Omschrijving:Het betreft twee uitgaven van het huis-aan-huisblad Swinglevend dat wordt uitgegeven door House of Trends. In de uitgaven van Swinglevend nr. 3-2007 en nr. 1-2008 staan, kort gezegd: |
De klacht Primair De uitgave Swinglevend nr. 3 – 2007 en de uitgave Swinglevend nr. 1 – 2008 dienen elk afzonderlijk te worden beschouwd als één reclame-uiting voor de producten van Pharma Nord, omdat alle uitingen in de uitgaven in hun onderlinge verband bezien directe of indirecte aanprijzingen van de producten van Pharma Nord zijn. De formule van Swinglevend is bewust gericht op het maken van reclame voor de voedingssupplementen van Pharma Nord en wel op zodanige wijze, dat Swinglevend de kenmerken vertoont van een door Pharma Nord gesponsord blad. De Keuringsraad voert ter onderbouwing van deze stellingen aan dat in Swinglevend afwisselend staan: – artikelen waarin de merknamen van de zogenaamde BIO-serie van Pharma Nord uitdrukkelijk worden genoemd, – artikelen waarin de werkzame stof(fen) van een Bio-product uitgebreid worden besproken en – advertenties van Pharma Nord voor haar voedingssupplementen. In de artikelen waarin geen merknaam van Pharma Nord wordt genoemd, wordt veelal toch een relatie gelegd met de BIO-serie van Pharma Nord of met specifieke producten uit die serie. Door de opzet van Swinglevend (afwisselend artikelen zonder en met merknaam in combinatie met het feit dat Pharma Nord in dat blad de enige adverteerder is voor voedingssupplementen, alsook doordat in de gehele uitgave van Swinglevend naar een in Denemarken gevestigde fabrikant wordt verwezen) zal de consument de gehele inhoud daarvan betrekken op producten van Pharma Nord. Subsidiair De Keuringsraad stelt dat alle uitingen in Swinglevend direct of indirect een duidelijk wervend karakter hebben voor producten van Pharma Nord. De uitingen zijn volgens de Keuringsraad in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code wegens onverenigbaarheid met de vigerende wet- en regelgeving, alsook in strijd met de artikelen 6, 7 en 10 van die Code. De Keuringsraad acht House of Trends hiervoor mede-verantwoordelijk. Volgens de Keuringsraad bestaat geen aanleiding om onderscheid te maken tussen Pharma Nord en House of Trends. De klacht richt zich daarom ook tegen House of Trends. |
Het verweer Pharma Nord betwist dat beide uitgaven van Swinglevend elk als een reclame-uiting van haar dienen te worden beschouwd. De betrokken uitgaven bevatten ook redactionele artikelen en advertenties van derden. Artikelen waarin een bepaald voedingsmiddel wordt besproken kunnen op geen enkele wijze worden gekoppeld aan een bepaald merkproduct van haar, omdat de artikelen niet verwijzen naar of aansluiten bij de advertenties in de desbetreffende uitgaven. De advertenties die in de uitgaven staan zijn volgens Pharma Nord niet in strijd met enige wettelijke of andere bepaling. House of Trends betwist dat beide uitgaven van Swinglevend elk als één reclame-uiting voor de producten van Pharma Nord dienen te worden beschouwd. House of Trends stelt dat zij een zelfstandig uitgever is die redactionele artikelen in Swinglevend verzorgt. Voorts bevat Swinglevend naast advertenties van Pharma Nord ook advertenties van derden. House of Trends is niet verantwoordelijk voor de door Pharma Nord of derden geplaatste advertenties in Swinglevend. |
De mondelinge behandelingPartijen hebben ieder voor zich hun standpunt nader toegelicht, de Keuringsraad aan de hand van een pleitnota.
