De bestreden reclame-uiting
Het betreft de website www.buitenlevenvakanties.nl. Klaagster heeft haar klacht toegelicht aan de hand van een boeking van de vakantiewoning “Helenahoeve”.
De klacht
Klaagster stelt, samengevat, dat na het zoeken van een vakantie op de website van adverteerder een resultatenlijst verschijnt die verschillende woningen toont. De prijzen die worden genoemd, zijn exclusief boekingskosten, toeristenbelasting, huisdierentoeslag en eventuele andere van toepassing zijnde kosten. Volgens klaagster zijn boekingskosten vaste kosten die in de prijs dienen te worden opgenomen. Toeristenbelasting en huisdierenbelasting zijn variabele kosten en horen direct naast of onder de geadverteerde prijs te staan. Dit is niet het geval. Wel vermeldt adverteerder een kader “Prijzen en bijkomende kosten” waarin wordt verwezen naar kosten. Dit kader is op het beeldscherm van klaagster niet direct te zien.
Het verweer
Adverteerder heeft verweer gevoerd. Op het verweer zal hierna, voor zoveel nodig, worden ingegaan.
Het oordeel van de voorzitter
1) De klacht heeft betrekking op de wijze waarop in de onderhavige uiting de bijkomende kosten voor de vakantiewoning dienen te worden vermeld. Op grond van de klacht zal de voorzitter beoordelen of de uiting met betrekking tot 1) de boekingskosten, 2) toeristenbelasting en 3) de huisdierentoeslag voldoet aan de eisen van de Reclamecode Reisaanbiedingen (RR) 2014.
2) Ten aanzien van de boekingskosten is niet in geschil dat deze € 30,– bedragen indien een verblijf van (maximaal) 7 dagen wordt geboekt. Indien een langer verblijf wordt geboekt, past adverteerder een “meerweeksverblijfkorting” toe van € 60,– per week. Deze korting wordt volgens adverteerder in mindering gebracht op (onder meer) de “administratiekosten” waarmee zij blijkbaar de boekingskosten bedoelt. De voorzitter acht het echter niet juist een dergelijke korting te verrekenen met vaste onvermijdbare kosten teneinde deze alsnog variabel te maken. De korting die wegens een langer verblijf dan 7 dagen wordt gegeven, dient in plaats daarvan in mindering te worden gebracht op het totaalbedrag dat de consument ziet indien hij de keuze invult voor een langer verblijf. In de uiting worden echter alleen prijzen getoond op basis van een verblijf van 7 dagen. Nu de boekingskosten bij die periode € 30,– bedragen, hadden deze kosten dienen te zijn inbegrepen in de getoonde prijs per woning. Deze kosten zijn op het moment van publicatie bekend en dienen in de prijs te zijn verdisconteerd op grond van het bepaalde onder III lid 1 RR in verbinding met het bepaalde onder IV lid 1 RR en artikel 8.4 sub i van de Nederlandse Reclame Code (NRC), nu de onderhavige uiting dient te worden aangemerkt als een uitnodiging tot aankoop in verband met een overeenkomst op afstand. Nu adverteerder de boekingskosten niet in de prijs van de vakantiewoningen heeft verdisconteerd, is de uiting in strijd met de hier genoemde bepalingen.
3) Met betrekking tot de toeristenbelasting heeft adverteerder onder meer gesteld dat deze kosten afhankelijk zijn van het aantal personen, dat blijkbaar per woning kan variëren. Dit is, naar adverteerder terecht stelt, een omstandigheid die meebrengt dat deze kosten niet reeds in de getoonde prijzen voor de vakantiewoningen kunnen worden verdisconteerd. In zoverre is sprake van variabele onvermijdbare kosten. Deze kosten dienen op grond van het bepaalde onder III lid 1 RR in verbinding met het bepaalde onder IV lid 1 RR en artikel 8.4 sub i NRC direct naast of onder de geadverteerde prijs te worden genoemd. Adverteerder noemt deze kosten weliswaar in de uiting, maar in een afzonderlijk kader en niet op zodanige wijze dat de kosten op de voorgeschreven wijze worden vermeld. De kosten staan immers in een afzonderlijk kader op enige afstand van de prijzen. Klaagster stelt bovendien dat dit kader op haar beeldscherm niet onmiddellijk is te zien. Ook hierom heeft adverteerder in strijd met de genoemde artikelen gehandeld.
4) Met betrekking tot de huisdierentoeslag oordeelt de voorzitter dat sprake is van een facultatieve prijstoeslag. Deze hoeft niet in de prijs te zijn verdisconteerd of direct naast of onder de geadverteerde prijs te worden genoemd. In zoverre treft de klacht geen doel.
5) De voorzitter neemt nota van de mededeling van adverteerder dat zij, voor zover de klacht gegrond is, de uiting zal aanpassen. De voorzitter ziet hierin aanleiding gebruik maken van zijn bevoegdheid als bedoeld in artikel 12 lid 5 van het Reglement van de Reclame Code Commissie en het College van Beroep en een aanbeveling achterwege laten.
De beslissing van de voorzitter
Op grond van hetgeen onder 2) en 3) is vermeld acht de voorzitter de reclame-uiting in strijd met het bepaalde onder III lid 1 RR in verbinding met het bepaalde onder IV lid 1 RR en artikel 8.4 sub i NRC. Voor het overige wijst de voorzitter de klacht af.