSoIP is ingeburgerd voor het vaste internet, maar dat dit geenszins het geval is voor het mobiele internet.

Het College deelt het oordeel van de Commissie dat voornoemde uitsluiting, als een belangrijke beperking, in de uiting had dienen te worden vermeld; dat het gebruik van een telefoon voor VOIP en SMSoIP voor het vaste internet is ingeburgerd, maar voor het mobiele internet geenszins, acht het College voor de gemiddelde in aanmerking komende consument niet van zodanige bekendheid, dat voornoemde beperking onvermeld had mogen blijven.

Gelet op het bovenstaande wordt als volgt beslist.

De beslissing

Het College bevestigt de beslissing van de Commissie, voor zover daartegen beroep is ingesteld.

Opnieuw uitspraken zoeken

Op datum, dossiernummer, trefwoord of soort uitspraak of een combinatie van deze zoekopties.

*Verplicht in te vullen velden

Uitgebreid zoeken