|
Het oordeel van de Commissie ten aanzien van Pharma Nord 2. De Commissie formuleert op grond van bovenstaande beslissingen in deze zaak als maatstaf, dat beide uitgaven van Swinglevend slechts in hun geheel als reclame voor Pharma Nord kunnen worden aangemerkt, indien elke uiting afzonderlijk in deze uitgaven door de gemiddeld geïnformeerde, omzichtige en oplettende gewone consument als reclame voor een specifiek product van Pharma Nord zal worden beschouwd. Aan deze maatstaf is niet voldaan. Beide uitgaven van Swinglevend bevatten naast duidelijk als advertentie herkenbare reclame van Pharma Nord ook uitingen over voedingssupplementen waarin geen verband wordt gelegd met een product van Pharma Nord. Pharma Nord wordt in die uitingen ook niet genoemd als producent van een bepaald product waarin dat voedingssupplement is verwerkt. De Commissie is van oordeel dat de consument niet zal menen dat ook dergelijke uitingen in feite zijn bedoeld als aanprijzing van producten van Pharma Nord. 3. Het feit dat de beide uitgaven van Swinglevend veel advertenties van Pharma Nord bevatten, acht de Commissie van onvoldoende gewicht om aan te nemen dat de gemiddelde consument de onderhavige uitgaven in hun geheel als reclame-uitingen voor de producten van Pharma Nord zal opvatten, te minder nu in de beide uitgaven van Swinglevend tevens reclame-uitingen van derden staan. Het feit dat in sommige uitingen wordt verwezen naar een Deens bedrijf, maakt dit niet anders. Ook indien alle voorgaande aspecten in onderling verband en samenhang worden beschouwd, brengt dat naar het oordeel van de Commissie niet mee dat de uitgaven van Swinglevend in hun geheel als reclame-uiting voor de producten van Pharma Nord dienen te worden beschouwd. De primaire grondslag van de klacht faalt derhalve. 4. Ten aanzien van de subsidiaire grondslag dient in de eerste plaats te worden onderzocht of de artikelen in Swinglevend waarin over bepaalde voedingsstoffen wordt gesproken, maar waarin geen producten van Pharma Nord worden genoemd of waarin uitsluitend over een niet met name genoemde Deense fabrikant wordt gesproken, reclame-uitingen voor producten van Pharma Nord zijn. De Commissie beantwoordt deze vraag ontkennend. Op dezelfde gronden als weergegeven in de onderdelen 6.2 en 6.3 dient ervan te worden uitgegaan dat de consument dergelijke mededelingen niet zal opvatten als reclame-uitingen van Pharma Nord. Het feit dat in producten van Pharma Nord bepaalde stoffen zijn verwerkt die ook worden besproken in sommige artikelen van Swinglevend, is onvoldoende om de werking van de advertenties van Pharma Nord in Swinglevend zich mede te doen uitstrekken tot die artikelen, óók omdat concurrenten van Pharma Nord blijkens de door haar overgelegde stukken producten op de markt brengen die eveneens stoffen bevatten die in die artikelen worden genoemd. Hieruit volgt dat de klachten die betrekking hebben op de artikelen waarin de stoffen seleen, CLA en groene thee, Q1, zink en vitamine C worden besproken, geen doel treffen. Nu deze artikelen niet als reclame-uitingen van Pharma Nord kunnen worden aangemerkt, kan zij in zoverre niet hebben gehandeld in strijd met de vigerende wet- en regelgeving, terwijl evenmin kan worden gezegd dat zij door die uitingen in strijd met de artikelen 6, 7 en 10 van de Nederlandse Reclame Code heeft gehandeld. 5. Op grond van het voorgaande zijn hierna uitsluitend nog de specifiek als advertentie aangeduide reclame-uitingen van Pharma Nord aan de orde. Bij deze advertenties gaat het zowel om de testimonials als om de daarnaast geplaatste aanprijzingen van de producten waarop de testimonials betrekking hebben. De Commissie gaat ervan uit dat de gemiddelde consument de uiting als één geheel zal beschouwen, nu testimonial en productomschrijving onmiddellijk naast elkaar zijn geplaatst, onmiskenbaar met elkaar verband houden, en de daarboven geplaatste aanduiding “advertentie” visueel ook de testimonial bestrijkt. Het feit dat een verticale lijn is geplaatst tussen de testimonials en de productomschrijvingen doet daaraan niet af. Nu uit dit oordeel tevens volgt dat ook de tekst van de testimonial duidelijk herkenbaar is als reclame-uiting van Pharma Nord, verwerpt de Commissie de stelling van de Keuringsraad dat deze wijze van adverteren in strijd met artikel 10 Nederlandse Reclame Code is. 6. Vervolgens dient per afzonderlijke reclame-uiting van Pharma Nord in Swinglevend te worden onderzocht of deze voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Nu de Keurings- Swinglevend nr. 3/2007 Swinglevend nr. 1/2008 Natuurlijke oplossing 7. De Commissie is van oordeel dat de hiervoor weergegeven reclame-uitingen voor Bio-Marine, Bio-Glucosamine