De bestreden reclame-uiting
Het betreft een door Ziggo aan klager gezonden e-mail waarin de “Interactieve HD ontvanger” wordt aangeboden voor € 99,- “(normaal € 199)”. Onder een opsomming van de mogelijkheden van de interactieve HD ontvanger staat een link “Bestel nu”.
De klacht
Pas bij het bestellen van de interactieve HD ontvanger blijkt dat € 9,66 aan verzendkosten wordt gerekend. In de uiting wordt hiervan geen melding gemaakt.
Het verweer
In de bestelstraat waarnaar in de link wordt verwezen worden de verzendkosten genoemd. Dit neemt niet weg dat deze kosten ook in de uiting genoemd hadden moeten worden. Ziggo zal hiervan in het vervolg dan ook melding maken.
Het oordeel van de voorzitter
De voorzitter is van oordeel dat de klacht de Commissie aanleiding zal geven een aanbeveling te doen, en overweegt daartoe het volgende.
De bestreden uiting, waarin de prijs en de kenmerken van de interactieve HD ontvanger worden opgesomd en waarin een bestelmechanisme is opgenomen, dient te worden aangemerkt als een uitnodiging tot aankoop. Gelet op het bepaalde in artikel 8.4 aanhef en onder c van de Nederlandse Reclame Code (NRC) in verbinding met artikel 8.3. aanhef en onder c NRC had in de uiting als essentiële informatie de prijs inclusief leveringskosten moeten worden verstrekt. Als erkend is komen vast te staan dat adverteerder heeft nagelaten bij de vermelding van de prijs van € 99,- voor de HD ontvanger melding te maken van de bijkomende verzendkosten. Deze kosten blijken pas tijdens het bestelproces.
Blijkens het voorgaande is sprake van het te laat verstrekken van essentiële informatie die de gemiddelde consument nodig heeft om een geïnformeerd besluit over een transactie te nemen als bedoeld in artikel 8.3 onder c NRC. Voorts is de voorzitter van oordeel dat de gemiddelde consument door de uiting ertoe gebracht zou kunnen worden een besluit over een transactie te nemen dat hij anders niet zou hebben genomen. Om die reden is de reclame misleidend en daardoor oneerlijk in de zin van artikel 7 NRC.
Gelet op het voorgaande wordt als volgt beslist.
De beslissing van de voorzitter
De voorzitter acht de bestreden reclame-uiting in strijd met het bepaalde in artikel 7 NRC. Hij beveelt adverteerder – voor zover nodig – aan om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.