Forte en Bio-Biloba tekstgedeeltes bevatten die medische claims voor de betrokken producten van Pharma Nord inhouden. Pharma Nord beweert immers ten aanzien van de hier genoemde producten dat zij kunnen leiden tot een positieve verandering van de fysieke gezondheidstoestand, en wel in deze zin dat de producten bepaalde aandoeningen en kwaaltjes kunnen verhelpen of verlichten. Bij Bio-Marine gaat het volgens Pharma Nord om een product dat gebruikers van pijn in de knie verlost en hun knieën soepeler doet bewegen. Het gebruik van Bio-Glucosamine Forte leidt volgens Pharma Nord tot een betere mobiliteit doordat bewegingsklachten worden verlicht of verholpen. Bio-Biloba voorkomt volgens Pharma Nord dat men door een lichamelijk gebrek last krijgt van koude handen en voeten. 8. Naar het oordeel van de Commissie zijn dergelijke claims niet toegestaan op grond van artikel 20 lid 2 onder a van de Warenwet. Ingevolge deze bepaling is het verboden eet- of drinkwaar aan te prijzen met gebruikmaking van vermeldingen of voorstellingen, die aan de waar eigenschappen toeschrijven inzake het voorkomen, behandelen of genezen van een ziekte of die toespelingen maken op zodanige eigenschappen. Pharma Nord heeft in strijd met deze verbodsbepaling gehandeld. Het beroep van Pharma Nord op de folder “Voedingssupplementen die prima helpen” doet daaraan niet af. De hiervoor bedoelde claims worden niet door de folder ondersteund, nog afgezien van het feit dat de goedkeuring inmiddels is verlopen. Evenmin is relevant het beroep dat Pharma Nord doet op de zogenaamde claimlijsten die onder andere door Nederland zijn ingediend in het kader van de Europese verordening inzake voedings- en gezondheidsclaims (EG nr. 1924/2006). Niet in geschil is dat de op deze lijst staande claims nog niet de status hebben van officieel goedgekeurde generieke gezondheidclaims. 9. Op grond van dezelfde overwegingen is de Commissie van oordeel dat de hiervoor genoemde producten op zodanige wijze worden aanbevolen, dat zij dienen te worden aangemerkt als een geneesmiddel in de zin van artikel 1 onder b van de Geneesmiddelenwet. Op grond van artikel 84 van de Geneesmiddelenwet is het verboden om reclame te maken voor geneesmiddelen waarvoor geen handelsvergunning is verleend. Niet in geschil is dat ten aanzien van de hier bedoelde producten van Pharma Nord een dergelijke vergunning ontbreekt. Nu de in onderdeel 6.6 bedoelde reclame-uitingen niet in overeenstemming zijn met de Warenwet respectievelijk de Geneesmiddelenwet, heeft Pharma Nord artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code geschonden. 10. Ten aanzien van de reclame-uiting voor Bio-Chromium dient te worden onderzocht of deze uiting in strijd is met de Europese verordening inzake voedings- en gezondheidsclaims (EG nr. 1924/2006). De Commissie merkt op dat die uiting claims bevat over de snelheid en de mate van gewichtsverlies die het gevolg is van inname van dit product. Gesuggereerd wordt dat de in de uiting bedoelde persoon in tien maanden tijd ongeveer tien kilo is afgevallen door het gebruik van Bio-Chromium. Ingevolge artikel 12 aanhef en onder b van de verordening zijn claims die zinspelen op de snelheid of de mate van gewichtsverlies verboden. De Commissie acht deze claim op grond van het voorgaande in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code. In het midden blijven of de claim tevens in strijd met artikel 7 van de Nederlandse Reclame Code is. 11. Tot slot merkt de Commissie op dat zij in het klaagschrift van de Keuringsraad geen specifieke klacht leest over de reclame die Pharma Nord in Swinglevend maakt voor de producten Prelox en Evelle. De Commissie gaat er daarom van uit dat de Keuringsraad geen klacht tegen deze reclame-uitingen heeft ingediend en dat de opmerkingen die de Keuringsraad tijdens de mondelinge behandeling over deze reclame heeft gemaakt niet zijn bedoeld als zelfstandige klacht over die reclame-uitingen. Het oordeel van de Commissie ten aanzien van House of Trends |
De beslissingOp grond van het voorgaande acht de Commissie de reclame-uitingen van Pharma Nord in strijd met artikel 2 van de Nederlandse Reclame Code voor zover het betreft de medische claims die staan verwoord in de in onderdeel 6 van deze beslissing bedoelde testimonials in de advertenties voor Bio-Marine, Bio-Glucosamine Forte en Bio-Biloba, alsmede voor zover het betreft hetgeen in de testimonial met betrekking tot Bio-Chromium is vermeld over de snelheid en de mate van gewichtsverlies die het gevolg is van gebruik van dit product. De Commissie beveelt Pharma Nord aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Voor het overige wijst zij de klacht af. |
Regeling: artikel 2 NRC |